Gebruiksaanwijzing Digitale Camera Model Nr. DMC-FX30 Gelieve deze gebruiksaanwijzing volledig door te lezen alvorens dit apparaat in gebruik te nemen. Web Site: http://www.panasonic-europe.
Voor Gebruik Voor Gebruik Geachte Klant, Wij willen van de gelegenheid gebruik maken u te bedanken voor de aanschaf van deze Panasonic Digitale Fotocamera. Lees deze handleiding met aandacht en bewaar hem binnen handbereik voor toekomstige raadpleging.
Voor Gebruik ∫ Opmerking betreffende lithiumbatterijen ≥Bij dit product zijn lithiumbatterijen geleverd. Wanneer deze verbruikt zijn, mag u deze niet weggooien maar moet u deze inleveren als klein chemisch afval. ≥Dit apparaat bevat een lithiumbatterij als stroomvoorziening voor de klok. ≥Raadpleeg uw leverancier over het verwijderen van de lithiumbatterij op het moment dat u het apparaat aan het einde van de levensduur vervangt.
Voor Gebruik ∫ Over de batterijoplader WAARSCHUWING! • OM EEN GOEDE VENTILATIE TE VERZEKEREN, DIT APPARAAT NIET IN EEN BOEKENKAST, EEN INGEBOUWDE KAST OF EEN ANDERE GESLOTEN RUIMTE INSTALLEREN OF GEBRUIKEN. ZORG ERVOOR DAT DE VENTILATIEWEGEN NIET DOOR GORDIJNEN OF ANDERE MATERIALEN WORDEN AFGESLOTEN, OM GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK OF BRAND TEN GEVOLGE VAN OVERVERHITTING TE VOORKOMEN.
Inhoud Voor Gebruik Informatie voor Uw Veiligheid ................... 2 Voorbereiding Standaard accessoires ............................. 7 Namen van de onderdelen ....................... 7 Beknopte gebruiksaanwijzingen ............... 9 De batterij opladen met de oplader......... 10 Over de batterij (Opladen/Aantal opnamen) ................. 11 De kaart (optioneel)/batterij in het toestel doen en eruit halen ............................. 12 Over het ingebouwde geheugen/ de kaart (optioneel) ..............
• [ASPECTRATIO] De aspectratio instellen .................... 61 • [FOTO RES.]/[KWALITEIT] Een beeldresolutie en –kwaliteit kiezen die overeenkomen met uw eigen gebruik .............................. 62 • [AUDIO OPNAME] Stilstaande beelden opnemen met geluid................................................ 63 • [AF MODE] De scherpstellingsfocusmethode instellen ............................................ 63 • [STABILISATIE] Jitter of camerabeweging meten en compenseren....................................
Voorbereiding Voorbereiding Standaard accessoires Controleer of alle accessoires aanwezig zijn voordat u het toestel gebruikt. 1 2 DMW-BCE10E 3 DE-A40A 4 K2CQ2CA00006 5 K1HA08CD0013 6 K1HA08CD0014 7 (In de tekst wordt deze aangeduid als batterij) 2 Batterijoplader (In de tekst wordt deze aangeduid als oplader) 3 AC-Kabel 4 USB-Kabel 5 AV-Kabel 6 CD-ROM 7 Draagriem 8 Batterijhouder • Worden de SD-geheugenkaart, de SDHC-geheugenkaart en de MultiMediaCard aangeduid als kaart in de tekst.
Voorbereiding 4 5 10 11 12 13 6 7 89 4 LCD-monitor (P21, 32, 97) 5 Cursorknoppen 2/Zelfontspannerknop (P39) 4/[REV] knop (P28) 1/Flitsinstelknop (P35) 3/Belichtingscompensatie (P40)/Auto bracket (P41)/Witbalansafstelling (P60)/ Compensatie achtergrondverlichting in de eenvoudige functie (P26) In deze gebruiksinstructies wordt het gebruik van de cursorknop beschreven met illustraties. b.v.
Voorbereiding Beknopte gebruiksaanwijzingen 3 Zet het toestel aan om opnamen te maken. • Stel de klok in. (P14) Dit is een beknopt overzicht van hoe u opnamen opneemt en terugspeelt met het toestel. Bij elke stap controleert u de pagina's waarnaar verwezen wordt en die tussen haakjes staan. OFF ON 1 De batterij opladen. (P10) 1 Stel de functieknop in op [ ]. 2 Druk de ontspanknop in om opnamen te maken. (P22) • De batterij wordt niet opgeladen voor de verzending. Laad de batterij dus eerst op.
Voorbereiding De batterij opladen met de oplader 3 Maak de batterij los als deze opgeladen is. De batterij wordt niet opgeladen voor de verzending. Laad dus de batterij eerst op. 1 Steek de batterij in de goede richting. 2 Sluit de AC-kabel aan. • De AC-kabel gaat niet helemaal in de AC-aansluiting. Er blijft een stukje over zoals op de afbeelding. • Het laden start als het lampje [CHARGE] A groen oplicht. • Het laden is gedaan als het lampje [CHARGE] A uitgaat (na ongeveer 120 minuten).
Voorbereiding Over de batterij (Opladen/Aantal opnamen) ∫ Levensduur van de batterij Het aantal opnamen (Volgens CIPA-standaard in normale beeldfunctie [ ]) Aantal opnamen Ongeveer 280 opnamen (Ongeveer 140 min) Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard • Temperatuur: 23 °C/ Vochtigheid: 50% wanneer de LCD-monitor aan staat.¢ • Met een Panasonic SD-geheugenkaart (16 MB). • De geleverde batterij gebruiken. • Opnemen begint 30 seconden nadat de fotocamera aangezet is.
