Gebruiksaanwijzing Bedrijfsafwasautomaat G 7856 Lees beslist deze gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt hiermee onnodige schade aan het apparaat. nl - NL M.-Nr.
Inhoud Functiebeschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Veiligheidsinstructies en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Een bijdrage aan de bescherming van het milieu. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Vóór het eerste gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Functiebeschrijving Deze Miele-afwasautomaat is een speciale bedrijfsafwasautomaat met verswatersysteem. De machine is aan de voorkant te beladen en biedt praktische, korte programma’s en een grote capaciteit. Daardoor is de automaat geschikt voor gebruik in keukens van restaurants, snackbars, cafés, pensions, etc. De automaat is standaard voorzien van een waterontharder.
Algemeen a Aan/Uit-toets (I-0) b Deuropener c Display d Controlelampje "Voorkeuze" (zie "Extra functies programmeren") e Controlelampje "Drogen" f Controlelampje "Start" g Starttoets h Toets "Drogen" i Wisseltoets voor omschakeling "Bereikte temperatuur" en "Cumulatieve tijd" 4 j Optische interface (Technische Dienst) k Controlelampje "Reinigingsmiddel (vloeibaar) bijvullen" (alleen bij externe DOS-module -speciaal toebehoor-) l Controlelampje "Naspoelmiddel bijvullen" m Controlelampje "Zout bijvullen" n
Algemeen a Aansluiting voor DOS-module (doseerpomp voor vloeibare reinigingsmiddelen) - achterkant b Zeefcombinatie d Reservoir voor poedervormige reinigingsmiddelen e Voorraadreservoir (doseerapparaat) voor naspoelmiddel (met doseerinstelling) c Voorraadreservoir voor regenereerzout (waterontharder) 5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik echter kunnen personen letsel oplopen en kan er materiële schade ontstaan. Lees de gebruiksaanwijzing daarom aandachtig door voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het apparaat. In de gebruiksaanwijzing vindt u belangrijke instructies met betrekking tot plaatsing, veiligheid, gebruik en onderhoud.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Een beschadigd apparaat kan uw veiligheid in gevaar brengen. Stel het apparaat meteen buiten werking en neem contact op met de Technische Dienst van Miele. ~ Defecte onderdelen mogen alleen ~ Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door de fabrikant zijn geautoriseerd. Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden leveren grote risico's op voor de gebruiker.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Veilig gebruik ~ Pas op bij het gebruik van vloeibare hulpmiddelen en additieven! Veel vloeibare middelen zijn bijtende stoffen. Gebruik in geen geval organische oplosmiddelen in verband met explosiegevaar. Neem de geldende veiligheidsvoorschriften in acht. Draag een veiligheidsbril en handschoenen.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen ~ Verwijder resten van oplosmiddelen en zuren, met name zoutzuur en chloridehoudende oplossingen, van het spoelgoed vóórdat u het in de automaat plaatst. Dit geldt ook voor stoffen die corrosie kunnen veroorzaken. Van oplosmiddelen in verbinding met vuil mogen slechts sporen aanwezig zijn. Dit geldt met name voor gevarenklasse A1. ~ De automaat en de directe omge- ving ervan mogen niet met water (waterslang of hogedrukreiniger) worden afgespoten.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Correcte plaatsing Toebehoren ~ Dit apparaat mag uitsluitend door een vakman op een niet-stationaire locatie (bijvoorbeeld een boot of camper) worden ingebouwd en aangesloten. Hierbij moet aan alle voorwaarden voor een veilig gebruik worden voldaan. ~ Toebehoren mogen alleen dan worden aan- of ingebouwd, als deze uitdrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen Het afdanken van het apparaat ~ Verwijder met het oog op de veiligheid en het milieu alle resten van reinigingsmiddelen. Neem hierbij de veiligheidsinstructies in acht. Draag een veiligheidsbril en handschoenen! Maak het slot van de deur onbruikbaar, zodat kinderen zich niet in het apparaat kunnen opsluiten. Informeer bij de gemeentelijke reinigingsdienst naar de verdere verwerkingsprocedures voor afgedankte apparaten.
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu Het verpakkingsmateriaal Het afdanken van het apparaat De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren.
