Operation Manual

- 95 -
Gevorderd (Opname van beelden)
Hiermee kunt u opnamen maken van een persoon met een achtergrond die even helder is
als in het echt.
Technieken voor nachtportretten
Wanneer [NACHTPORTRET] geselecteerd is, dient u het onderwerp te vragen niet te bewegen
wanneer de foto gemaakt wordt.
Aantekening
Omdat de sluitertijd langzamer wordt, raden we het gebruik van een statief en de
zelfontspanner aan voor deze opnamen.
Wanneer de camera ingesteld is op [STABILISATIE] en er zeer weinig golfstoring is of als
[STABILISATIE] ingesteld is op [OFF], zou de sluitertijd langzamer kunnen worden tot
8 seconde.
De ontspanner kan gesloten blijven (max. ongeveer 8 sec.) nadat u de opname hebt gemaakt
voor de signaalverwerking. Dit is geen storing.
Tijdens het opnemen van video’s worden lage lichtinstellingen [ ] gebruikt die betere
beelden verstrekken in ruimtes met gedempt licht of bij schemer.
Hieronder wordt het focusbereik weergegeven.
[NACHTPORTRET]: 60 cm tot 10 m (Breed)
[NACHTL. SCHAP]/[VERLICHTING]/[NACHTL. CREATIEF]: 5 m tot
Er kan ruis zichtbaar worden wanneer u opnamen maakt op donkere plekken.
[NACHTPORTRET]
[NACHTPORTRET]
Wordt gebruikt voor het fotograferen van personen tegen de achtergrond van een
nachtlandschap.
Open de flits.
(u kunt instellen op [ ].)
De startinstelling voor [AF MODE] is [š].
[NACHTL. SCHAP]
Nachtlandschappen kunnen levendig worden gefotografeerd met de lange sluiter van
maximaal 8 seconden.
De flitsinstelling wordt vastgesteld op [Œ].
[VERLICHTING]
Verlichting wordt prachtig gefotografeerd.
De flitsinstelling wordt vastgesteld op [Œ].
[NACHTL. CREATIEF]
De waarde van de lensopening (P85) kan veranderd worden in de instelling [NACHTL.
SCHAP].
De flitsinstelling wordt vastgesteld op [Œ].