Voorbereiding De kaart (optioneel)/ batterij in het toestel doen en eruit halen • Controleer of het toestel uit staat. • Leg een kaart (optioneel) klaar. • U kunt opnamen maken of terugspelen met het ingebouwde geheugen als u geen kaart gebruikt. (P13) B: Raak de aansluitingen op de achterkant van de kaart niet aan. • De kaart kan beschadigd worden als ze niet goed in het toestel zit. 3 1 Sluit de kaart/batterijklep. 2 Zet de vrijgavehendeltje in de richting van de pijl.
Voorbereiding Over het ingebouwde geheugen/de kaart (optioneel) Het ingebouwde geheugen kan gebruikt worden als tijdelijke opslagruimte als de kaart vol wordt. ∫ Ingebouwd geheugen [ ] • U kunt beelden opnemen of afspelen met het ingebouwde geheugen. (Het ingebouwde geheugen kan niet gebruikt worden als er een kaart in het toestel zit.) • Het ingebouwde geheugenvermogen is ongeveer 27 MB.
Voorbereiding De datum en de tijd instellen (Klokinstelling) • 2/1: Kies het gewenste onderdeel. • 3/4: De afbeeldingvolgorde voor de datum en tijd instellen. • : Annuleren zonder de klok in te stellen. 3 Druk op [MENU/SET] om in te stellen. ∫ Begininstelling De klok is niet ingesteld zodat het volgende scherm verschijnt wanneer u het toestel aanzet. OFF • Zet de camera uit nadat u de klok hebt ingesteld.
Voorbereiding De Instelknop Als u de camera aan zet en dan aan de keuzeknop draait, kunt u niet alleen overschakelen van opnemen naar afspelen en andersom, maar kunt u ook de macrofunctie kiezen om close-ups te maken of een scènefunctie kiezen die past bij de opnamecondities. ∫ Een functie kiezen Lijn de gewenste functie uit met deel A. Draai de keuzeknop langzaam maar zeker op elke functie. (Zet dit niet op delen zonder functie.
Voorbereiding Het menu instellen 1 Druk op 3/4 om het menuonderdeel te kiezen. ∫ Menupagina’s op het scherm afbeelden bijvoorbeeld: De eerste van een totaal van 3 pagina’s wordt afgebeeld. OPNAME 1/3 A Menupictogrammen B Huidige pagina C Menuonderdelen en instellingen • Draai aan de zoomhendel terwijl u het menuonderdeel kiest om vlot over te schakelen naar de vorige/volgende pagina. • De menupictogrammen en –onderdelen die op het scherm verschijnen, hangen af van de stand van de keuzeknop.
Voorbereiding ∫ De menupagina sluiten Op [MENU/SET] drukken. • Als u de keuzeknop op [ ]/[ ]/ [ ]/[ ]/[ ] zet, kunt u de menupagina ook sluiten door de ontspanknop half in te drukken. ∫ Overschakelen naar het [SET-UP] menu 1 Druk op 2 in een menupagina. OPNAME 1/3 AWB WITBALANS GEVOELIGHEID AUTO ASPECTRATIO FOTO RES. KWALITEIT SELEC EXIT MENU 2 Druk op 4 om het menupictogram [SET-UP] te kiezen. SET-UP 1/4 KLOKINST. WERELDTIJD P0 LCD SCHERM RICHTLIJNEN OFF REISDATUM EXIT SELEC MENU 3 Druk op 1.
Voorbereiding instelling ervan. (Het beeld wordt niet vergroot.) • De automatische overzichtsfunctie wordt uitgeschakeld wanneer auto bracket of burstfunctie gebruikt wordt, in de bewegende beeldenfunctie [ ] of wanneer [AUDIO OPNAME] of [ZELFPORTRET] in scènefunctie op [ON] gezet is. [BATT. BESP.] (De camera automatisch uit zetten.) Op [ ] drukken om het [SET-UP] menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen.
Voorbereiding [ ]: Reisbestemming [LCD SCHERM] Op [ ] drukken om het [SET-UP] menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P16) De helderheid van de LCD-monitor in 7 stappen aanpassen. MENU /SET [RICHTLIJNEN] Op [ ] drukken om het [SET-UP] menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P16) Stel het patroon van de richtlijnen in die afgebeeld worden wanneer u beelden maakt.
Voorbereiding [RESETTEN] Op [ ] drukken om het [SET-UP] menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P16) De [OPNAME] of [SET-UP] menu-instellingen worden weer teruggezet naar de begininstellingen. • [FAVORIETEN] (P76) is vast ingesteld op [OFF] en [LCD ROTEREN] (P77) is vast ingesteld op [ON]. • Als u de [SET-UP] menu-instellingen reset, worden ook de volgende instellingen gereset. – De geboortedatum instellen voor [BABY1]/[BABY2] (P48) en [HUISDIER] (P48) in de scènefunctie.
Voorbereiding LCD-monitor/de LCD-monitor omschakelen • De kaartaanduiding wordt rood als er opnamen met het ingebouwde geheugen worden gemaakt (of met de kaart). – Als u het ingebouwde geheugen gebruikt ∫ Paginaweergave in de normale functie [ ] (op het ogenblik van de aankoop) 12 – Als u de kaart gebruikt 34 5 6 7 13 7 8 9 10 F2.8 1/30 12 11 1 Opnamefunctie 2 Flitsfunctie (P35) • Als u de ontspanknop half indrukt terwijl de flits is ingeschakeld, wordt het flitspictogram rood.
Basiskennis Basiskennis Opnamen maken 3 De ontspanknop tot de helft indrukken om scherp te stellen. Het toestel stelt automatisch de sluitertijd en de lensopening in volgens de helderheid van het object. F2.8 1: Ontspanknop • Het lampje 3 gaat ongeveer 1 seconde aan als u het toestel aan zet 2. 1 Houd het toestel voorzichtig vast met beide handen, houd uw armen stil en spreid uw benen een beetje. 1/30 • Het focuslampje 2 en de witte AF-zone 1 worden groen.
