Operation Manual

D Wanneer het totaalaantal cijfers van een
breukwaarde (gehele getal+teller+noe-
mer+scheidingsteken) meer dan 10 be-
draagt, worden de waarden automatisch in
de decimaalnotatie weergegeven.
Voorbeeld 1.:
2 3 1 4
5
Voorbeeld 2.:
1
2 1.6
D De resultaten van breuk−/decimaalbereke-
ningen zijn altijd decimaal.
J Omrekening van decimaal in breuk
Voorbeeld 1.:
2.75
J Omrekening van breuk in decimaal
Voorbeeld 1.:
1 2
Procentberekening
D Procentberekeningen worden uitgevoerd in
de modus COMP.
Voorbeeld 1.: 12% van 1500 berekenen
1500 12
Voorbeeld 2.: Berekenen hoeveel procent
660 van 880 is
660 880
Voorbeeld 3.: 15% optellen bij 2500
2500 15
2500
Voorbeeld 4.: 3500 verminderen met 25%
3500 3500 25
Voorbeeld 5.: Met hoeveel procent is het ge-
wicht van een proefmonster met een oorspron-
kelijk gewicht van 500 gram gestegen, wan-
neer 300 gram worden toegevoegd?
300 500
500
Voorbeeld 6.: Met hoeveel procent is de tem-
peratuur gestegen, wanneer deze van 40 °C
wijzigt in 46 °C?
46 40
40
Berekeningen met wetenschappelijke func-
ties
D Berekeningen met wetenschappelijke func-
ties worden uitgevoerd in de modus COMP.
D = 3,1415926536
Trigonometrische functies / boogfuncties
Voorbeeld 1.: sin 63° 52’ 41"
>
63 52 41
Voorbeeld 2.:
>
3
Voorbeeld 3.:
>
2 2
Voorbeeld 4.: tan
−1
0,741
>
0.741
J Hyperboolfuncties / oppervlaktefuncties
Voorbeeld 1.: sinh 3,6
3.6
Voorbeeld 2.: sinh
−1
30
30
J Omrekening van hoekeenheden
D Druk op om het volgende menu
weer te geven:
D Wanneer u op , of drukt, wordt
de weergegeven waarde naar de desbetref-
fende hoekeenheid omgerekend.
Voorbeeld 1.: 4.25 radianten omrekenen naar
graden:
>
4.25
Algemene en natuurlijke logaritmen / anti-
logaritmen
Voorbeeld 1.: log 1.23
1.23
Voorbeeld 2.: ln 90(=log
e
90)
90
Voorbeeld 3.: e
10
10
Voorbeeld 4.: 10
1.5
1.5
Voorbeeld 5.: 2
4
2 4
J Vierkantswortels, derdemachtswortels,
wortels, kwadraten, inhoud, reciproque
waarden, faculteiten, aselecte getallen
en
Voorbeeld 1.:
2
+
3
x
5
2 3
5
Voorbeeld 2.:
5 27
Voorbeeld 3.:
7 123
Voorbeeld 4.: 123 + 30
2
123 30
Voorbeeld 5.: 12
3
12
Voorbeeld 6.:
3 4
Voorbeeld 7.: 8!
8
Voorbeeld 8.: Genereren van een aselect ge-
tal tussen 0.000 en 0.999. (Resultaten zijn al-
tijd verschillend.)
Voorbeeld 9.: 3
3
J FIX, SCI, RND
Voorbeeld 1.: 200:7x14=400
200 7 14
(Geeft drie decimalen aan.)
(De verdere berekening vindt plaats met weer-
gave van 10 cijfers in het display.)
200 7
14
Dezelfde berekening met het aangegeven aantal
decimalen uitvoeren
200 7
(Interne afronding)
14
D Druk op om de FIX−invoer
te wissen.
Voorbeeld 2.: 1:3, resultaten weergeven met
twee significante cijfers (SCI2).
1
3
D Druk op om de SCI−invoer
te wissen.
J ENG−berekeningen
Voorbeeld 1.: 56088 meter omrekenen naar
kilometers
56088
Voorbeeld 2.: 0,08125 gram omrekenen naar
milligram
0.08125
J Omrekening van coördinaten (Pol (x, y),
Rec (r, ))
D De rekenresultaten worden automatisch ge-
rangschikt op de variablen E en F.
Voorbeeld 1.: Poolcoördinaten (r=2, =60°)
omrekenen naar rechthoekige coördinaten (x,
y) (modus DEG)
x 2
60
y
D , wisselt de aangegeven
waarde om tegen de opslagwaarde.
Voorbeeld 2.: Rechthoekige coördinaten (1,
3
) omrekenen naar poolcoördinaten (r, )
(modus RAD)
r
1 3
D , wisselt de aangegeven
waarde om tegen de opslagwaarde.
J Permutaties
Voorbeeld 1.: Bepalen hoeveel verschillende
getallen van 4 cijfers met de getallen 1 tot en
met 7 gegenereerd kunnen worden
D Binnen de getallen van 4 cijfers mag geen
enkel getal (cijfer) twee maal voorkomen
(1234 is geldig, maar 1123 niet.)
