Operation Manual

154
SQW0554
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Foto’s maken met automatische scherpstelling
5
Selecteer het AF-gebied
Als u [
] / [ ] / [ ] selecteert
Als [ ] is geselecteerd, kunt u de grootte en positie van het
gebied instellen in verticale richting. Als [
] is geselecteerd, kunt
u dit doen in horizontale richting en als [
] is geselecteerd, kunt u
dit doen in alle richtingen.
Bewerking
Aanraakbediening
Beschrijving
Aanraken Positie wordt verplaatst
Spreiden/
knijpen
Hiermee verandert u de
grootte (3 fasen)
[DISP.] [Reset]
De oorspronkelijke
instellingen worden hersteld
Geselecteerd AF-gebied
Wanneer u [ ] / [ ] / [ ] selecteert
Bij bediening met de cursortoets
Selecteer het AF-gebied met en druk op [MENU/SET]
om dit in te stellen (herhalen)
Als u nogmaals op [MENU/SET] drukt, wordt de instelling
geannuleerd.
Om alle instellingen te annuleren, drukt u op de [DISP.]-knop.
Bij bediening via het aanraakscherm
Raak de onderdelen aan die u wilt instellen als AF-gebieden
Als u een van de geselecteerde AF-gebieden aanraakt, wordt de
selectie van dat gebied geannuleerd.
6
Druk op de [Fn2]-knop
Het ingestelde AF-gebied registreren in [ ], [ ] en [ ] (aangepast)
Druk op op het scherm bij stap
4
op (→153)
Selecteer met het doelpictogram voor registratie en druk op [MENU/SET]
De instellingen die zijn geregistreerd in [ ], [ ] en [ ] blijven behouden, zelfs als de
camera wordt uitgeschakeld.
De instellingen die zijn aangepast in [ ], [ ] of [ ] worden naar de standaardinstellingen
hersteld wanneer de camera wordt uitgeschakeld.
Als u drukt op de cursortoets als [Direct focuspunt] in het menu [Voorkeuze] is ingesteld op [ON],
verschijnt het instelscherm voor het AF-gebied.