Operation Manual

- 205 -
Overige
Gebruik een externe flitser (optioneel)
Na het bevestigen van de externe flits, zal het effectieve bereik vergroot worden wanneer
deze vergeleken wordt met de ingebouwde flits van het toestel.
Voorbereidingen:
Zet het toestel uit en sluit de ingebouwde flits.
Met behulp van de gewijde flits (DMW-FL220, DMW-FL360, DMW-FL500;
optioneel)
Plaats de speciale flitser op de hotshoe A en
zet daarna de camera en de speciale flitser aan.
Zet de voorbehouden flitslamp goed vast met de sluitring
B
.
Selecteer [FLITS] op het [OPNAME]-menu. (P28)
Druk op 3/4, selecteer de functie en druk
vervolgens op [MENU/SET].
Terwijl de externe flits aangesloten is, wordt [Œ] afgebeeld op
het scherm.
Op [MENU/SET] drukken om het menu te sluiten.
U kunt ook de ontspanknop tot de helft indrukken om het menu te sluiten.
Wanneer u commercieel verkrijgbare externe flitsen gebruikt zonder
communicatiefuncties met het toestel (DMC-FZ100)
In dit geval moet u de belichting instellen op de externe flitslamp. Als u de flitslamp toch wilt
gebruiken in de automatische functie, moet u er een gebruiken waarvoor u het diafragma en de
ISO-gevoeligheid kunt instellen en kunt aanpassen aan die van de camera.
Stel de diafragmaprioriteit AE-functie of de handmatige-belichtingsfunctie op de camera in en
stel daarna dezelfde diafragmawaarde en ISO-gevoeligheid in op de externe flitser. (De
belichting kan niet voldoende worden gecompenseerd als de diafragmawaarde in de
sluitertijdprioriteit AE-functie wordt gewijzigd en de externe flitser kan het licht niet voldoende
corrigeren in de Programme AE-functie als de diafragmawaarde niet kan worden gefixeerd.)