Operation Manual

Table Of Contents
- 47 -
Geavanceerd opnemen
T
Portretmodus
De achtergrond is wazig en de persoon
komt duidelijk uit met een gezonder
uiterlijk.
Techniek voor een effectief gebruik
van deze modus:
1 Draai de zoomhendel zo ver mogelijk
naar Tele.
2 Beweeg dicht naar het onderwerp.
Geschikt voor buitenopnamen overdag.
De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [ISO100].
e
Zachte huidmodus
De camera herkent het gebied van het
gezicht of de huid om een vloeiender
uiterlijk te geven aan de huid dan in
de portretmodus. Gebruik deze modus
wanneer u portretten maakt vanaf de borst
omhoog.
Techniek voor een effectief gebruik
van deze modus:
1 Draai de zoomhendel zo ver mogelijk
naar Tele.
2 Beweeg dicht naar het onderwerp.
Geschikt voor opnamen overdag.
Andere huidkleurige elementen worden
ook verzacht.
Het effect kan bij te weinig licht onduidelijk zijn.
De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [ISO100].
Zelfportretmodus
Om makkelijk zichzelf te fotograferen.
Techniek voor zelfportretmodus
Druk de ontspanner half in om scherp te
stellen. De zelfontspannerindicator licht
op wanneer op u scherp is gesteld. Houd
de camera stil en druk de ontspanner
volledig in om de foto te nemen.
Er is niet scherp gesteld op het onderwerp
wanneer de zelfontspannerindicator
knippert. Druk de ontspanner nogmaals
half in om scherp te stellen.
Het opgenomen beeld verschijnt automatisch
ter controle op het LCD-scherm (gedurende
10 seconden).
Als de foto vaag wordt bij een langzame
sluitertijd, raden we aan de zelfontspanner
van 2 seconden te gebruiken.
(P43)
Het beschikbare scherpstelbereik is 30
cm tot 70 cm (Wide).
Wanneer u [ZELFPORTRET] selecteert,
wordt zoomvergroting automatisch
ingesteld op Wide.
De zelfontspanner kan maar worden
ingesteld op [UIT] of [2 SEC.]. Als
hij is ingesteld op 2 seconden, blijft
deze instelling tot de camera wordt
uitgeschakeld, de scènemodus
wordt gewijzigd of de camera in de
weergavemodus wordt gebracht.
De instelling van de AF-assistentielamp
is uitgeschakeld.
Optische beeldstabilisatie is vast ingesteld
op [STAND2].
V
Landschapsmodus
De camera stelt scherp op onderwerpen
ver weg om u een foto te laten nemen van
een wijds landschap.
Het scherpstelbereik is 5 m tot Z.
De itserinsttelling is vastgesteld op
geforceerd UIT [v].
De instelling van de AF-assistentielamp
is uitgeschakeld.
U kunt de instelling voor witbalans niet
veranderen.
Zie (P46) voor meer informatie over het selecteren van een scènemenu.