Operation Manual

1.2.2 Tegenlichtcorrectie
18 Gebruikershandleiding
1.2.2 Tegenlich tcorrectie
Met de tegenlichtcorrectiefunctie van de camera kan de helderheid van het camerabeeld automatisch
worden gecorrigeerd. U kunt deze functie in- of uitschakelen door te klikken op [On] of [Off] bij [Backlight] in
de bedieningsbalk.
Als u ervoor kiest om de status weer te geven op het beeld, wordt weergegeven op de pagina voor één
camera wanneer de tegenlichtcorrectiefunctie ingeschakeld is (zie Pagina 123).
De helderheid wijzigt automatisch naar de standaardhelderheid telkens wanneer de tegenlichtfunctie
wordt in- of uitgeschakeld.
Wanneer deze functie ingeschakeld is, kan de camera automatisch de helderheid van het camerabeeld
corrigeren. Dit houdt in dat de camera zelfs bij tegenlicht of een hoog contrast het beeld kan corrigeren
om een consistenter, natuurlijker beeld te produceren.
De efficiëntie van deze functie kan variëren afhankelijk van het object dat wordt bekeken en andere
omstandigheden.
Bovendien kan het camerabeeld er in bepaalde omstandigheden onnatuurlijk uitzien of is het mogelijk dat
er beeldruis optreedt wanneer deze functie is ingeschakeld.
1.2.2 Tegenlichtcorrectie