Vóór het eerste gebruik Neem voordat u het apparaat in gebruik neemt beslist de volgende punten in acht! Uitgebreide informatie met betrekking tot deze punten vindt u in de desbetreffende hoofdstukken. Waterontharder voorbereiden Afhankelijk van de waterhardheid van uw leidingwater moet de waterontharder worden ingesteld. Bovendien moet het zoutreservoir eerst met water en daarna met regenereerzout worden gevuld.
Deur openen en sluiten Deur openen a Deur sluiten ^ Druk op de deuropener totdat u weerstand voelt en pak tegelijk de greep vast om de deur te openen. ^ Klap de deur omhoog en druk hem dicht totdat hij vastklikt. Druk daarbij niet op de deuropener. Tijdens een programma mag de deur alleen in noodgevallen worden geopend, bijvoorbeeld als de inhoud rammelt of als het programma wordt onderbroken na een foutmelding. Zie "Programma onderbreken".
Waterontharder Om kalkafzetting op het servies en in de automaat te vermijden, dient het spoelwater te worden onthard. De ingebouwde waterontharder kan alleen optimaal functioneren als: 1. deze op de juiste wijze is ingesteld (geprogrammeerd) en Voor de Technische Dienst van Miele Nederland B.V. is het handig als u de hardheid van het water hieronder noteert. ^ Vul hier de hardheid van het water in: °d 2. het zoutreservoir gevuld is.
Waterontharder Tabel voor het instellen van de waterontharder 16 °d mmol/l °f instelling °d mmol/l °f instelling 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 *) 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 0,2 0,4 0,5 0,7 0,9 1,1 1,3 1,4 1,6 1,8 2,0 2,2 2,3 2,5 2,7 2,9 3,1 3,2 3,4 3,6 3,8 4,0 4,1 4,3 4,5 4,7 4,9 5,0 5,2 5,4 5,6 5,8 5,9 6,1 6,3 6,5 6,7 6,8 7,0 7,2 7,4 7,6 7,7 7,9 8,1 2 4 5 7 9 11 13 14 16 18 20 22 23 25 27 29 31 32 34 36 38 40 41 43 45 47 49 50
Waterontharder Waterontharder instellen ^ Schakel de automaat uit. ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP". ^ Druk de toetsen 4 en 6 in, houd deze ingedrukt en schakel tegelijk de automaat met de Aan/Uit-toets I-0 in. In het display verschijnt de actuele programmastatus "P...". Het controlelampje p / 6 brandt. ^ Druk 1x op de 3 toets. In het display verschijnt nu "E01" (programmeermenu 1). ^ Draai de programmaschakelaar 6 posities naar rechts (hij staat op "6 uur").
Waterontharder Zoutreservoir vullen Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout met een korrelgrootte van ca. 1-4 mm, zoals Broxomatic of Sunzout. Gebruik in geen geval andere soorten zout zoals keukenzout of strooizout! Deze zouten kunnen niet-oplosbare deeltjes bevatten die een nadelig effect kunnen hebben op de werking van de ontharder. Als u het zoutreservoir voor de eerste keer vult, moet u het eerst met ca. 2,5 l water vullen. In het zoutreservoir kan ca. 2,5 kg zout.
Waterontharder Controlelampje "Zout bijvullen" Wanneer het controlelampje k "Zout bijvullen" b brandt, moet het zout in het zoutreservoir worden bijgevuld. De waterontharder wordt automatisch tijdens een programma geregenereerd. Wanneer dit gebeurt, brandt het controlelampje k a in het programmaverloop.
Toepassingsmogelijkheden Het vullen van de automaat Voorbereiden ^ Leeg het serviesgoed voordat u het in de automaat plaatst. ,Er mogen geen zuurresten of oplosmiddelen, vooral geen zoutzuur en chloride, in de spoelruimte terechtkomen. Belangrijk ^ Om het servies optimaal schoon te krijgen, moet het zó in de automaat worden geplaatst, dat het water er aan alle kanten bij kan. ^ Zorg ervoor dat het spoelgoed goed verdeeld wordt (niet over elkaar heen).
Toepassingsmogelijkheden Indelingsvoorbeelden: Losse boven- en onderrekken O 881 Bovenrek voor 20 kopjes, 24 schoteltjes of 12 dessertschaaltjes. O 889 Bovenrek-lafette voor diverse inzetten, bijvoorbeeld voor bestek en glazen. U 880 Onderrek met 2 halve inzetten E 216 voor elk 15 borden Ø 240 mm en 2 kokers E 165 voor verschillende soorten bestek. U 880 Onderrek met inzet E 884 voor 20 grote borden of 10 dienbladen.
