Operation Manual

103
4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
Belichtingscompensatie
Toepasbare modi:
Gebruik deze functie wanneer u de geschikte belichting niet kunt verkrijgen wegens het
verschil in helderheid tussen het object en de achtergrond.
1
Druk op [ ].
U kunt de knop ook als een functieknop gebruiken. (P55)
2
Draai de functieknop om de belichting te
compenseren.
A Belichting Bracket
B Belichtingscompensatie
C [Flitser instel.]
U kunt onderstaande handelingen uitvoeren terwijl het
beeldscherm van de belichtingscompensatie
weergegeven wordt.
U kunt de functies tussen de modusknop op de achterkant en de modusknop op de
voorkant schakelen door op [DISP.] te drukken.
3
Druk op [ ] om in te stellen.
U kunt ook de sluiterknop tot halverwege indrukken om in te stellen.
Compenseert de belichting
Past de werking van de flitser aan (P154)
3/4 Stelt de belichtingsbracket in (P140)
Onderbelichting Juiste belichting Overbelichting
De belichting positief
compenseren.
De belichting negatief
compenseren.
+3+3
0
OFF
OFF
+3
+3
+1+1 +2+2 +3+3
-
5
-
5
-
4
-
4
-
3
-
3
-
2
-
2
-
1
-
100
+1
+1
+5+5+4+4