Operation Manual

4 Druk de kaart stevig op zijn plaats.
Opmerkingen:
De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart.
Let erop dat de aansluitpunten niet beschadigd raken.
5 Plaats de systeemkaartklep terug.
Geheugenkaart installeren
LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u toegang wilt verkrijgen tot de systeemkaart of optionele hardware
of geheugenkaarten wilt installeren nadat u de scanner gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de scanner
uitschakelen en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten
op de scanner, moet u deze ook uitschakelen en alle kabels losmaken die zijn aangesloten op de scanner.
Let op—Kans op beschadiging: De elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd door
statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen onderdeel van de scanner aan voordat u de elektrische
componenten of aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
Een optionele geheugenkaart kan afzonderlijk worden aangeschaft en op de systeemkaart worden bevestigd.
1 Open het toegangspaneel van de systeemkaart.
Zie “Toegang krijgen tot de systeemkaart van de printer” op pagina 29 voor meer informatie.
Opmerking: Voor deze taak hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
2 Haal de geheugenkaart uit de verpakking.
Opmerking: Raak de aansluitpunten aan de rand van de kaart niet aan.
Extra installatie-opties voor de printer
42