Toepassingsmogelijkheden Glazenset GG/F-GL O 882 Bovenrek voor 27 glazen Ø 65 mm. U 880 Onderrek met 2 halve inzetten E 205 voor elk 14 glazen Ø 65 mm.
Toepassingsmogelijkheden Bovenrek verstellen Het bovenrek is verstelbaar. Er zijn 3 standen met telkens 2,5 cm hoogteverschil. Het rek staat standaard op de middelste stand. Afhankelijk van de positie van het bovenrek passen bijvoorbeeld borden met een volgende doorsnede in de rekken: Voorbeeld bovenrek O 881 Bovenrek in Bovenrek Ø Onderrek Ø stand in cm in cm Boven max. 16,5 24 *) Midden max. 19 24 *) Onder max. 21,5 24 *) *) in inzet E 216. Voor borden met een Ø 30 cm gebruikt u inzet E 888.
Toepassingsmogelijkheden Niet geschikt voor deze automaat – Bestek met een houten of hoornen handgreep. – Ontbijtplankjes van hout of kunststof. – Oude messen en dergelijke waarvan heft en lemmet aan elkaar zijn gelijmd. – Kunstvoorwerpen. – Voorwerpen van koper en tin. – Voorwerpen van niet-hittebestendige kunststof. Belangrijk – Bestek en serviesgoed van aluminium of zilver kunnen verkleuren. – Decoraties op het glazuur kunnen dof worden. – Glaswerk kan na verloop van tijd dof worden.
Naspoelmiddel doseren Naspoelmiddel zorgt ervoor dat het water tijdens het drogen als een film van het servies afloopt en dat het serviesgoed na het spoelen gemakkelijker droogt. Het naspoelmiddel, bijvoorbeeld Mielclear, wordt in het reservoir van het doseerapparaat gedaan. De ingestelde hoeveelheid wordt bij het naspoelen automatisch toegevoegd. Het doseerapparaat heeft een inhoud van ca.125 ml.
Naspoelmiddel doseren Het instellen van de naspoelmiddeldosering ^ Vul naspoelmiddel bij, totdat het in de vulopening zichtbaar is, niet meer! ^ Druk het klepje daarna weer goed dicht om te voorkomen dat tijdens het spoelen water in het reservoir komt. ^ Verwijder eventueel gemorst naspoelmiddel om bij een volgend reinigingsprogramma sterke schuimvorming te voorkomen. Het klepje blijft altijd gesloten.
Reinigingsmiddel doseren ,Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor speciale reinigingsautomaten. Gebruik nooit reinigingsmiddel voor huishoudelijke afwasautomaten! U kunt het reinigingsmiddel in poedervorm via het poederreservoir doseren of vloeibaar via de DOS-module (speciaal toebehoor - zie "Let op!" op de volgende pagina).
Reinigingsmiddel doseren Het programma J (SUPERKORT): Onderhoud doseersystemen Om een veilig gebruik te kunnen waarborgen, moeten regelmatig onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd. Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door de Technische Dienst van Miele worden uitgevoerd. Vervang eens per 1 - 1 1/2 jaar de slangen van de doseersystemen c.q. DOS-modules.
Programma kiezen Laat de keuze van het programma steeds afhangen van het te reinigen spoelgoed en de mate van verontreiniging. In het programma-overzicht op de volgende bladzijde worden de verschillende programma’s en hun toepassingsmogelijkheden beschreven.
Programma-overzicht Programma Toepassing Reinigingsmiddel (indien geen vloeibaar middel wordt gebruikt) Let op de aanwijzingen van de fabrikant! D AFSPOELEN Voor het spoelen van sterk vervuild serviesgoed (bijvoorbeeld om vooraf grove vervuilingen te verwijderen of om indrogen te voorkomen, als een compleet programma nog niet zinvol is). , BIERGLAZEN Een speciaal bierglazenprogramma. De glazen drogen na afloop niet op en moeten dus eventueel nog met de hand worden afgedroogd.
