Operation Manual

295
11. Gebruik van de Wi-Fi/NFC-functie
Als verbinding gemaakt wordt via een draadloos toegangspunt ([Via netwerk]):
1 Selecteer [Via netwerk].
Volg de verbindingsprocedure die beschreven wordt op P325 om de camera verbinding
met een draadloos toegangspunt te laten maken.
2 Schakel de Wi-Fi-functie in.
3 Verbind de smartphone met het draadloze toegangspunt waarmee de camera
verbonden is.
4 Start “Image App”. (P289)
Als de camera en de smartphone rechtstreeks met elkaar verbonden worden
([Direct]):
1 Selecteer [Direct].
Selecteer [Wi-Fi Direct] of [WPS-verbinding]
¢
en volg de verbindingsprocedure die
beschreven wordt op P327 om de camera en de smartphone met elkaar te verbinden.
¢ WPS is een functie die u in staat stelt gemakkelijk een verbinding met een draadloos LAN te
maken en veiligheid-gerelateerde instellingen te maken. Om na te kijken of uw smartphone
de functie ondersteunt, dient u de gebruiksaanwijzing van de smartphone te raadplegen.
2 Start “Image App”. (P289)
Op de camera
Op uw smartphone
Op de camera
Op uw smartphone