Operation Manual

225
9. De menufuncties gebruiken
[Highlight]
Wanneer de automatische overzichtfunctie
geactiveerd is of wanneer u terugspeelt,
verschijnen er witte verzadigde zones die in
het zwart en wit knipperen.
• Als er wit verzadigde zones zijn, raden we
aan de belichting naar negatief te compenseren (P103), onder
raadpleging van het histogram (P224) en het beeld dan opnieuw te
maken. Het beeld kan zo een betere kwaliteit krijgen.
Deze functie wordt uitgeschakeld tijdens 4K-foto
afspelen, het afspelen van beelden met Post Focus, Multi
Playback, Calendar Playback of Playback Zoom.
s
[Zebrapatroon]
Geeft aan welke delen in een zebrapatroon door
overbelichting wit gemaakt kunnen worden.
s
[ZEBRA1] [ZEBRA2]
Selecteer [SET] om de helderheid in te stellen die als
zebra patroon verwerkt moet worden.
• U kunt een helderheidswaarde tussen [50%] en [105%]
selecteren. In [Zebra 2] kunt u [OFF] selecteren. Als u [100%] of
[105%] selecteert zullen alleen de zones die al met wit
verzadigd zijn in een zebrapatroon weergegeven worden. Hoe
lager de waarde, hoe breder het helderheidsbereik zal zijn dat
als zebrapatroon verwerkt moet worden.
Als er enige met wit verzadigde zones zijn, wordt
aanbevolen om de belichting negatief te compenseren
(P103) onder raadpleging van het histogram (P224) en
om vervolgens de foto te maken.
De weergegeven zebrapatronen zullen niet worden
opgenomen.
Als u [Zebrapatroon] toekent aan [Fn knopinstelling]
(P55) in het [Voorkeuze]-menu, zal het zebrapatroon als
volgt omgeschakeld worden telkens wanneer u op de
functieknop drukt waar de instelling aan toegekend is:
[Zebra 1] > [Zebra 2] > [OFF].
Als [Zebra 2] op [OFF] gezet is, schakelt de instelling om
met de volgorde [Zebra 1] > [OFF] waarmee u in staat
gesteld wordt de instelling snel om te schakelen.
> [Voorkeuze]
MENU