Basiskennis • De flits of de AF-lamp niet bedekken met uw vingers of andere voorwerpen. • De voorkant van de lens niet aanraken. ∫ Belichting (P40) • Als u de normale opnamefunctie [ ] kiest, wordt de belichting automatisch aangepast (AE=Auto Exposure). In bepaalde omstandigheden en afhankelijk van bijvoorbeeld het achtergrondlicht, kan de opname echter te donker zijn. Pas in dit geval de belichting aan om minder donkere opnamen te maken.
Basiskennis ∫ Richtingfunctie Beelden die opgenomen zijn met een verticaal gehouden toestel worden verticaal (gedraaid) teruggespeeld. (Alleen wanneer [LCD ROTEREN] (P77) ingesteld is op [ON]) • Het beeld wordt misschien niet verticaal afgebeeld als u het gemaakt hebt met een naar boven of naar beneden gericht toestel. • Bewegende beelden die met een verticaal gehouden toestel gemaakt zijn worden niet verticaal afgebeeld.
Basiskennis ∫ Instellingen in de eenvoudige functie [FOTOMODE] [ENLARGE] Geschikt om de opnamen te vergroten tot 8qk10q grootte, lettergrootte enz. Geschikt voor afdrukken met een normale grootte. [4qk6q/ 10k15cm] Geschikt voor het versturen van beelden als bijlage van een e-mail of om beelden op websites te plaatsen. [E-MAIL] [AUTO REVIEW] [UIT] Het opgenomen beeld verschijnt niet automatisch. [AAN] Het opgenomen beeld verschijnt automatisch op het scherm gedurende ongeveer 1 seconde.
Basiskennis • U kunt de volgende functies echter niet gebruiken. – Hoge-hoekfunctie – Witbalans, fijnafstelling – Belichtingscompensatie – Auto Bracket – [AUDIO OPNAME] – [DIG. ZOOM] – [BURSTFUNCTIE] – [SLUITER LANG] – [KLEURFUNCTIE] – [RICHTLIJNEN] • In de eenvoudige functie kunt u de volgende functies niet gebruiken. – [REISDATUM] – [WERELDTIJD] ∫ Compensatie van de achtergrondverlichting Achtergrondverlichting treedt op wanneer er licht achter het object is.
Basiskennis ∫ Beeldresolutie en maximum zoomvergroting (±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar) Aspect Beeldresolutie ratio (P25, 62) (P61) / Maximum zoomuitvergroting (Tele) Geactiveerde optische zoom 3,6k — 4,3k ± (7M) (6M) (5,5M) (5M EZ) (3M EZ) • Als u een beeldresolutie instelt die de extra optische zoom activeert, verschijnt het pictogram van de extra optische zoom [ ] op het scherm als u de zoomfunctie gebruikt.
Basiskennis 4 Op [MENU/SET] drukken om het menu te sluiten. • U kunt ook de ontspanknop half indrukken om het menu te sluiten. ∫ Het digitale zoombereik instellen De zoomaanduiding op het scherm kan tijdelijk stoppen met bewegen als u het zoomhendeltje op de uiterste Telestand zet. U kunt het digitale zoombereik instellen door het zoomhendeltje continu op Tele te zetten of het zoomhendeltje één keer los te laten en het vervolgens weer op Tele te zetten. ≥[OFF]: W ≥[ON]: W W 1 Op 4 [REV] drukken.
Basiskennis 2 Op 3/4/2/1 drukken om de stand te wijzigen. Beelden wissen/ afspelen OVERZICHT4X 1X 8X WISSEN • Als u de uitvergroting of de afbeelding op het scherm wijzigt of verplaatst, verschijnt de zoomstandaanduiding A ongeveer 1 seconde lang. ∫ Het opgenomen beeld wissen tijdens het overzicht (Snel wissen) U kunt tijdens het afspelen één beeld, meerdere beelden of alle beelden wissen. Lees P29 voor 30 informatie over het wissen van beelden.
Basiskennis • Als u op 2/1 blijft drukken, neemt het aantal vooruit of achteruit afgespeelde beelden toe. • In de functie overzicht terugdraaien in de opnamefunctie en in meervoudig terugdraaien, kunnen de opnamen alleen één voor één verder of teruggedraaid worden. (P68) ∫ Een enkel beeld wissen 1 Druk op [ ] terwijl de opname wordt afgespeeld. 2 Op 3 drukken om [JA] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Basiskennis 3 Op 2/1 drukken om het beeld te kiezen en vervolgens op 4 drukken. (Alleen wanneer u [MULTI WISSEN] kiest) MULTI WISSEN 7 8 10 11 SELEC MARK./ANNUL. 9 12 WISSEN EXIT MENU • Herhaal de bovenstaande procedure. • [ ] verschijnt op de gekozen opnamen. Als u opnieuw op 4 drukt, wordt de instelling gewist. • Het pictogram [ ] knippert en wordt rood als het gekozen beeld beveiligd is en niet gewist kan worden. De beveiliging annuleren en vervolgens het beeld wissen. (P82) 4 Op [ ] drukken.
Gevorderd (Opnamen maken) Gevorderd (Opnamen maken) Over de LCD-monitor De afgebeelde informatie wijzigen DISPLAY/LCD MODE A LCD-monitor (LCD) Druk op [DISPLAY] om te wijzigen. • Wanneer het menuscherm verschijnt, wordt de [DISPLAY] knop niet geactiveerd. Tijdens de terugspeelzoomfunctie (P70), als u bewegende beelden terugspoelt (P71) en tijdens een diavoorstelling (P74), kunt u alleen kiezen tussen “Normaal display H” of “Non-display J”.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ Opnamerichtlijn Wanneer u het object uitlijnt op de horizontale en verticale richtlijnen of het kruispunt van deze lijnen, kunt u opnamen maken met goed ontworpen compositie door de grootte, de helling en de balans van het object te bekijken. C Wanneer de waarden aan de rechterkant geconcentreerd zijn, is de opname overbelicht. Voorbeeld van histogram 1/3 F2.8 1/200 ISO100 AWB 10:00 1.DEC.2007 1/3 F2.8 1/100 ISO100 AWB 10:00 1.DEC.
