Operation Manual

38
6
A Diafragmavoorkeuze
In diafragmavoorkeuze kunt u het diafragma kiezen terwijl de
camera automatisch de sluitertijd selecteert die de optimale
belichting oplevert. Grote diafragma’s (lage f-waarden)
verminderen de scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor
het hoofdonderwerp onscherp zijn. Kleine diafragma’s (hoge f-
waarden) verhogen de scherptediepte, zodat details in de achter-
en voorgrond er uitspringen. Een beperkte scherptediepte wordt
doorgaans gebruikt in portretten om achtergronddetails onscherp
te maken, terwijl een grote scherptediepte wordt gebruikt voor
landschapsfoto’s om zowel de voorgrond als de achtergrond scherp
te stellen.
❚❚ Een diafragma kiezen
Draai de multi-selector tegen de wijzers van
de klok in voor grotere diafragma’s (lagere
f-waarden), met de wijzers van de klok mee
voor kleinere diafragma’s (hogere f-
waarden). De minimale en maximale
waarden zijn afhankelijk van het
momenteel in gebruik zijnde objectief.
Groot diafragma (f/5.6) Klein diafragma (f/16)