User manual

139
Locatiegegevensfuncties gebruiken/kaarten weergeven
C Opmerkingen over de weergave van richtings- en locatiegegevens
Richtings- of locatiegegevens enz. worden getoond wanneer een kaart wordt
weergegeven in de opnamestand of wanneer de U-knop ingedrukt wordt gehouden
terwijl de stroomtoevoer uitgeschakeld is.
1 Datum en tijd
2 Ontvangst locatiegegevens
3 Weergave log aanmaken (locatiegegevens)
4 Weergave log aanmaken (hoogte/waterdiepte)
5 Hoogte
6 Atmosferische druk
7 Richting
8 Lengtegraad en breedtegraad
9 Locatienaaminformatie (Points of Interest: POI)*
10 Kompasweergave
* “----” kan worden weergegeven voor de locatienaaminformatie, afhankelijk van het
instellingsniveau in Detailleringsniveau van Points of interest (POI).
C Kaartbewerkingen van opgeslagen locaties
Als u op de k-knop drukt en Centrum op
opgeslagen locatie selecteert terwijl een kaart wordt
weergegeven (A136, 138) of een miniatuur is
geselecteerd (A144), bladert de kaart naar de
opgeslagen locatie die zich het dichtst bij het centrum
van het scherm bevindt.
Gebruik HIJK van de multi-selector om naar
andere opgeslagen locaties te gaan.
Druk op de l-knop om het opslaan van een locatie
te annuleren.
- Huidige locatie: Annuleer het opslaan van de geselecteerde locatie.
- Geselecteerde locaties: Verwijder een groep opgeslagen locaties. Gebruik de multi-
selector om een opgeslagen locatie te selecteren, en druk op de l-knop. Druk
nogmaals op de l-knop om de selectie op te heffen. Druk op de k-knop als u klaar
bent met het selecteren van de locaties.
- Alle locaties: Verwijder alle opgeslagen locaties tegelijk.
Druk op de k-knop om het bedieningsscherm te sluiten.
15
/
11
/
2015 15:30
24
º
19’
21”
124
º
04’
37”
1010
NNE
1554
m
N
E
hPa
1 2 4
5
6
8
9
7
3
10
500m