Operation Manual

156
SQW0554
De scherpstelling en helderheid (belichting) aanpassen
Foto’s maken met automatische scherpstelling
De positie en grootte van het AF-gebied wijzigen
Opnamemodus:
TZ100/TZ101
Als [ ], [ ], [ ] of [ ] in de automatische scherpstelmodus is geselecteerd, kunt u de
positie en grootte van het AF-gebied wijzigen.
TZ80/TZ81
Wanneer [ ], [ ] of [ ] in de automatische scherpstelmodus is geselecteerd, kunt u de
positie en grootte van het AF-gebied wijzigen.
Voer deze bedieningsfuncties uit met de aanraaksluiterfunctie uitgeschakeld.
Bij instelling via aanraakbediening stelt u [Touch AF] in [Touch inst.] van het menu
[Voorkeuze] in op [AF]. (→61)
Gebruik van cursortoets om AF-gebied te verplaatsen in-/
uitschakelen
→ [Voorkeuze]→[Direct focuspunt]→[ON] / [OFF]
TZ100/TZ101
Als [ ], [ ] of [ ] is geselecteerd, kunt u het AF-gebied verplaatsen en als [ ] is
geselecteerd, kunt u de vergrote positie verplaatsen.
TZ80/TZ81
Wanneer [ ], [ ] of [ ] is geselecteerd, kunt u het AF-gebied verplaatsen.
• Met het Quick-menu (→68) kunt u functies instellen die aan de cursortoets worden
toegewezen, zoals de aandrijfstand en de belichtingscompensatie.
Als u [Meetfunctie] (→183) instelt op [ ] (scherpstellen op spot), beweegt het meetdoel mee met
het AF-gebied. Wanneer het AF-gebied naar de randen van het scherm wordt verplaatst, kan de
meting door de omliggende helderheid worden beïnvloed.
[Direct focuspunt] wordt vast ingesteld op [OFF] in de volgende situaties:
[Glinsterend water] (Scene Guide modus)
Creative Control modus
Wanneer [4K Live Bijsnijden] is ingesteld
De positie en de grootte van het AF-gebied kunnen niet worden gewijzigd in het digitale
zoombereik.