Programmaverloop 1. Voorspoelen (spaarstand) 2. Voorspoelen 3. Reinigen 4. Tussenspoelen (spaarstand) 5. Tussenspoelen I 6. 7. Tussen- Naspoelen spoelen II 3) 8.
In- en uitschakelen Inschakelen ^ Sluit de deur. ^ Draai de waterkranen open (indien dit nog niet is gebeurd). ^ Druk op de toets I-0. Op het bedieningspaneel brandt in het display een punt als de programmaschakelaar op f "STOP" staat. Programma starten ^ Draai de programmaschakelaar naar links of rechts op het gewenste programma. In het display wordt de reinigingstemperatuur van het gekozen programma weergegeven behalve bij D (AFSPOELEN) en 6 (AFPOMPEN). Het controlelampje naast de starttoets 6 knippert.
In- en uitschakelen Programma wijzigen Einde van het programma Als de starttoets nog niet is ingedrukt, kan een per abuis gekozen programma nog als volgt worden gewijzigd (zie anders de rubriek "Programma onderbreken"): Als in het programmaverloop geen controlelampje meer brandt en het "start"-lampje 6 uitgaat, is het programma afgelopen. In het midden van het display verschijnt een "0". Gedurende maximaal 30 seconden (standaardinstelling) hoort u een akoestisch signaal.
In- en uitschakelen Programma onderbreken Een gestart programma mag alleen in noodgevallen worden onderbroken, bijvoorbeeld als de inhoud rammelt. ^ Draai de programmaschakelaar op f (het programma wordt na ca. 2 seconden onderbroken). ^ Open de deur met de toets a. ,Let op! Het spoelgoed kan heet zijn. U kunt zich hieraan branden. ^ Zet het spoelgoed stabiel neer. (Draag daarbij handschoenen in verband met infectiegevaar). ^ Vul, indien nodig, reinigingsmiddel (poeder) bij. ^ Sluit de deur.
Extra functies programmeren Let op! Wanneer u een waarde verandert die in de fabriek is ingesteld, dient u dit te documenteren voor een eventueel volgend bezoek van de Technische Dienst. Vul de verandering in het vakje "Ingestelde waarde: " in. 1. Koudwatertoevoer veranderen van: "toevoer nominale waterhoeveelheid" in "nominale waterhoeveelheid + 1 l" De waterhoeveelheid kan per watertoevoerbeurt (max. 9,5 l) met 1 l worden verhoogd. Ga als volgt te werk: ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP".
Extra functies programmeren 3. Tussenspoelen (spaarstand) kiezen (alleen J "SUPERKORT") ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP". ^ Schakel de automaat uit. ^ Druk de toetsen 4 en 6 in, houd deze ingedrukt en schakel tegelijk de automaat in met de Aan/Uit-toets I-0. In het display verschijnt de actuele programmastatus "P...". Het controlelampje p / 6 brandt. ^ Druk 1x op toets 3 en in het display verschijnt "E01" (programmeermenu 1). ^ Draai de programmaschakelaar op s.
Extra functies programmeren 4. Doseersysteem DOS-module G 60 of C 60 (speciaal toebehoor) ontluchten en te doseren hoeveelheid instellen ^ Zet de doseerschakelaar van de DOSmodule op "10" (alleen bij DOS-module C 60). ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP". ^ Schakel de automaat uit. ^ Druk de toetsen 4 en 6 in, houd deze ingedrukt en schakel tegelijk de automaat in met de Aan/Uit-toets I-0. In het display verschijnt de actuele programmastatus "P...". Het controlelampje p / 6 brandt.
Extra functies programmeren 5. Wijziging van de reinigingstemperatuur en/of temperatuurstop van de programmafase "Reinigen" en "Naspoelen" Let op! Elke wijziging van de temperatuur en/of de temperatuurstop dient in het "Programma-overzicht" te worden vastgelegd voor een eventueel volgend bezoek van de Technische Dienst. De standaard ingestelde reinigings-/ naspoeltemperatuur en temperatuurstop vindt u in het "Programma-overzicht". Met deze extra functie kan de reinigings- c.q.
Extra functies programmeren Temperatuur "Reinigen": ^ Druk 3x op de 3 toets en in het display verschijnt "E03" (programmeermenu 3). ^ Draai de programmaschakelaar op het programma dat moet worden gewijzigd. In het display verschijnt de actuele instelling achter °C. ^ Druk net zo vaak op de 4 toets of houd deze toets net zolang ingedrukt totdat de gewenste instelling in het display verschijnt. Temperatuurstop "Reinigen": ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP".
