User manual

142
Locatiegegevensfuncties gebruiken/kaarten weergeven
B Opmerkingen over logopname
Als de datum en tijd niet ingesteld zijn, kan het log niet worden opgenomen.
Wanneer alle logs of een waterdieptelog worden opgenomen, corrigeert u de hoogte of
waterdiepte met behulp van Hoogte-/dieptecorrectie in Hoogte-/diepteopties
(A118) in het optiesmenu locatiegegevens voor de logopname begint.
Gebruik een accu die volledig opgeladen is, om te voorkomen dat de camera tijdens de
logopname uitschakelt. Wanneer de accu leeg raakt, eindigt de logopname.
Terwijl het hoogtelog of waterdieptelog wordt opgenomen, loopt de accu veel sneller
leeg. Let goed op het resterende niveau van de accu.
Loggegevens kunnen niet worden opgenomen terwijl de camera niet positioneert, zelfs
als de logopname reeds werd gestart.
Ook wanneer de camera wordt uitgeschakeld maar er nog tijd overblijft voor de
logopname, gaat de logopname continu verder tot de vooringestelde tijd verstreken is.
De logopname eindigt ten gevolge van de hierna beschreven handelingen, ook wanneer
er nog tijd over is voor de logopname.
- De accu wordt verwijderd
- Locatiegeg. opnemen in Optiesmenu locatiegeg. is ingesteld op Uit (behalve
wanneer Dieptelog starten wordt gebruikt om de opname van een dieptelog te
starten)
- Standaardwaarden in het setup-menu wordt uitgevoerd
- De instelling van de interne klok (tijdzone of datum en tijd) wordt gewijzigd
- Een optie om de logopname te beëindigen, is geselecteerd in Log aanmaken in het
optiesmenu locatiegegevens (A143)
De logopname wordt gepauzeerd tijdens de volgende handelingen.
- Tijdens continue opname
- Tijdens filmopname
- Wanneer de aansluiting is uitgevoerd met een USB-kabel of HDMI-kabel
De logopname wordt hervat wanneer de handelingen hierboven ten einde zijn.
De loggegevens worden tijdelijk opgeslagen in de camera. Nieuwe logs kunnen niet
worden opgenomen als er nog loggegevens in de camera zitten. Na het opnemen van
loggegevens dient u deze op een geheugenkaart op te slaan (A143).