Operation Manual

5
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
75
NL
Apparaatmenu [Apparaatmenu]
Als [
Wachtwoord wijzigen
]
geselecteerd is:
1 Druk op de knop 2 of 3 om [Starten]
te selecteren.
2 Druk op de knop `OK.
Wanneer [Wachtwoord gewijzigd]
wordt weergegeven, is de procedure
voltooid.
Een apparaat op de voicerecorder aansluiten
1
Zet de Wi-Fi AAN/UIT-schakelaar
van de voicerecorder op AAN.
2
Bedien de voicerecorder zodat
het SSID en wachtwoord op het
scherm verschijnen.
3
Wijzig de configuratie van het
apparaat om het aan te sluiten.
Bij configuratie van een smartphone:
Gebruik de QR*-code of het via de
functie [Wi-Fi-verbinding] weergegeven
SSID en wachtwoord om de
smartphone te configureren. Voor meer
gedetailleerde informatie verwijzen wij
naar de gebruikershandleiding van uw
smartphone.
* Om QR-codes te kunnen gebruiken,
moet u vooraf een speciale applicatie
installeren.
TIP
Er is een speciale applicatie voorzien voor
smartphones. Zodra de speciale applicatie
op uw smartphone is geïnstalleerd, kunt
u makkelijk QR-codes gebruiken voor de
configuratie van de telefoon (Blz.93).
OPMERKING
Als de Wi-Fi AAN/UIT-schakelaar op
AAN staat, is de functie [Energie besp.]
uitgeschakeld. In deze stand wordt de
batterij snel verbruikt.
Als de Wi-Fi AAN/UIT-schakelaar op
AAN staat, is de functie [Wachtwoord
wijzigen] niet beschikbaar. Als u de
functie [Wachtwoord wijzigen] wilt
gebruiken, moet u de Wi-Fi AAN/UIT-
schakelaar op UIT zetten.
Bij verbinding via Wi-Fi is de levensduur
van de batterij korter. Als de batterij
leeg raakt tijdens het overzetten van
gegevens, kunnen deze beschadigd
raken. Daarom raden wij bij gebruik
van een Wi-Fi-verbinding aan om de
netspanningsadapter te gebruiken
die samen met de voicerecorder werd
geleverd.
Tijdens opnamen is de bediening van de
Wi-Fi AAN/UIT-schakelaar uitgeschakeld.
Bedien de schakelaar wanneer er geen
opname wordt gemaakt.