Operation Manual

Table Of Contents
- 143 -
Wi-Fi
Als u Smart Transfer voor de eerste keer gebruikt, volg dan onderstaande stappen om het in te
stellen.
Vanaf de volgende keer kunt u de instellingen veranderen vanuit [Doelapparaat instellen]
(P144).
1 Selecteer [Wi-Fi setup] in het [Wi-Fi]-menu en druk op [MENU/SET]. (P41)
2 Druk op 3/4 om [Smart transfer] te kiezen en dan op [MENU/SET].
3 Selecteer de methode om verbinding met een draadloos toegangspunt te maken en
stel in.
Raadpleeg P146 voor details.
4 Stel de bestemming van het overzetten in.
Raadpleeg voor details over de voorbereidingen vóór het overzetten “Versturen van beelden
naar een PC” op P139.
5 Druk op 3/4 om [Autom. overzetten] te kiezen en dan op [MENU/SET].
6 Druk op 3/4 om [ON] te kiezen en dan op [MENU/SET].
Alleen de beelden die u opgenomen had wanneer [Autom. overzetten] ingesteld is op [ON]
worden overgezet.
U kunt beelden overzetten terwijl de camera aan het opladen is.
Voorbereiding:
Configureer [Smart transfer] van tevoren. (P143)
1 Schakel het toestel uit.
2 (Als een stopcontact gebruikt wordt)
Verbind de (bijgeleverde) netadapter van deze camera met de (bijgeleverde)
USB-aansluitkabel en steek de (bijgeleverde) netadapter in het stopcontact.
(Als een PC gebruikt wordt)
Verbind dit toestel met de PC met gebruik van de (bijgeleverde) USB-aansluitkabel.
Smart Transfer zal van start gaan.
(Als de resterende batterijstroom laag is, kan de prioriteit aan het opladen gegeven worden.)
Afhankelijk van de specificaties van de PC, kan [Smart transfer] mislukken.
Als er beelden zijn die niet overgezet werden toen [Autom. overzetten] op [OFF] gezet werd, zal het
bericht getoond worden dat bevestigt of deze beelden al dan niet overgezet moeten worden.
Selecteer de gewenste optie.
Configureren [Smart transfer]
1 Druk op 3/4 om de PC te selecteren waarmee u verbinding wilt maken en druk
vervolgens op [MENU/SET].
2 Druk op 3/4 om de map waar u de beelden naartoe wilt zenden te selecteren en
druk vervolgens op [MENU/SET].
Automatisch overzetten