Extra functies programmeren 6. Voorkeuze activeren en starttijd van het programma instellen ^ Druk op de 6 toets. In het display verschijnt "SP". De start van een reinigingsprogramma kan in stappen van 30 minuten tot 9 uur en 30 minuten worden uitgesteld. ^ Druk nogmaals op de 6 toets. De wijziging wordt in het geheugen opgeslagen. Let op! Wij adviseren de voorkeuze (uitstel van het moment waarop het programma start) alleen bij de programma’s "Universeel", "Universeel Plus" en "Intensief" in te stellen.
Extra functies programmeren 7. Akoestisch signaal (zoemer) U kunt de zoemer (maximaal 30 seconden) voor meerdere functies gebruiken. Het akoestische signaal varieert: – Programma-einde = continu signaal. – Foutmelding = signaal in secondenritme. ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP". ^ Schakel de automaat uit. ^ Druk nogmaals op de toets 6. De wijziging wordt in het geheugen opgeslagen. Ingestelde waarde: Let op! De zoemer wordt voortijdig uitgezet als – u de programmaschakelaar op f "STOP" zet.
Extra functies programmeren 8. Alle gewijzigde parameters terugzetten op de standaardinstellingen ^ Zet de programmaschakelaar op f "STOP". ^ Schakel de automaat uit. ^ Druk de toetsen 4 en 6 in, houd deze ingedrukt en schakel tegelijk de automaat in met de Aan/Uit-toets I-0. In het display verschijnt de actuele programmastatus "P...". Het controlelampje p / 6 brandt. ^ Druk 7x op toets 3 en in het display verschijnt "E07" (programmeermenu 7).
Reiniging en onderhoud Zeven in de spoelruimte reinigen ,Zonder de zeven mag de automaat niet worden gebruikt! De zeefcombinatie op de bodem van de spoelruimte moet regelmatig worden gecontroleerd en gereinigd. ,Pas op voor eventuele glassplinters! Grove zeef reinigen ^ Pak het microfilter aan beide lipjes vast en draai het los door het twee keer linksom te draaien. ^ Druk de opstaande lipjes iets samen. Haal de zeef eruit en reinig deze.
Reiniging en onderhoud Sproeiarmen reinigen Het kan voorkomen dat in de sproeikoppen van de sproeiarmen verontreinigingen zitten. U dient de sproeiarmen dan ook regelmatig (ongeveer eens per half jaar) te controleren. ^ Druk de verontreinigingen in de sproeikoppen met een spits voorwerp naar binnen en spoel ze vervolgens onder stromend water weg. Daartoe moet u de sproeiarmen eerst als volgt verwijderen: ^ Schroef de bovenste sproeiarm eraf.
Reiniging en onderhoud Afvoerpomp en terugslagklep reinigen Onder de terugslagklep bevindt zich de afvoerpomp (zie pijl). Als het spoelwater aan het einde van een programma niet is afgepompt, kan dit eraan liggen dat de afvoerpomp of de terugslagklep door voorwerpen wordt geblokkeerd. Deze kunnen eenvoudig worden verwijderd. ^ Haal de zeefcombinatie uit de spoelruimte. ^ Controleer voordat u de terugslagklep terugplaatst of voorwerpen de afvoerpomp blokkeren.
Reiniging en onderhoud Zeefjes in de watertoevoer reinigen Ter bescherming van de watertoevoerklep zijn in de schroefkoppeling zeefjes ingebouwd (zie afbeelding). Als deze zeefjes vuil zijn, moeten ze worden gereinigd, omdat er anders te weinig water in de automaat stroomt. ,De kunststof behuizing van de Waterproof-ventielen bevat een elektrisch onderdeel en mag daarom niet in vloeistoffen worden gedompeld.
Nuttige tips Mocht er een storing optreden, dan kunt u deze in vele gevallen zelf verhelpen. Laat werkzaamheden aan elektrische onderdelen uit veiligheidsoverwegingen altijd door de Technische Dienst van Miele verrichten! Storingen / mogelijke oorzaken – De afvoerpomp is verstopt. ^ Draai de programmaschakelaar op f "STOP" (de foutcode verdwijnt). ^ Verhelp de storing. ^ Laat het water afpompen en start het programma opnieuw (zie hiervoor het programma "AFPOMPEN" en de rubriek "Inschakelen").
