Operation Manual

Hoe kan ik het speciale belsignaal instellen voor de printer?
Het is belangrijk om het juiste aantal belsignalen in te stellen als u bent geabonneerd op de functie Distinctive Ring
Pattern Detection (DRPD) van telefoonbedrijven. U kunt met deze functie meerdere telefoonnummers op één
telefoonlijn hebben. Elk telefoonnummer heeft een speciaal belsignaal (één keer overgaan, twee keer overgaan, drie
keer overgaan). De verschillende belsignalen geven aan welk telefoonnummer is gekozen en welk apparaat moet
worden gebruikt om de oproep te beantwoorden.
Wijs een van uw telefoonnummers toe aan de printer als faxnummer en stel de printer zo in dat deze oproepen met
dat belpatroon beantwoordt voor dat nummer. Als het patroon onjuist wordt ingesteld, gaat de printer over, maar
wordt de fax nooit ontvangen.
Het belsignaal instellen op de printer:
1 Druk op het bedieningspaneel van de printer op .
2 Blader met de pijltoetsen naar Faxinstelling en druk op .
3 Blader met de pijltoetsen naar Bellen en antwoorden en druk op .
4 Blader met de pijltoetsen naar Belsignaal en druk op .
5 Druk op de pijltoetsen om het belsignaal te selecteren voor de printer en druk op .
Speciaal belsignaal wordt ook Ident-a-Call, Smart Ring, Teen Ring, RingMaster en IdentaRing genoemd.
Hoe kan ik de kiestoon controleren?
Een kiestoon geeft aan dat de telefoonlijn werkt en dat de printer correct is aangesloten op de telefoonlijn. Als u
problemen ondervindt met het verzenden en ontvangen van faxen, moet u controleren of u een kiestoon hoort op de
lijn en via de printer.
Controleer of de telefoonlijn en wandaansluiting werken
1 Sluit een analoge telefoon aan op de wandaansluiting.
2 Luister of u een kiestoon hoort via de hoorn van de telefoon.
Als u een kiestoon hoort, werken de telefoonlijn en wandaansluiting correct.
Als u geen kiestoon hoort, sluit u de analoge telefoon aan op een tweede wandaansluiting en luistert u of u een
kiestoon hoort. Als u een kiestoon hoort, werkt de telefoonlijn maar werkt de eerste wandaansluiting niet.
Controleer of de printer correct is aangesloten op de telefoonlijn
1 Terwijl de printer is aangesloten op een telefoonlijn via de -poort op de achterzijde van de printer, sluit u een
analoge telefoon aan op de
-poort van de printer.
2 Luister of u een kiestoon hoort
Als u een kiestoon hoort, werkt de telefoonlijn en is deze correct aangesloten op de printer.
Zie “Controlelijst voor problemen met faxen oplossen” op pagina 148 als u geen kiestoon hoort via de wandaansluiting
en de printer.
Faxen
96