Operation Manual
Basiskennis
- 24 -
Opnamefunctie:
Het maken van beelden met uw favoriete
instellingen (Normale beeldfunctie)
Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van
het object.
U kunt beelden maken in grote vrijheid door verschillende instellingen in [Opname] menu
te veranderen.
Raak de icoon van de opnamemodus aan
in de opnamemodus.
Raak [Normale foto] aan op het
beeldscherm met de lijst van de
opnamemodussen.
Richt de AF-zone op het punt waarop u wenst scherp te stellen.
De ontspanknop tot de helft indrukken om
scherp te stellen.
A ISO-gevoeligheid
B Lensopening
C Sluitertijd
• De focusaanduiding D (groen) gaat branden als op
het onderwerp scherp gesteld wordt.
• De minimumafstand (hoe dicht u bij het onderwerp
kunt komen) zal veranderen afhankelijk van de
zoomfactor. Controleer dit aan de hand van het
opnamebereik dat op het scherm weergegeven
wordt. (P25)
• De diafragmawaarde en de sluitersnelheid worden
rood weergegeven als de correcte belichting niet
bereikt wordt (tenzij een flitser gebruikt wordt).
Druk de ontspanknop helemaal in (verder
indrukken), en maak de foto.
A
B C
D