Gevorderd (Opnamen maken) De LCD-monitor helderder maken (LCD-versterking/Hoge-hoekfunctie) • Als de functieknop is ingesteld op [ ] en [ ], kan alleen de LCD-versterkingsfunctie worden gebruikt. 1 Druk één seconde op [LCD MODE]. DISPLAY/LCD MODE [ ]: De LCD-monitor wordt [SPANNING LCD] helderder en gemakkelijker zichtbaar tijdens het opnemen ook buiten. De LCD-monitor is beter [ ]: [GR. KIJKHOEK] zichtbaar als u opnamen maakt met de camera hoog boven uw hoofd.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ De Hoge-hoekfunctie of LCD-versterking uitschakelen • Als u [LCD MODE] indrukt en opnieuw 1 seconde ingedrukt houdt, verschijnt het scherm van stap 2. Kies [UIT] om de LCD-versterkingsfunctie of Hoge-hoekfunctie uit te schakelen. • De Hoge-hoekfunctie wordt ook geannuleerd als u de camera uitzet of de energiebesparingsfunctie hebt ingeschakeld. • U regelt de helderheid van opnamen op de LCD-monitor terwijl de LCD-versterkingsfunctie of hoge-hoekfunctie actief zijn.
Gevorderd (Opnamen maken) : AUTO De flits wordt automatisch geactiveerd wanneer dit nodig is voor de opnamecondities. ¢1 : AUTO/Rode-ogenreductie De flits wordt automatisch geactiveerd wanneer dit nodig is voor de opnamecondities. De flits wordt een keer geactiveerd vóór de eigenlijke opname om het rode-ogeneffect (ogen van het object die rood worden op het beeld) te verminderen en vervolgens opnieuw geactiveerd voor de eigenlijke opname.
Gevorderd (Opnamen maken) ¢2 De flits wordt vast ingesteld op AAN [ ] als de achtergrondcompensatie geactiveerd wordt. • De flitsinstellingen kunnen veranderen als de opnamefunctie verander wordt. Stel de flitsinstelling opnieuw in indien nodig. • De flitsinstelling wordt opgeslagen ook als u de camera uit zet. De flits krijgt wel weer de oorspronkelijke instelling als u de scènefunctie wijzigt.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ Sluitertijd voor elke flitsfunctie Flitsinstelling Sluitertijd (Sec.) : AUTO : AUTO/ Rode-ogenre ductie : Vast ingesteld op AAN : Vast ingesteld op AAN/ Rode-ogenre ductie 1/30 tot 1/2000 : Langzame synchr/Rodeogenreductie 1/8¢1 tot 1/2000 : Vast ingesteld op UIT 1/8¢1 tot 1/2000 1/8¢1 of 1 tot 1/2000¢2 1/4 of 1 tot 1/2000¢3 ¢1 De sluitertijd wijzigt afhankelijk van de langzame sluiterinstelling.
Gevorderd (Opnamen maken) Opnamen maken met de zelfontspanner 1 Op 2 [ • Het lampje van de zelfontspanner C knippert en de sluiter wordt na 10 seconden geactiveerd (of na 2 seconden). ] drukken. 2 Druk op 3/4 om de functie te kiezen. • Als u tijdens het instellen van de zelfontspanner op [MENU/SET] drukt, wordt de instelling van de zelfontspanner geannuleerd. ZELFONTSPANNER UIT 10 SEC. 2 SEC. SELEC • U kunt ook op 2 [ selecteren. INST. MENU ] drukken om te 3 Op [MENU/SET] drukken.
Gevorderd (Opnamen maken) Belichtingscompensatie Gebruik deze functie wanneer u de geschikte belichting niet kunt verkrijgen wegens het verschil in helderheid tussen het object en de achtergrond. Zie de volgende voorbeelden. 1 Druk op 3 [ ] totdat [BELICHTING] verschijnt en corrigeer de belichting met 2/1. BELICHTING SELEC Onderbelichting EXIT MENU • U kunt compenseren vanaf [j2 EV] tot [i2 EV] in stappen van [1/3 EV]. • Kies [0 EV] om terug te keren naar de originele belichting.
Gevorderd (Opnamen maken) Beelden maken Auto Bracket In deze functie, worden 3 opnamen automatisch gemaakt in het gekozen bereik van de belichtingscompensatie telkens als de ontspanknop ingedrukt wordt. U kunt het beeld met de beste belichting kiezen uit de 3 opnamen met verschillende belichtingen. 1 Druk enkele keren op 3 [ ] totdat [AUTO BRACKET] verschijnt, stel de belichtingscorrectie in met 2/1. AUTO BRACKET SELEC EXIT MENU • U kunt [OFF] (0), [d1/3 EV], [d2/3 EV] of [d1 EV] kiezen.
Gevorderd (Opnamen maken) De gevoeligheid aanpassen aan de beweging van het opgenomen onderwerp Het toestel spoort de beweging van het onderwerp op in de buurt van het midden van het scherm en zet vervolgens de optimale ISO-gevoeligheid en sluitertijd in afhankelijk van de beweging en de helderheid van het onderwerp. • Golfstoring wordt vermeden wanneer u beelden binnen maakt van een bewegend onderwerp door de ISO-gevoeligheid te vergroten en de sluitertijd sneller te maken. F2.