7 4
J Combinatie
Voorbeeld 1.: Bepalen hoeveel verschillende
groepen van 4 leden in een groep van 10 indi-
viduen kunnen worden samengesteld.
10 4
Statistische berekeningen
J Standaarddeviatie (modus SD)
D Druk op om de modus SD voor sta-
tistische berekeningen met standaarddevia-
tie te activeren.
D De gegevensinvoer begint altijd met
om de statistische opslag te wissen.
D Met de ingevoerde
gegevens worden de
waarden voor n, x, x
2
, ,
ón
en
ón
−1
berekend, die u met de
hiernaast vermelde
toetsen kunt oproepen.
Voorbeeld 1.:
ón
,
ón
−1, , n, x en x
2
berekenen
voor de volgende gegevens: 55, 54, 51, 55, 53,
53, 54, 52
Modus SD activeren
(Opslag gewist)
55 54 51 55
53 54 52
(Voorbeeldstandaarddeviatie
ón
−1)
(Populatiestandaarddeviatie
ón
)
(Rekenkundig gemiddelde )
(Gegevensaantal n)
(Som van de waarden x)
(Som van de kwadraten van de waarden x
2
)
Voorzorgsmaatregelen bij de gegeven-
sinvoer
D Met worden dezelfde gegevens
twee maal ingevoerd.
D Gelijke gegevens kunnen met
meerdere malen worden ingevoerd. Als u
de gegevens 110 maal wilt invoeren, drukt u
bijvoorbeeld op 110 10 .
D De hierboven vermelde resultaten kunnen
in een willekeurige volgorde, en niet alleen
in de hierboven genoemde worden behaald.
D Om de laatst ingevoerde gegevens te wis-
sen, drukt u op .
J Regressieberekeningen (modus REG)
D Druk op om over te gaan op de mo-
dus REG en selecteer een van de volgende
soorten regressie.
: Lineaire regressie
: Logaritmische regressie
: Exponentiële regressie
: E−regressie
: Omgekeerde regressie
D De gegevensinvoer begint altijd met
om de statistische opslag te wissen.
D De uit een regressieberekening gegene-
reerde waarden hangen af van de inge-
voerde waarden en de resultaten kunnen
met behulp van de toetscombinaties uit de
volgende tabel worden opgeroepen.
D Lineaire regressie
De regressieformule voor de lineaire regressie
is: y=A+Bx.
Voorbeeld 1.: Luchtdruk ten opzichte van
temperatuur
Tempera-
tuur
Lucht-
druk
10 °C 1003 hPa
15 °C 1005 hPa
20 °C 1010 hPa
25 °C 1011 hPa
30 °C 1014 hPa
Modus REG activeren (lineaire regressie)
(Opslag leeg)
10 1003 15
1005
20 1010 25
1011
30 1014
(Regressiecoëfficiënt A)
(Regressiecoëfficiënt B)
(Correlatiecoëfficiënt r)
(Luchtdruk bij 18°C)
18
(Temperatuur bij 1000 hPa)
1000
Kwadratische regressie
D De formule voor kwadratische
regressie luidt:
y = A+Bx+Cx
2
678910
2
1
4
+
35
−−
2 7 15.
1
1,6+
2
2.1
2.75 >
3
2
4
2.75
2 3 4.
11 4.
1
<> 0,5 (Breuk<>Decimaal)
2
1 2.
0.5
1 2.
180.
75.
2875.
2625.
300+500
500
x100=160(%)
160.
46−40
40
x100=15(%)
15.
0.897859012
cos
3
RAD
0.5
cos
4
RAD
−1 2
2
=
0.785398163
0.25
36.53844577
18.28545536
4.094622224
4.25r
243.5070629
0.089905111
4.49980967
22026.46579
31.6227766
16.
5.287196909
3
5 +
3
−27
−1.290024053
(=123
1
7
)
7
123
1.988647795
1023.
1728.
1
3
1
4
1
12.
40320.
0.664
9.424777961
400.
400.000
Fix
28.571
400.000
28.571
28.571
399.994
3.3
−01
Scl
56.088
03
81.25
−03
1.
1.732050808
2.
1.047197551
840.
210.
x
2
x
x
N
ón
x
ón
−1
52.
SD.........
1.407885953
1.316956719
53.375
8.
427.
22805.
ón
x
x
2
x
x
n
y
2
y
x
y
3
x
2
x
y
4
x
Regressiecoëfficiënt A
Regressiecoëfficiënt B
Regressiecoëfficiënt C
Correlatiecoëfficiënt r
Voer de lineaire regressie
uit om de voorwaarden
voor de regressieformule
en de correlatiecoëfficiënt
voor soortgelijke gege-
vens te bepalen. Gebruik
vervolgens de regressie-
formule om de luchtdruk
bij 18°C en de tempera-
tuur bij 1000 hPa te schat-
ten.
30.
REG..............
997.4
0.56
0.982607368
1007.48
4.642857143