Operation Manual

134
i
Scherpstelvergrendeling
Wanneer Enkelvoudige AF is geselecteerd voor Scherpstelstand
(0 128), kan scherpstelvergrendeling worden gebruikt om de
compositie te wijzigen na scherpstelling op het onderwerp in het
midden van het beeld, waarbij u kunt scherpstellen op een
onderwerp dat zich niet in het midden van de uiteindelijke
compositie bevindt. Als de camera niet kan scherpstellen met
autofocus (0 130), kunt u ook scherpstellen op een ander
onderwerp op dezelfde afstand om vervolgens
scherpstelvergrendeling te gebruiken om de compositie van de foto
aan te passen. Scherpstelvergrendeling geeft het beste resultaat
wanneer een andere optie dan Automatisch veld is geselecteerd
voor AF-veldstand (0 133).
1
Vergrendel de scherpstelling.
Plaats het onderwerp in het midden van
het beeld en druk de ontspanknop half
in om de scherpstelling te activeren.
Controleer of het scherpstelveld groen
wordt weergegeven. Scherpstelling
blijft vergrendeld terwijl de
ontspanknop half wordt ingedrukt.
2
Pas de compositie aan en maak de foto.
Scherpstelling blijft vergrendeld tussen
de opnamen.
Verander de afstand tussen de camera en het onderwerp niet
wanneer de scherpstelling is vergrendeld. Als het onderwerp
beweegt, til uw vinger van de ontspanknop om
scherpstelvergrendeling te beƫindigen en stel vervolgens opnieuw
scherp bij de nieuwe afstand.