Operation Manual

91
4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
Toepasbare modi:
Op deze manier kunt u de focusmethode gebruiken die bij de posities en het aantal te
selecteren onderwerpen past.
Auto Focusmodus
([Gezicht/ogen
detecteren])
De camera detecteert automatisch iemands gezicht en ogen.
Het oog dat zich het dichtst bij de camera bevindt
zal scherp gesteld zijn terwijl de belichting voor het
gezicht geoptimaliseerd wordt.
(Als [Meetfunctie] op [ ] gezet is)
• Er kunnen tot 15 gezichten gedetecteerd worden. Alleen
de ogen van een scherp gesteld gezicht kunnen gedetecteerd worden.
U kunt het oog dat scherp gesteld moeten worden veranderen. (P93)
• De positie en de maat van de AF-zone kunnen veranderd worden. (P96)
([Tracking])
De camera stelt scherp op het onderwerp dat u
aangeeft.
De belichting zal voor dat onderwerp
geoptimaliseerd worden.
(Als [Meetfunctie] op [ ] gezet is.)
De scherpstelling en de belichting zullen het
onderwerp zelf blijven volgen als dit beweegt (dynamic tracking). (P93)
([49-zone])
Er kunnen tot 49 AF-zones scherp gesteld worden.
Dit is zelfs werkzaam als een onderwerp zich niet in
het midden van het scherm bevindt.
U kunt de zones selecteren die scherp gesteld
moeten worden. (P97)
, enz.
([Voorkeur multi])
U kunt uit de 49 AF-zones de optimale vorm van de
AF-zone voor het onderwerp vrij instellen. (P94)
([1-zone])
Het toestel stelt scherp op het onderwerp in de
AF-zone op het scherm.
De positie en de maat van de AF-zone kunnen
veranderd worden. (P96)
([Spot])
U kunt een preciezere focus verkrijgen op een punt
dat kleiner is dan [Ø].
Als u de sluiterknop tot halverwege indrukt zal het scherm
waarop u de scherpstelling kunt controleren vergroot worden.
De focuspositie kan ingesteld worden op een
vergroot scherm. (P97)
Druk de sluiterknop tot halverwege in om de compositie in te stellen
Wanneer het onderwerp zich niet in het midden bevindt van de samenstelling in [
Ø
], kunt u
het onderwerp in de AF-zone brengen, de scherpstelling en de belichting vaststellen door de
sluitertijd tot de helft in te drukken, het toestel verplaatsen naar de samenstelling die u wilt
terwijl u de ontspanknop tot de helft ingedrukt houdt en dan het beeld maken.
(Alleen als de focusmodus op [AFS] gezet is.)