Gevorderd (Opnamen maken) • Afhankelijk van de helderheid en de snelheid van het onderwerp kunt u storing door beweging niet vermijden. • Het toestel kan niet in staat zijn de beweging op te sporen van het onderwerp in de volgende gevallen.
Gevorderd (Opnamen maken) Opnamefuncties kiezen die passen bij de scène die u opneemt (Scènefuncties) Als u een scènefunctie kiest om een opname te maken van een beeld in een bepaalde situatie zal de camera automatisch de optimale belichting instellen en aanpassen voor de gewenste opname. • Lees P45 tot 51 en “Over de informatie ” voor details over elke scènefunctie. 1 Druk op 1 voor het [SCÈNE MODE] menu. 2 Op 3/4/2/1 drukken om het gewenste scènemenu te kiezen. 2 BABY1 SELEC DISPLAY INST.
Gevorderd (Opnamen maken) [PORTRET] Op [ ] drukken om het [SCÈNE MODE] menu af te beelden en de scènefunctie te kiezen. (P44) De persoon steekt beter af op de achtergrond en heeft een gezondere huidskleur. MENU /SET ∫ Technieken voor portretten Deze functie doeltreffender maken: 1 Het zoomhendeltje zo ver mogelijk op Tele zetten. 2 Ga dicht bij het object staan om deze functie beter te laten werken. • Deze functie is alleen geschikt wanneer u opnamen buiten en overdag maakt.
Gevorderd (Opnamen maken) [LANDSCHAP] Op [ ] drukken om het [SCÈNE MODE] menu af te beelden en de scènefunctie te kiezen. (P44) Hiermee kunt u opnamen maken van een landschap. MENU /SET • Het focusbereik is 5 m tot ¶. • De Flitsinstelling is vast ingesteld op UIT [ ]. • De instelling op de AF-lamp is buiten werking gesteld. • U kunt de witbalans niet instellen. [SPORT] Op [ ] drukken om het [SCÈNE MODE] menu af te beelden en de scènefunctie te kiezen.
Gevorderd (Opnamen maken) • Het focusbereik is 5 m tot ¶. • De ontspanner kan gesloten blijven (max. ongeveer 8 sec.) nadat u de opname hebt gemaakt voor de signaalverwerking. Dit is geen storing. • Er kan ruis zichtbaar worden wanneer u opnamen maakt op donkere plekken. • De flits is vast ingesteld op UIT [ ]. • De ISO-gevoeligheid is vast ingesteld op [ISO100]. • De AF-lamp is uitgeschakeld. • U kunt geen langzame ontspanner instellen. • U kunt de witbalans niet instellen.
Gevorderd (Opnamen maken) 1 2 [BABY1]/ [BABY2] Op [ ] drukken om het [SCÈNE MODE] menu af te beelden en de scènefunctie te kiezen. (P44) Met deze functie kunt u opnamen maken van een baby met mooi kleurtje. Als u de flits gebruikt, zal het licht ervan zwakker zijn dan normaal. U kunt twee verschillende geboortedatums instellen met [BABY1] en [BABY2]. U kunt de ingestelde datum weergeven als u opnamen afspeelt en de leeftijd laten afdrukken op de beelden met [DATUM AFDR.] (P78).
Gevorderd (Opnamen maken) [ZONSONDERG.] Op [ ] drukken om het [SCÈNE MODE] menu af te beelden en de scènefunctie te kiezen. (P44) Kies dit als u een opname wil maken van een zonsopgang. Hiermee maakt u levendige opnamen van een sterrenhemel of een donker onderwerp. MENU /SET • De Flitsinstelling is vast ingesteld op UIT [ ]. • De instelling op de AF-lamp is buiten werking gesteld. • De ISO-gevoeligheid is vast ingesteld op [ISO100]. • U kunt de witbalans niet instellen.
Gevorderd (Opnamen maken) • De LCD-monitor wordt automatisch donker. • Histogrammen worden altijd oranje afgebeeld. (P33) • De flitsinstelling is vast ingesteld op UIT [ ]. • De optische beeldstabilisator is vast ingesteld op [OFF]. • De ISO-gevoeligheid is vast ingesteld op [ISO100]. • De volgende functies werken niet.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ Techniek voor Luchtfoto’s • Wij raden aan deze techniek te gebruiken als u moeilijk kunt scherpstellen en u opnamen wenst te maken van wolken en dergelijke. Richt de camera op iets met een hoog contrast, druk de ontspanknop half in om de scherpstelling vast te zetten, richt dan de camera op het object en druk de ontspanknop helemaal in om de opname te maken. • Zet de camera uit terwijl het vliegtuig opstijgt of landt.
Gevorderd (Opnamen maken) Bewegende beelden ∫ De aspectratio en de beeldkwaliteit wijzigen 1 Op [MENU/SET] drukken. 1 Druk de opspanknop half in om scherp te stellen en druk hem dan helemaal in om opnamen te maken. 2 Op 3/4 drukken om [ASPECTRATIO] te kiezen en vervolgens op 1 drukken. WITBALANS ASPECTRATIO FOTO MODE AF MODE STABILISATIE R 3s SELEC 2s A: Geluidsopname • De beschikbare opnametijd B verschijnt op het display rechts boven en de voorbije opnametijd C staat onderaan rechts.
Gevorderd (Opnamen maken) • fps “frames per seconde”; Dit verwijst naar het aantal frames gebruikt in 1 seconde. • U kunt zachtere beeldopnamen maken met “30 fps”. • U kunt langere beeldopnamen maken met “10 fps” maar de kwaliteit is wel minder. • Met [10fpsQVGA] blijft het bestand klein. Daarom is deze grootte geschikt voor verzending per e-mail.
