Operation Manual

Printer lokaal gebruiken (USB)
Selecteer het verbindingstype dat beschrijft hoe u momenteel verbinding maakt met de printer:
Als de printer momenteel is geconfigureerd voor een Ethernet-verbinding
1
Sluit een USB-kabel aan op de printer en de computer.
2 Wacht een ogenblik tot Windows het stuurprogramma heeft gevonden en voltooi het instellen van de printer.
3 Selecteer de USB-printer (zie “De printer selecteren” op pagina 112).
Als de printer momenteel is geconfigureerd voor een draadloos netwerk
1
Sluit een USB-kabel aan op de printer en de computer.
2 Wacht een ogenblik tot Windows het stuurprogramma heeft gevonden en voltooi het instellen van de printer.
3 Selecteer de USB-printer (zie “De printer selecteren” op pagina 112).
Opmerking: u kunt de printer blijven gebruiken via een draadloze of Ethernet-verbinding.
De printer gebruiken via een Ethernet-netwerk
Selecteer het verbindingstype dat beschrijft hoe u momenteel verbinding maakt met de printer:
Als de printer momenteel is geconfigureerd voor een draadloos netwerk
1
Sluit een Ethernet-kabel aan op de printer en op een beschikbare poort op een switch of wandaansluiting.
2 Wacht even totdat de Ethernet-netwerkinterface wordt geactiveerd en een IP-adres ophaalt van het netwerk.
3 Selecteer de netwerkprinter (zie “De printer selecteren” op pagina 112).
Opmerking: de draadloze interface van de printer is uitgeschakeld wanneer de printer is aangesloten op een Ethernet-
netwerk.
Als de printer momenteel is geconfigureerd voor lokaal gebruik (via een USB-verbinding)
1
Sluit een Ethernet-kabel aan op de printer en op een beschikbare poort op een switch of wandaansluiting.
2 Plaats de installatie-cd met printersoftware in de computer waarmee u de printer wilt configureren.
3 Volg de aanwijzingen op het scherm om een printer te configureren op een Ethernet-netwerk.
4 Selecteer de netwerkprinter (zie “De printer selecteren” op pagina 112).
Opmerking: u hebt een USB-kabel nodig om de configuratie te voltooien.
De printer selecteren
1 Klik op of Start.
2 Typ control printers in het vak Zoekopdracht of Uitvoeren.
3 Druk op Enter of klik op OK.
De printermap wordt geopend.
4 Klik met de rechtermuisknop op de printer die u wilt gebruiken (Netwerk of USB).
Netwerk
112