Operation Manual

78 VQT3G98 VQT3G98 79
De opnamelocatie vastleggen met GPS (Vervolg)
Opnamemodus:
Menu-instelprocedures voor [GPS] (38)
Wijzigen van de vastgelegde plaatsnaaminformatie
Als er andere kandidaten zijn voor de resultaten van de plaatsbepaling, kunt u de
informatie wijzigen, in dichtbijzijnde plaatsnamen of herkenningspunten.
• Wanneer er andere plaatsnaaminformatie kan worden gekozen, verschijnt er
vóór
de plaatsnaaminformatie.
Selecteer [Select. GPS-gebied] uit het [GPS]-menu
Kies het te wijzigen onderdeel met de cursortoets en druk dan
op [MENU/SET]
Gebruik de cursortoets om de plaatsnaam of het
herkenningspunt te selecteren uit de aangegeven kandidaten
en druk dan op [MENU/SET]
Als u geen plaatsnamen en herkenningspunten wilt vastleggen
Selecteer in stap [Alle plaatsn. verw.] en de plaatsnamen en herkenningspunten
worden niet vastgelegd.
Of als u in stap [Ja] selecteert wanneer het bericht verschijnt waarin wordt gevraagd
of plaatsnamen en oriëntatiepunten lager dan de geselecteerde plaatsnaam moeten
worden verwijderd, wordt er geen informatie over de plaatsnaam vastgelegd (bijv.
[Stad/Dorp] en [Oriëntatiep.] wanneer [Gemeente] wordt gewist).
• De lengtegraad en de breedtegraad worden echter wel vastgelegd. Als u deze niet
wilt vastleggen, zet u [GPS-inst.] op [OFF].
• Om plaatsnamen of herkenningspunten die zijn ingesteld voor niet opnemen, terug
te brengen naar hun oorspronkelijke toestand (d.w.z. om weer plaatsnamen of
herkenningspunten op te nemen), verricht u de [Select. GPS-gebied] opnieuw.
In grote openbare parken of soortgelijke locaties worden mogelijk geen of onjuiste
herkenningspunten weergegeven. Als u het gewenste herkenningspunt niet kunt
selecteren in [Select. GPS-gebied], verricht u dan de [Mijn oriëntatiep.] (80) vóór het
opnemen of [Bewerk plaatsnaam] (107) na het opnemen.
Directe plaatsbepaling en bijwerken van uw huidige locatie
Als er een afwijking in de getoonde informatie zoals de plaatsnaam is, of als de
plaatsbepaling niet lukt, kunt u een plaats opzoeken waar de signalen van de GPS-
satellieten beter te ontvangen zijn, om daar de plaatsbepaling te herhalen.
Selecteer [Herpositionering] uit het [GPS]-menu
De plaatsbepaling begint.
Tijdens de plaatsbepaling licht de GPS-statusindicator op.
GPS-statusindicator
Als u [GPS] of selecteert onder [GPS-inst.] in het Quick-menu (41) en dan het
Quick-menu sluit, wordt de plaatsbepaling verricht.
Omtrent de intervallen voor plaatsbepaling
Ook als u de plaatsbepaling niet handmatig verricht, wordt die automatisch geprobeerd
onmiddellijk na het inschakelen van de stroom en daarna op vaste tijden, tenzij de
[GPS-inst.] op [OFF] is gezet.
Zolang de [GPS-inst.] op [ON] staat, wordt de plaatsbepaling op gezette tijden
geprobeerd, ook al is de camera uitgeschakeld.
De plaatsbepaling wordt echter geannuleerd onder de volgende omstandigheden.
• Wanneer de batterij bijna leeg is en er is verschenen.
• Wanneer de camera al geruime tijd lang niet meer ingeschakeld is.
Aangeven van de GPS-ontvangstconditie
Selecteer [GPS-inst.] in het [GPS]-menu.
Gebruik de cursortoets om in te stellen op [INFO] en druk dan op [MENU/SET].
• U kunt de plaatsbepaling starten door nogmaals op [MENU/SET] te drukken.
Aanduiding GPS-ontvangstconditie
: Ontvangen GPS-tijd
: Aantal ontvangen GPS-satellietsignalen
: Breedtegraad
Lengtegraad