Gevorderd (Opnamen maken) De dag van uw vakantie opslaan waarop u de foto maakt ∫ De vertrek/terugkeerdatum instellen (bijvoorbeeld: Hierna volgen voorbeelden van het scherm met de normale opnamefunctie [ ].) 1 Druk op [MENU/SET] en dan op 2. Als u de vertrekdatum op voorhand instelt, wordt het aantal dagen dat is verstreken vanaf de vertrekdatum (de dag van uw vakantie dus) opgenomen terwijl u opnamen maakt.
Gevorderd (Opnamen maken) 6 Druk op 3/4/2/1 om de terugkeerdatum in te stellen en dan op [MENU/SET]. REISDATUM STEL DE TERUGDATUM IN. . ∫ De vertrekdatum wissen De reisdatum wordt automatisch geannuleerd als de huidige datum later is dan de terugkeerdatum. Als u de reisdatum wil annuleren voordat u vakantie eindigt, kiest u [OFF] op de pagina van stap 4 waarna u [MENU/SET] twee keer indrukt. . SELEC EXIT MENU MENU /SET 2/1: Selecteer het gewenste onderdeel.
Gevorderd (Opnamen maken) De tijd van uw reisbestemming weergeven (World Time) ∫ Woongebied instellen [HOME] (Voer de stappen 1, 2 en 3 uit.) 1 Druk op 4 om [HOME] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET]. WERELDTIJD BESTEMMING HOME 10:00 1.DEC.2007 Als u uw eigen woongebied instelt en het gebeid van uw reisbestemming als u bijvoorbeeld in het buitenland reist, kunt u de plaatselijke tijd op de plaats van uw vakantie afbeelden op het scherm en op de opnamen. • Kies [KLOKINST.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ Het instellen van het woongebied afronden • Als u uw woongebied voor het eerst instelt, keert het scherm terug naar het scherm dat u ziet in de stap 1 van de functie “Woongebied instellen [HOME]” als u op [MENU/SET] drukt om uw huidige locatie in te stellen. Druk op 2 om terug te keren naar het scherm van stap 3 en druk dan op [MENU/SET] om het menu te sluiten.
Gevorderd (Opnamen maken) Het functiemenu [OPNAME] gebruiken De opnamemogelijkheden verhogen door kleureffecten, witbalans enzovoort in te stellen. De instelbare menufuncties hangen af van de opnamewijze. ∫ Snel instellen • U kunt [FUNC] gebruiken om snel de volgende onderdelen in te stellen tijdens het opnemen.
Gevorderd (Opnamen maken) [WITBALANS] 2) Tinten corrigeren voor meer natuurlijke opnamen 3) 4) 5) 6) 1) 7) Op [ ] drukken om het [OPNAME] functie menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P58) Met deze functie kunt u een witte kleur produceren die dichter is bij de echte kleur in met zonlicht, halogeenbelichting, enz. gemaakte opnamen waarin het witte licht roodachtig of blauwachtig kan lijken. Kies een instelling die past bij de opnamecondities.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ De witbalans fijn afstellen [ ] Gebruik deze functie om de witbalans handmatig in te stellen. • Stel de witbalans in op [ ]/[ ]/[ ]/[ ]/[ ]. (P59) • U kunt de witbalans zelfs gebruiken voor [ONDER WATER] opnamen. 1 Druk op 3 [ ], meerdere keren, totdat [WB INSTELLEN] verschijnt en druk dan op 2/1 om de witbalans fijn in te stellen. WB INSTELLEN ROOD SELEC BLAUW EXIT MENU • 2 [ROOD]: Indrukken wanneer de tint blauwachtig is.
Gevorderd (Opnamen maken) [GEVOELIGHEID] [ASPECTRATIO] De lichtgevoeligheid instellen De aspectratio instellen Op [ ] drukken om het [OPNAME] functie menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P58) ISO is een maat voor de gevoeligheid voor licht. Hoe hoger de gevoeligheid is, hoe minder licht u nodig hebt voor een opname: de camera wordt beter geschikt voor opnamen op donkere plaatsen.
Gevorderd (Opnamen maken) [FOTO RES.]/[KWALITEIT] Een beeldresolutie en –kwaliteit kiezen die overeenkomen met uw eigen gebruik Op [ ] drukken om het [OPNAME] functie menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P58) Een digitaal beeld is samengesteld uit ontelbare punten die pixels heten. Ook al ziet u het verschil op het scherm van het toestel niet, hoe meer pixels, hoe mooier het beeld wanneer dit afgedrukt wordt op een groot stuk papier of op een computermonitor.
Gevorderd (Opnamen maken) [AUDIO OPNAME] [AF MODE] Stilstaande beelden opnemen met geluid De scherpstellingsfocusmethode instellen Op [ ] drukken om het [OPNAME] functie menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P58) U kunt geluid opnemen met stilstaande opnamen als deze functie ingesteld is op [ON]. Dit betekent dat u de conversatie tijdens de opname of een uitleg bij het beeld kunt opnemen. MENU /SET •[ ] verschijnt op het scherm wanneer u [AUDIO OPNAME] op [ON] instelt.
Gevorderd (Opnamen maken) ∫ Over [ ] of [ ] • U kunt sneller scherpstellen op het object dan in de andere AF- functies. • Het beeld kan even stoppen met bewegen voordat er scherpgesteld wordt wanneer u de ontspanknop tot de helft indrukt. Dit is geen storing. • De afgebeelde AF-zone is groter dan normaal als u opnamen in het donker maakt of de digitale zoom gebruik. De AF-zone die verschijnt in het midden van het scherm kan ook groter zijn dan normaal als u onderwateropnamen maakt. F5.
Gevorderd (Opnamen maken) • Wij raden een helder object met een groot contrast aan om de opname met een bewegend object te demonstreren. • De demo over jitter/camerabeweging is slechts een voorbeeld. • De camera gebruikt de beweging van het onderwerp ook om de automatische ISO-gevoeligheid in de slimme ISO-gevoeligheidsfunctie [ ] (P42) en [SPORT] (P46), [BABY1]/[BABY2] (P48) en [HUISDIER] (P48) in te stellen in de eenvoudige scènefunctie.
