Operation Manual

Aansluiten op andere apparatuur
- 111 -
Als u het toestel aansluit op een printer die PictBridge ondersteunt, kunt u op de LCD-
monitor van de camera de af te drukken opnamen selecteren en aangeven dat moet
worden begonnen met afdrukken.
Sommige printers kunnen direct afdrukken van de kaart als die uit het toestel is
genomen. Raadpleeg voor details de handleiding van de printer.
Voorbereiding: Zet het toestel en de printer aan.
Verwijder de kaart om opnamen af te drukken vanuit het ingebouwde geheugen.
Voer de instelling van de afdrukkwaliteit en andere instellingen uit op de
printer voordat u de opnamen afdrukt.
AUSB-kabel (bijgeleverd)
Controleer de richtingen van de connectors, en steek deze recht naar binnen of haal deze er
recht uit. (Anders zouden de connectors verbogen kunnen worden, wat tot problemen leidt.)
BLijn de markeringen uit en sluit de connectors aan. (U kunt ze niet in omgekeerde
richting aansluiten.)
Gebruik een batterij met voldoende batterijstroom of de AC-adapter (optioneel) en het
DC-koppelstuk (optioneel). Als de batterij bijna leeg is terwijl het toestel op de printer is
aangesloten, geeft het alarm een geluidssignaal. Als dit gebeurt tijdens het afdrukken,
zet het afdrukken dan onmiddellijk stop. Als u niet aan het afdrukken bent, koppel dan
de USB-kabel los.
Sluit de camera aan op de printer met de USB-kabel
A.
Raak [PictBridge(PTP)] aan.
Wanneer het toestel aangesloten is op de printer,
wordt een pictogram [1] weergegeven dat aangeeft
dat de kabel niet mag worden losgekoppeld.
Koppel de USB kabel niet los zolang [1] wordt
weergegeven.
De opnamen afdrukken