Operation Manual
110
Video
Beeldinstelling
Standaardinstellingen zijn onderstreept.
De beeldkwaliteit kan worden aangepast.
Wij raden u aan de standaardinstellingen ongewijzigd te laten. Pas eerst de beeldkwaliteit voor de weergave
aan op uw tv en gebruik dit menu alleen wanneer u fijne aanpassingen wilt uitvoeren.
•Dit item kan worden ingesteld op de
CBL/SAT
DVD
Blu-ray
GAME
AUX
MEDIA PLAYER
CD
NETWORK
TV AUDIO
.
•Met andere signaalbronnen dan hierboven, kan dit item worden ingesteld als “Video select” is
geselecteerd. In dit geval worden de originele instellingen van de signaalbron opgeroepen.
•Dit kan ingesteld worden, wanneer “Videoconversie” ingesteld (vblz.111) is op “Aan”.
•“GAME”, “AUX”, “MEDIA PLAYER”, “TV AUDIO” of “CD” kan worden ingesteld wanneer “HDMI” of
“COMP” (vblz.116) is toegewezen.
Items instellen Instellingen
Contrast
Stel het beeldcontrast in.
-6 – +6 (0)
Helderheid
Stel de helderheid van het
beeld in.
0 – +12
Intensiteit
Stel het kleurniveau
(verzadiging) van het beeld
in.
-6 – +6 (0)
Tint
Stel het balans tussen groen
en rood in.
-6 – +6 (0)
Ruisonderdrukking
Verminder de algehele
beeldruis.
Uit / Laag / Medium / Hoog
Verbeteraar
Beeldcontouren
benadrukken.
0 – +12
“Beeldinstelling” kan niet worden ingesteld wanneer video- en component videosignalen worden
uitgevoerd.
HDMI Setup
Standaardinstellingen zijn onderstreept.
Kies de instellingen voor HDMI video/audio-uitvoer.
Items instellen Instellingen
Auto Lip Sync
Automatische compensatie
van tijdverschuiving in audio-
en video-uitvoer.
Aan : Gecompenseerd.
Uit : Niet gecompenseerd.
HDMI audio uit
Selecteer het
uitvoerapparaat voor HDMI-
audio.
AVR : Weergave via luidsprekers die aangesloten zijn op het toestel.
TV : Weergave via TV die aangesloten is op het toestel.
•De audiosignaalingang van de HDMI-ingang kan worden uitgevoerd als een
uitvoersignaal van de HDMI-uitgang door de audio-uitvoerbestemming
voor HDMI in te stellen op TV.
Audiosignalen die zijn ingevoerd via de analoge/coaxiale/optische
ingangen kunnen niet worden uitgevoerd vanaf de HDMI-uitgang.
•Wanneer de HDMI-controlefunctie is geactiveerd, wordt voorrang
gegeven aan de instelling van TV-audio (vblz. 89 “HDMI-
besturingsfunctie”).
HDMI bediening
U kunt de bediening
koppelen van aan HDMI
aangesloten toestellen die
compatibel zijn met HDMI-
besturing.
Aan : HDMI bedieningsfunctie gebruiken.
Uit : HDMI bedieningsfunctie niet gebruiken.
•Stel “HDMI bediening” in op “Uit”, wanneer er een component is
aangesloten dat niet compatibel met de HDMI bedieningsfunctie is.
•Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen van alle aangesloten componenten
om de instellingen te controleren.
•Raadpleeg “HDMI-besturingsfunctie” (vblz. 89) voor meer
informatie over de HDMI-bedieningsfunctie.
OPMERKING
•Wanneer “HDMI bediening” is ingesteld op “Aan”, verbruikt het
meer Stand-byvermogen. Als u het toestel gedurende een lange
periode niet gebruikt, is het aanbevolen om het netsnoer uit het
stopcontact te trekken.
•De HDMI Control werkt niet, wanneer de stroomtoevoer naar de
apparatuur uitgeschakeld is. Ofwel de stroom inschakelen of in stand-by
zetten.
•Als de instellingen van “HDMI bediening” zijn veranderd, dient u na de
wijziging steeds de stroom van de aangesloten toestellen uit te zetten.
Basisversie
Geavanceerde versie
Informatie
Geavanceerde versie
v Zie ommezijde
DVD