Gevorderd (Opnamen maken) • De belichting en de witbalans variëren afhankelijk van de burstinstellingen. Wanneer de burstfunctie ingesteld is op [ ], worden ze vast ingesteld op de waarde voor het eerste beeld. Wanneer de burstsnelheid ingesteld is op [ ] of [ ], worden ze aangepast telkens als u een opnameopname maakt.
Gevorderd (Opnamen maken) [SLUITER LANG] [KLEURFUNCTIE] Heldere opnamen maken op donkere plekken Kleureffecten en beeldkwaliteiten instellen voor opnamen Op [ ] drukken om het [OPNAME] functie menu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P58) Wanneer u beelden maakt op donkere plaatsen met weinig licht, kunt u beelden maken die helderder zijn dan normaal door een instelling te selecteren die nog langzamer is dan de langzaamste instelling van de sluitertijd.
Gevorderd (Afspelen) Gevorderd (Afspelen) Meervoudige schermen afbeelden • Afhankelijk van het opgenomen beeld en de instellingen, kunnen de volgende pictogrammen verschijnen. (Meervoudig terugspelen) 1 Het zoomhendeltje in de richting van [ ] [W] zetten om meervoudige schermen af te beelden. (Scherm wanneer er 9 schermen afgebeeld worden) 1.DEC .
Gevorderd (Afspelen) Beelden afspelen volgens opnamedatum (Kalenderplayback) • Zet het zoomhendeltje naar [ om terug te keren naar het kalenderscherm. ] [W] 4 Druk op 3/4/2/1 om een opname te kiezen en druk dan op [MENU/SET]. • Het beeld dat u gekozen hebt, verschijnt. Met de kalenderplaybackfunctie kunt u opnamen afspelen volgens de opnamedatum. 1 Draai het zoomhendeltje meerdere keren naar [ ] [W] zetten om de kalenderpagina te openen. ∫ Terugkeren naar het playbackscherm.
Gevorderd (Afspelen) ∫ De terugspeelzoom annuleren Naar [ ] [W] zetten of op [MENU/SET] drukken. De terugspeelzoom gebruiken 1 Het zoomhendeltje op [ ] [T] zetten om het beeld te vergroten. 2X W 4X ANNUL T WISSEN • : 1k>2k>4k>8k>16k • Wanneer u het zoomhendeltje op [ ] [W] zet nadat het beeld vergroot is, wordt de vergroting minder. Wanneer u het zoomhendeltje naar [ ] [T] zet, verhoogt de vergroting.
Gevorderd (Afspelen) Bewegende beelden terugspelen/Beelden met geluid Pauze invoeren Op 3 drukken tijdens het terugspelen van bewegende beelden. • Druk opnieuw op 3 om pauze te wissen. Frame per frame afspelen vooruit/frame per frame terugspelen Druk op 2/1 tijdens een pauze. ∫ Bewegende beelden Druk op 2/1 om een beeld te kiezen met het pictogram van een bewegend beeld[ ]/[ ]/ [ ]/[ ]/[ ]/[ ] en druk op 4 om dit af te spelen. WEERG. BEW.
Gevorderd (Afspelen) • Als u bewegende beelden terugspeelt die opgenomen zijn met andere apparatuur kan de beeldkwaliteit slechter worden of kunnen de opnamen niet teruggespeeld worden. • Met een hoge-vermogenskaart is het mogelijk dat de snel-achteruitterugspoelfunctie langzamer dan normaal gaat. • De volgende functies kunt u niet gebruiken met bewegende beelden en opnamen met geluid: – Terugspeelzoom (pauze tijdens opname of afspelen van bewegende beelden) – [LCD ROTEREN]/[ROTEREN]/ [AUDIO DUB.
Gevorderd (Afspelen) Als u een bewegende opname hebt gekozen met [ ], [ ] of [ ] hebt gekozen Voor elke opname van bewegende beelden maakt het toestel 30 stilstaande beelden per seconde.
Gevorderd (Afspelen) Gebruik van het [AFSPELEN] functiemenu Onderdelen die u in kunt stellen Menu pagina Onderdeel : [DIASHOW] (P74) : [FAVORIETEN] (P76) 1/3 : [ROTEREN] (P77) U kunt verschillende functies gebruiken in terugspeelfunctie om opnamen terug te spoelen, de beveiliging in te stellen voor deze opnamen, enz. 1 Op [MENU/SET] drukken. 2 Op 3/4 drukken om het gewenste menuonderdeel te kiezen en vervolgens op 1 drukken. DIASHOW FAVORIETEN LCD ROTEREN ROTEREN DATUM AFDR.
Gevorderd (Afspelen) 1 Op 3/4 drukken om [ALLE] of [ ] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. 1/3 AFSPELEN DIASHOW FAVORIETEN LCD ROTEREN ROTEREN DATUM AFDR. SELEC INST. ALLE OFF [DUUR] Kan ingesteld worden op [1SEC.], [2SEC.], [3SEC.], [5SEC.] of [MANUAL] (handmatig terugspelen). [EFFECT] Er kan een diashow-effect geselecteerd worden. [OFF]:Geen effect : Nieuwe beelden schuiven over het scherm heen. : Huidige beelden verdwijnen langzaam en nieuwe beelden verschijnen.
Gevorderd (Afspelen) • Als u [AUDIO] instelt op [ON] en vervolgens een beeld met geluid terugspeelt, zal het volgende beeld afgebeeld worden nadat het geluid geëindigd is. • U kunt geen bewegende beelden terugspelen en de energiebesparing gebruiken in de diavoorstellingsfunctie. (De energiebesparing is in elk geval vast ingesteld op [10MIN.] voor handmatige diavoorstellingen of onderbreking van een diavoorstelling.) 2 Op [MENU/SET] drukken om het menu te sluiten.