Nuttige tips Mocht de thermische beveiliging herhaald reageren, neem dan contact op met de Technische Dienst van Miele. Technische Dienst Wanneer u ondanks deze aanwijzingen een opgetreden storing niet zelf kunt verhelpen, waarschuw dan de Technische Dienst van Miele Nederland B.V. Vermeld hierbij welke foutcode "F..." er in het display wordt weergegeven. Vermeld hierbij tevens het type en het nummer van het apparaat. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje (zie "Elektrische aansluiting").
Plaatsing Gebruik bij het opstellen het bijgevoegde installatieschema! ^ Open de deur. ,In de directe omgeving van het apparaat mag uitsluitend meubilair voor professioneel gebruik worden geplaatst. Andere meubels worden door de condens beschadigd. De automaat moet stabiel en waterpas worden opgesteld. Oneffenheden in de vloer kunnen met de stelvoeten worden gecorrigeerd.
Plaatsing Automaat stellen en vastschroeven Om de stabiliteit te waarborgen, moet de automaat na het stellen aan het werkblad worden vastgeschroefd. ^ Open de deur en schroef de automaat links en rechts door de gaten van de voorste lijst aan het doorlopende werkblad vast. ^ Om bij inbouw de beluchting van de circulatiepomp ongehinderd te laten plaatsvinden, mogen de voegen bij kasten of apparaten die ernaast staan niet met siliconenkit worden dichtgespoten.
Elektrische aansluiting ,De elektrische aansluiting mag uitsluitend worden gerealiseerd door een erkend elektricien. – De elektrische huisinstallatie dient volgens NEN 1010 geïnstalleerd te zijn! – Het apparaat moet op een geschikte contactdoos worden aangesloten (die ook na plaatsing van het apparaat toegankelijk is) of worden voorzien van een vaste aansluiting. Bij een vaste aansluiting moet het apparaat via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld.
Elektrische aansluiting Het verwijderen van het sokkelpaneel en het kunststof beschermkapje Zie ook het bijgevoegde installatieschema. Randaarde aansluiten Voor de aansluiting op de randaarde bevindt zich aan de achterkant van het apparaat een aardaansluiting (8). ,Haal de spanning van het apparaat! ^ Pak het sokkelpaneel aan beide zijkanten vast, trek het iets naar boven a en haak het naar voren toe uit de houders b.
Wateraansluiting Watertoevoer aansluiten ,Het water in de automaat is geen drinkwater! – De automaat moet overeenkomstig de voorschriften van het waterleidingbedrijf worden aangesloten. – Een terugstroomklep in de leiding is niet nodig vanwege de standaardvoorziening in de machine. – De waterdruk moet minimaal 50 kPa overdruk bedragen (100 kPa = 1 bar). Is de waterdruk lager dan 200 kPa dan wordt de waterinstroomtijd automatisch langer. De maximaal toelaatbare stat. druk bedraagt 1000 kPa (overdruk).
Wateraansluiting Waterafvoer aansluiten – De afvoer van de machine is voorzien van een terugslagklep, zodat afvoerwater niet naar de machine kan terugstromen. – Het apparaat kan het beste op een apart afvoersysteem worden aangesloten. Als dat niet mogelijk is, adviseren wij de automaat aan te sluiten op een sifon met twee kamers (verkrijgbaar bij de Technische Dienst van Miele Nederland B.V.). De opvoerhoogte moet liggen tussen 0,3 en 1 meter, gemeten vanaf de onderkant van het apparaat.
Technische gegevens Hoogte: 85 (82) cm Breedte: 60 cm Diepte: 60 cm Spanning: Aansluitwaarde: Zekering: zie typeplaatje zie typeplaatje zie typeplaatje Aansluitkabel: ca. 1,8 m Waterdruk: 50 - 1000 kPa overdruk (100 kPa = 1 bar) Koud- en warmwateraansluiting: tot max. 70 °C Opvoerhoogte: min. 0,3 m, max. 1 m Afpomplengte: max. 4 m Toevoerslang: ca. 1,7 m Afvoerslang: ca.
Wijzigingen voorbehouden / 3108 M.-Nr.