Operation Manual

2. Opstarten/Basisbediening
46
De sluiterknop werkt in twee stappen. Druk erop om een foto te maken.
De ontspanknop tot de helft indrukken om scherp
te stellen.
A Lensopening
B Sluitertijd
C Aanduiding scherpstelling
De diafragmawaarde en de sluitersnelheid worden
weergegeven.
(Het zal rood knipperen als de correcte belichting niet bereikt
wordt, tenzij de flitser ingesteld is.)
Is het onderwerp eenmaal scherp gesteld, dan wordt de
aanduiding voor de scherpstelling weergegeven. (is het
onderwerp niet scherp gesteld, dan knippert deze aanduiding.)
Druk de ontspanknop helemaal in (verder
indrukken), en maak het beeld.
Als het beeld correct scherp gesteld is, zal de foto gemaakt worden, omdat [Prio. focus/
ontspan] (P157) aanvankelijk op [FOCUS] gezet is.
Het bereik van de scherpstelling is anders, afhankelijk van de gebruikte lens.
Zelfs als u tijdens de bediening van het menu of het afspelen van beelden de sluiterknop tot
halverwege indrukt, kunt u de camera onmiddellijk gereed maken voor de opname.
Sluiterknop (foto's maken)
Wanneer de onderling
verwisselbare lens (H-FS14140)
gebruikt wordt
0,3 m tot (vanaf de referentielijn van de
brandpuntafstand)
(brandpuntafstand 14 mm tot 21 mm)
0,5 m tot (vanaf de referentielijn van de
brandpuntafstand)
(brandpuntafstand 22 mm tot 140 mm)
Als de onderling verwisselbare
lens (H-HS12035) gebruikt wordt
0,25 m tot (vanaf de referentielijn van de
brandpuntafstand)
Wanneer de onderling
verwisselbare lens (H-FS1442A)
gebruikt wordt
0,2 m tot (vanaf de referentielijn van de
brandpuntafstand)
(brandpuntlengte 14 mm tot 20 mm)
0,3 m tot (vanaf de referentielijn van de
brandpuntafstand)
(brandpuntlengte 21 mm tot 42 mm)
60
60
603.5
3.5
3.5
C
A
B