User Manual

41
NEDERLANDS
Wees aandachtig. Let op wat u doet.
Ga verstandig te werk. Gebruik de
werktafel niet als u niet geconcen
-
treerd bent.
Houd rekening met omgevingsin-
vloeden. Zorg voor goede verlich-
ting.
Zorg voor een goede lichaamshou-
ding. Zorg ervoor dat u op een ste-
vige ondergrond staat en let er
vooral op dat u altijd goed in even
-
wicht bent.
Gebruik geschikte oppervlakken
voor het zagen van lange werkstuk
-
ken.
Gebruik het toestel niet in de nabij-
heid van ontvlambare vloeistoffen of
gassen.
De machine mag alleen ingescha-
keld en gebruikt worden door perso-
nen die vertrouwd zijn met lintzagen
en de gevaren bij de omgang
ermee.
Personen beneden de 18 jaar
mogen met deze werktafel slechts
werken in het kader van een
beroepsopleiding en onder het
voortdurend toezicht van een erva
-
ren docent.
Let erop dat er zich geen onbe-
voegde personen, voornamelijk kin-
deren, in de gevarenzone begeven.
Zorg ervoor dat geen andere perso
-
nen het toestel of het snoer kunnen
aanraken.
Vermijd overbelasting – belast de
werktafel niet zwaarder dan in de
technische gegevens is aangege-
ven.
B
Gevaar door elektrische
stroom!
Stel het apparaat niet bloot aan
regen.
Gebruik dit toestel niet in een voch-
tige of natte omgeving.
Voorkom dat u tijdens werkzaamhe-
den met dit apparaat in contact komt
met geaarde elementen zoals radia
-
toren, buizen, ovens, koelkasten.
Gebruik het snoer niet voor doelein-
den waarvoor het niet bedoeld is.
A
Verwondingsgevaar aan bewe-
gende delen!
Neem dit apparaat nooit in gebruik
zonder gemonteerde veiligheids
-
voorzieningen.
Houd steeds voldoende afstand tot
het zaaglint. Gebruik desnoods
geschikte invoerhulpmiddelen. Houd
tijdens het gebruik voldoende
afstand van aangedreven onderde
-
len.
Wacht tot het zaaglint stilstaat voor
u kleine werkstukdelen, houtresten
enz. uit het werkbereik verwijdert.
Zaag alleen werkstukken die groot
genoeg zijn, zodat ze bij het zagen
veilig vastgeklemd kunnen worden.
Probeer het uitlopende zaaglint
nooit af te remmen door er zijdelings
tegenaan te drukken.
Controleer of het apparaat geschei-
den is van het stroomnet alvorens
onderhoudswerkzaamheden uit te
voeren.
Zorg dat er zich bij het inschakelen
(bijvoorbeeld na onderhoudswerk
-
zaamheden) geen montagegereed-
schap of losse onderdelen meer in
het toestel bevinden.
Trek de netstekker uit, wanneer u
het apparaat niet gebruikt.
A
Gevaar voor snijwonden ook
bij rechtopstaand snijwerktuig!
Trek veiligheidshandschoenen aan
als u snijwerktuigen moet vervangen.
Bewaar de zaaglinten zorgvuldig
zodat niemand er zich kan aan ver
-
wonden.
A
Gevaar door de terugslag van
werkstukken (werkstuk komt in con
-
tact met het zaaglint en wordt tegen
de operator geslingerd)!
Zet het werkstuk nooit "op z’n smalle
kant" (tijdens het schaven).
Gebruik voor dunne of dunwandige
werkstukken alleen zaaglinten met
fijne tanden. Gebruik steeds
scherpe zaaglinten.
Controleer in geval van twijfel de
werkstukken op vreemde voorwerpen
(bijvoorbeeld spijkers of schroeven).
Zaag alleen werkstukken die groot
genoeg zijn, zodat ze bij het zagen
veilig vastgeklemd kunnen worden.
Zaag nooit verschillende stukken –
ook geen bundels met verschil
-
lende aparte stukken tegelijk. Er
bestaat gevaar voor ongevallen
wanneer afzonderlijke stukken
ongecontroleerd gegrepen worden
door het zaaglint.
Ronde werkstukken mogen uitslui-
tend met een geschikte kleminrich-
ting doorgezaagd worden, zodat het
werkstuk niet kan doordraaien.
c
Risico van bekneld raken!
Zorg ervoor dat tijdens het gebruik
geen lichaamsdelen of kledij door
roterende onderdelen gegrepen en
meegetrokken kunnen worden
(geen dassen, geen handschoe
-
nen, geen kledij met brede mou-
wen; personen met lang haar moe-
ten een haarnetje dragen).
Zaag nooit werkstukken die de vol-
gende materialen bevatten:
touwen
snoeren
riemen
kabels
draden
A
Gevaar door onvoldoende per-
soonlijke veiligheidsuitrusting!
Draag oordoppen.
Draag een veiligheidsbril.
Draag een stofmasker.
Draag aangepaste werkkledij.
Bij werkzaamheden buiten wordt
slipvast schoeisel aanbevolen.
A
Gevaar door zaagsel!
Sommige soorten zaagsel (bijvoor-
beeld van eiken-, beuken- en essen-
hout) kunnen bij inademing kanker-
verwekkend zijn. Werk uitsluitend
met aangesloten afzuiginstallatie.
De afzuiginstallatie moet voldoen
aan de in de technische gegevens
vermelde waarden.
Zorg ervoor dat tijdens het werken
zo weinig mogelijk houtstof vrijkomt:
houtstofafzettingen in het werk-
bereik verwijderen (niet wegbla-
zen!);
lekken in de afzuiginstallatie her-
stellen;
Zorg voor een goede ventilatie.
A
Gevaar door technische wijzi-
gingen aan de machine of het gebruik
van onderdelen die niet door de fabri-
kant goedgekeurd zijn, kunnen
onvoorspelbaar persoonlijk letsel
veroorzaken!
Monteer deze werktafel zoals aan-
gegeven in de gebruiksaanwijzing.
Gebruik hiervoor uitsluitend onder-
delen die door de fabrikant vrijgege-
ven werden. Dat geldt in het bijzon-
der voor:
zaaglinten (bestelnummers in het
hoofdstuk „Technische gege
-
vens“);
Veiligheidsvoorzieningen (Voor
de bestelnummers, zie de lijst
met reserveonderdelen).
Breng aan deze onderdelen geen
wijzigingen aan.
A
Gevaar door gebreken aan het
toestel!
Zorg dat het toestel evenals het toe-
behoren goed onderhouden wor-
den. Neem hierbij de onder-
houdsvoorschriften in acht.
Controleer de machine voor het
inschakelen telkens op eventuele
beschadigingen: voor elk gebruik
moet de goede werking van de vei
-
ligheidsinrichtingen en van licht
beschadigde onderdelen zorgvuldig
gecontroleerd worden. Controleer of
de scharnierende onderdelen cor
-
rect functioneren en niet klemmen.
Alle onderdelen moeten correct
gemonteerd zijn en aan alle voor
-
waarden voldoen om een feilloos
gebruik ervan te garanderen.