Operation Manual

99
4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
Toepasbare modi:
U kunt de scherpstelling en de helderheid van de positie die u aangeraakt heeft optimaliseren.
1
Selecteer het menu. (P51)
2
Raak het onderwerp aan waarvoor u de
helderheid wilt optimaliseren.
De positie voor de optimalisering van de helderheid
wordt op het midden van de AF-zone weergegeven. De
positie volgt de beweging van de AF-zone.
De [Meetfunctie] wordt op [ ] gezet, die uitsluitend
voor Touch AE gebruikt wordt.
Als u [Reset] aanraakt, worden de optimaliseringspositie van de helderheid en de
AF-zone naar het midden teruggezet.
3
Raak [Inst.] aan.
De AF-zone met dezelfde functie als [
Ø
] wordt op de aangeraakte positie weergegeven.
De aanraking van [ ] ([ ] als [
Ø
] geselecteerd is) zal de [AF+AE]-instelling wissen.
Optimaliseren van het brandpunt en de helderheid van een aangeraakte
positie
> [Voorkeuze] > [Touch inst.] > [Touch AF] > [AF+AE]
Als de achtergrond te helder geworden is, enz., kan
dit contrast met de achtergrond bijgesteld worden
door de belichting te compenseren.
Wanneer opnames met Touch Shutter gemaakt worden, worden de scherpstelling en de
helderheid van de aangeraakte positie geoptimaliseerd voordat de opname plaatsvindt.
Aan de rand van het scherm kan het focussen beïnvloed worden door de helderheid rondom
de aangeraakte plek.
In deze gevallen niet beschikbaar:
[AF+AE], die het brandpunt en de helderheid optimaliseert, werkt in de volgende gevallen niet.
Bij het gebruik van de digitale zoom
Als de AF-zone ingesteld is met gebruik van de cursorknop
Wanneer [4K Live Bijsnijden] ingesteld is
MENU
5HVHW
ュリヴヱハ
,QVW
AE