Operation Manual

Overige
105
VQT0Y27
Deze melding verschijnt ook als de
USB-kabel alleen in de camera zit.
Sluit het andere eind van de USB-kabel in
dit geval aan op een PC of een printer.
(P91, 94)
Problemen oplossen
De menu-instellingen resetten , kan veel
problemen oplossen.
[RESETTEN] in het [SET-UP] menu
kiezen. (P21)
Batterijen en stroom
1: Het toestel kan niet bediend worden
zelfs wanneer het aanstaat.
Zitten de batterijen goed in het toestel?
Controleer de richting van de batterij.
(P13)
Is de batterij voldoende opgeladen?
Gebruik een batterij die voldoende
opgeladen is.
2: De LCD-monitor gaat uit terwijl het
toestel aanstaat.
Is de energiebesparingsfunctie (P20) of
de besparingsfunctie (P20)
geactiveerd?
Tot de helft op de ontspanknop
drukken om deze functies te
annuleren.
Zijn de batterijen leeg?
Gebruik een batterij die voldoende
opgeladen is.
3: Het toestel gaat uit onmiddellijk nadat
het aangezet is.
Is de batterij voldoende geladen om de
fotocamera te doen werken?
Gebruik een batterij die voldoende
opgeladen is.
Als u het toestel aan laat staan, zullen
de batterijen leeg raken. Het toestel
vaak uitzetten met de
besparingsfunctie (P20), de
energiebesparingsfunctie enz.
Opnemen
1: Heet beeld kan niet opgenomen
worden.
Zit er een kaart in het toestel?
Is de functieknop correct ingesteld?
Is er nog ruimte over op de kaart?
Voordat u opneemt, enkele opnamen
uitwissen. (P33)
2: Het opgenomen beeld is witachtig.
De lens is vuil.
Het beeld kan witachtig worden als er
vuil, bijv. vingerafdrukken, op de lens
zit. Als de lens vuil is, zet u de camera
uit, u trekt de lenscilinder uit (P9) en
wrijft de lens voorzichtig schoon met
een droge doek.
3: De opname is te licht of te donker.
Controleer de instelling van de
belichtingscompensatie. (P43)
4: Er worden 2 of 3 beelden worden één
voor één gnomen.
Is de auto bracket (P44) of de
burstfunctie ingesteld? (P46)
5: Het object is niet goed scherp.
Het focusbereik varieert afhankelijk van
de opnamefunctie.
De functieknop gebruiken om de juiste
functie in te stellen voor de afstand tot
het object.
Is het object uit het focusbereik? (P25)
Hebt u een opname met beweging
gemaakt?
6: Het opgenomen beeld is wazig. De
beeldstabilisator werkt niet.
De sluitertijd zal langzamer worden en
de functie optische beeldstabilisator kan
niet goed werken wanneer er opnamen
gemaakt worden vooral op donkere
plekken. In dit geval raden we aan het
toestel stevig vast te houden met beide
handen wanneer u opnamen maakt.
(P24) Wanneer de [SLUITER LANG]
(P77) ingesteld is, raden aan een statief
te gebruiken en een zelfontspanner
(P42) als u opnamen maakt met een
lage sluitertijd.