Operation Manual

173
7. Films opnemen
1
Zet de modusknop op [ ].
2
Selecteer het menu. (P51)
De handeling die nodig is voor het veranderen van de lensopeningwaarde, de sluitertijd
of de ISO-gevoeligheid is dezelfde als voor het instellen van de modusknop op ,
, of .
3
Druk op de filmknop (of op de sluiterknop) om de opname te starten.
4
Druk opnieuw op de filmknop (of op de sluiterknop) om de opname te
stoppen.
Slow motion-beelden
Stelt een framesnelheid in die meer frames verstrekt dan de snelheid van de
opnamegrames in [Opn. kwaliteit].
Voorbeeld: Als u [FHD/100M/24p] op [48fps] zet en een film opneemt, kan een slow
motion-effect van 1/2 verkregen worden.
Quick motion opnames
Stelt een framesnelheid in die minder frames verstrekt dan de snelheid van de
opnamegrames in [Opn. kwaliteit].
Voorbeeld: Als u [FHD/100M/24p] op [12fps] zet en een film opneemt, kan een quick
motion-effect van 2k verkregen worden.
Films opnemen met een handmatig ingestelde lensopeningwaarde/
sluitertijd/ISO-gevoeligheid ([Belicht.stand])
> [Bewegend beeld] > [Belicht.stand] > [P]/[A]/[S]/[M]
Het is ook mogelijk om het selectiescherm weer te geven door
op het opnamescherm de icoon van de opnamemodus aan te
raken.
Als [Belicht.stand] op [M] gezet is, zal [AUTO] van de ISO-gevoeligheid op [125] gezet
worden.
Opnemen in Slow of Quick Motion ([Variabele beeldfreq.])
MENU
P