Gevorderd (Afspelen) [LCD ROTEREN]/[ROTEREN] Om het beeld gedraaid af te beelden Op [ ] drukken om het [AFSPELEN] functiemenu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P74) Met deze functie kunt u automatisch opnamen verticaal afbeelden als deze gemaakt werden met een verticaal gehouden toestel of opnamen handmatig draaien met stappen van 90°. MENU /SET • De [ROTEREN] functie wordt uitgeschakeld wanneer [LCD ROTEREN] ingesteld is op [OFF].
Gevorderd (Afspelen) • Gedraaide opnamen worden gedraaid weergegeven als u ze terugspeelt met de terugspeelfunctie en de terugspeelzoom, maar worden niet gedraaid weergegeven als u ze afspeelt met de meervoudige terugspeelfunctie. • Het kan zijn dat u opnamen die met andere apparatuur gemaakt zijn, niet kunt draaien. ∫ Enkele instelling 1 Druk op 2/1 om het beeld te kiezen en vervolgens op 4. DATUM AFDR. 1/14 SELEC INST. EXIT MENU [DATUM AFDR.
Gevorderd (Afspelen) 3 Druk op [MENU/SET]. • Als u [DATUM AFDR.] instelt voor een opname die groter is dan [ ] zal de beeldgrootte kleiner worden dan wat u hieronder ziet. De aspectratio instellen Beeldgrootte / > 5 Druk twee keer op [MENU/SET] om het menu te sluiten. • Het pictogram voor de datumafdruk [ ] A verschijnt op het scherm als de datumafdruk voor het beeld is vastgelegd. • Gebruik de afspeelzoom (P70) om de informatie over deze datum te bekijken B.
Gevorderd (Afspelen) • Wij raden aan datumafdruk in te stellen als u genoeg ruimte hebt op de kaart of in het ingebouwde geheugen. • U kunt tot 50 beelden tegelijkertijd instellen met [MULTI]. • Als u [JA] kiest in stap 4 en bij de beelden die u hebt gekozen in [MULTI] zijn ook beveiligde beelden, verschijnt een boodschap en alleen de beveiligde beelden kunnen niet worden afgedrukt met de vastgelegde datum. • Afhankelijk van uw printer kunnen sommige letters niet worden geprint. Controleer dit eerst.
Gevorderd (Afspelen) ∫ Meervoudige instelling 1 Op 2/1 drukken om het af te drukken beeld te kiezen en vervolgens op 3/4 drukken om het aantal afdrukken in te stellen. ∫ De datum afdrukken Na het instellen van het aantal afdrukken, kunt u het afdrukken met de opnamedatum instellen/annuleren door op [DISPLAY] te drukken. DPOF INST. 1 1/14 DATE DPOF INST. MULTI 1 8 7 10 AANTAL 9 11 1 SELEC AANTAL SELEC 12 DATUM DISPLAY EXIT MENU • De aanduiding van het aantal afdrukken [ ] B verschijnt.
Gevorderd (Afspelen) [BEVEILIGEN] Per ongeluk opnamen wissen voorkomen Op [ ] drukken om het [AFSPELEN] functiemenu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P74) U kunt een beveiliging instellen voor opnamen waarvan u niet wilt dat ze per ongeluk gewist kunnen worden. MENU /SET Op 3/4 drukken om [ENKEL], [MULTI] of [ANNUL] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. 2/3 AFSPELEN DPOF PRINT BEVEILIGEN AUDIO DUB. NW. RS. BIJSNIJD. INST.
Gevorderd (Afspelen) [AUDIO DUB.] Geluid toevoegen aan opnamen Op [ ] drukken om het [AFSPELEN] functiemenu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P74) U kunt geluid toevoegen nadat u een beeld gemaakt heeft. MENU /SET 1 Op 2/1 drukken om het beeld te kiezen en vervolgens op 4 drukken om de geluidsopname te starten. AUDIO DUB. 1/3 SELEC START EXIT MENU • De melding [AUDIOGEGEVENS OVERSCHRIJVEN?] verschijnt als u al geluid hebt opgenomen.
Gevorderd (Afspelen) 2 Op 2/1 drukken om de grootte te kiezen en vervolgens op 4 drukken. 4 Twee keer op [MENU/SET] drukken om het menu te sluiten. NW. RS. • Het kan zijn dat u geen nieuw formaat kunt toekennen aan opnamen die met andere apparatuur gemaakt zijn. 1/3 SELEC NW. RS. EXIT MENU • Formaten kleiner dan het opgenomen beeld worden afgebeeld. De aspectratio instellen / / / 3 Op 3/4 drukken om [JA] of [NEE] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. NW. RS. JA NEE SELEC INST.
Gevorderd (Afspelen) 3 Druk op 3/4/2/1 om het deel dat u wil bewerken te verplaatsen. BIJSNIJD. EXIT MENU 4 Op de ontspanknop drukken. • De melding [ORIGINELE FOTO WISSEN?] verschijnt. 5 Op 3/4 drukken om [JA] of [NEE] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. BIJSNIJD. ORIGINELE FOTO WISSEN ? SELEC INST. Op [ ] drukken om het [AFSPELEN] functiemenu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen.
Gevorderd (Afspelen) 3 Druk op 2/1 om de horizontale stand te bepalen en dan op de opspanknop om deze te bevestigen. CORR. INST.:SLUITER EXIT • Nadat de aspectratio is geconverteerd, kan het beeld groter worden dan het originele. • Bestanden die niet voldoen aan de DCF-standaard, kunnen niet worden geconverteerd. • Beelden die gemaakt zijn met andere apparatuur kunt u wellicht niet converteren. MENU • