Operation Manual

3 Plaats een geheugenkaart, flashstation of digitale camera die is ingesteld voor massaopslag.
Als er documentbestanden en afbeeldingsbestanden zijn opgeslagen op het opslagapparaat, drukt u op
om
Foto's te selecteren.
4 Blader met de pijl omhoog of omlaag naar Foto's afdrukken en druk op .
5 Druk op de pijl omhoog of omlaag om een instelling voor het afdrukken van foto's te selecteren en druk op .
Opmerking: U kunt alle foto's afdrukken, foto's afdrukken die binnen een bepaald datumbereik vallen,
geselecteerde foto's afdrukken per fotobereik afdrukkenrange, foto's afdrukken via sjablonen met
voorgedefinieerde fotoformaten, of vooraf geselecteerde foto's afdrukken via een digitale camera met DPOF
(Digital Print Order Format). Deze optie voor DPOF wordt alleen weergegeven als het opslagapparaat een geldig
DPOF-bestand bevat.
6 Druk op de pijl naar links of rechts om de indeling te selecteren voor de gewenste foto of foto's en druk op .
7 U kunt als volgt de afdrukinstellingen aanpassen:
a Druk nogmaals op .
b Gebruik de pijltoetsen om uw instellingen op te geven.
c Blader met de pijl omhoog of omlaag naar Doorgaan nadat u de instellingen hebt aangepast en druk op .
8 Druk op Kleur/Zwart-wit om in kleur of zwart-wit af te drukken.
Als u afdrukt in kleur of alleen met zwart, gaat het lampje bij uw keuze branden.
9 Druk op .
Opmerking: voor de beste resultaten laat u de afdrukken ten minste 24 uur drogen voordat u ze op elkaar stapelt,
laat zien of opbergt.
Foto's bewerken met het bedieningspaneel van de printer
1 Plaats fotopapier in de printer.
2 Plaats een geheugenkaart of flashstation in de printer.
Als er documentbestanden en afbeeldingsbestanden zijn opgeslagen op het opslagapparaat, drukt u op
om
Foto's te selecteren.
3 Druk op het bedieningspaneel van de printer op om Selecteren en afdrukken te selecteren.
4 Druk op de pijl naar links of rechts om de gewenste foto-indeling te selecteren en druk op .
5 Druk op de pijl naar links of rechts om een foto te selecteren die u wilt bewerken en afdrukken.
6 Blader met de pijl omhoog of omlaag naar en druk op .
Locatie Handelingen
Helderheid De helderheid van een foto aanpassen.
Bijsnijden Een foto bijsnijden.
Automatisch verbeteren Een foto automatisch verbeteren.
Rode ogen verminderen Het rode-ogeneffect verminderen dat wordt veroorzaakt door lichtweerkaatsing.
Draaien Een foto in stappen van 90 graden rechtsom of linksom draaien.
Afdrukken
48