Operation Manual

21
NEDERLANDS
NAMEN EN FUNCTIES
VAN DE ONDERDELEN
BASISAANSLUITINGEN
BASISBEDIENINGEN
GEAVANCEERDE
AANSLUITINGEN
GEAVANCEERDE
FUNCTIES
VERHELPEN VAN
STORINGEN
OVERIGE
VERHELPEN VAN
STORINGEN
VERHELPEN VAN STORINGEN
Indien u problemen ondervindt bij het gebruik van dit product, raadpleeg dan eerst de volgende tabel.
Kan het probleem zo niet worden opgelost, trek dan meteen de stekker uit het stopcontact en raadpleeg uw Marantz verdeler of servicecentrum.
Symptoom Oorzaak Oplossing Pagina
Geen spanning.
Het netsnoer is niet goed
aangesloten.
Sluit het netsnoer goed aan op het
apparaat.
6
Steek de stekker in een stopcontact.
6
Geen of vervormd
geluid.
De uitgangskabels zijn niet goed
aangesloten.
Sluit de uitgangskabels goed aan
op dit apparaat en de versterker.
6
De analoge uitgangen van dit toestel
zijn verbonden met de PHONO-
ingangen van de versterker.
Verbind de analoge uitgangen van
dit toestel niet met de PHONO-
ingangen van de versterker.
6
Versterker foutief bediend.
Controleer ingangskeuze,
volumeregeling en
luidsprekerinstellingen op de
versterker.
6
Weergave onderbroken. Druk op de Play-toets. 7
Geen of vervormd
geluid via
aangesloten
hoofdtelefoon.
De stekker van de hoofdtelefoon is
niet goed aangesloten.
Steek de stekker van de hoofdtelefoon
goed in de hoofdtelefoonaansluiting
van dit apparaat.
4
Het hoofdtelefoonvolume staat op
het minimum.
Regel het hoofdtelefoonvolume. 4
Geen digitale
audioweergave.
De digitale uitgang staat op OFF. Zet de digitale uitgang op ON. 13
AUDIO EX staat op 2. Zet AUDIO EX op 1. 13
Dit apparaat kan
niet worden
bediend met de
afstandsbediening.
De batterijen van de
afstandsbediening zijn leeg.
Vervang ze door nieuwe batterijen. 3
De afstandsbediening bevindt zich
buiten het werkbereik.
Controleer het werkbereik van de
afstandsbediening en houd die
binnen dit bereik.
3
Er bevindt zich een obstakel tussen
apparaat en afstandsbediening.
Verwijder het obstakel. 3
Er valt teveel licht op de
afstandsbedieningssensor van het
apparaat.
Stel de afstandsbedieningssensor
niet bloot aan teveel licht.
3
De EXTERNAL/INTERNAL-
schakelaar op het achterpaneel
staat op EXTERNAL.
Zet de EXTERNAL/INTERNAL-
schakelaar op INTERNAL.
6, 8
ALGEMEEN
Symptoom Oorzaak Oplossing Pagina
Een cd wordt niet
afgespeeld.
De cd zit niet goed in de lade. Leg de cd goed in de lade. 7
De cd zit ondersteboven in de
lade. (Bedrukte zijde onderaan.)
Leg de cd met de bedrukte zijde
bovenaan.
7
De cd is vuil. Maak de cd schoon. 26
De cd is gekrast.
Een cd met veel krassen kan
mogelijk niet worden afgespeeld.
26
De cd is kromgetrokken.
Een sterk vervormde cd kan
mogelijk niet worden afgespeeld.
26
Er is een niet-compatibele disc in
het apparaat geplaatst.
Gebruik een compatibele disc. 23, 24
De lens in het apparaat is beslagen.
Zet het apparaat uit en wacht
ongeveer 30 minuten alvorens het
weer in te schakelen en in gebruik
te nemen.
2
Een CD-R/CD-
RW wordt niet
afgespeeld.
De disc is niet gefi naliseerd.
Finaliseer de disc met behulp van
schrijfsoftware.
24
De opname is niet in CDDA-
formaat voor muziek. Of een
MP3/WMA/AAC-bestand is niet
goed opgenomen.
Verricht de opname in een formaat
dat compatibel is met dit apparaat.
24
CD-WEERGAVE
CD6003_N_04_Ned.indd 21CD6003_N_04_Ned.indd 21 09.5.29 4:01:47 PM09.5.29 4:01:47 PM