Operation Manual

Snelkoppelingen en het adresboek gebruiken
Faxsnelkoppelingen gebruiken
Faxsnelkoppelingen werken net als de nummers onder sneltoetsen op een telefoon of faxapparaat. U kunt
snelkoppelingsnummers toewijzen als u permanente faxbestemmingen maakt. Permanente faxbestemmingen of
snelkeuzenummers worden gemaakt via de koppeling Bestemmingen beheren bij Instellingen in de Embedded Web
Server. Een snelkoppelingsnummer (1 – 99999) kan één of meerdere ontvangers bevatten. Als u een
groepsfaxbestemming met een snelkoppelingsnummer maakt, kunt u snel en gemakkelijk informatie verzenden naar
een groep.
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI of op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals
knipsels uit tijdschriften) in de ADF. Plaats deze items op de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
3 Druk op en voer het snelkoppelingsnummer in met het toetsenblok.
4 Raak Faxen.
Het adresboek gebruiken
U kunt in het adresboek zoeken naar bladwijzers en netwerkdirectoryservers.
Opmerking: als de adresboekfunctie niet is ingeschakeld, moet u contact opnemen met uw systeembeheerder.
1 Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADI of op de glasplaat.
Opmerking: Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals
knipsels uit tijdschriften) in de ADF. Plaats deze items op de glasplaat.
2 Als u een document in de automatische documentinvoer plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
3 Blader in het beginscherm naar:
Faxen >
> Bladeren
4 Typ met het virtuele toetsenbord de naam of een gedeelte van de naam van de persoon wiens faxnummer u zoekt.
Opmerking: u moet niet tegelijkertijd naar meerdere namen zoeken.
5 Raak Gereed > Faxen.
Faxen
129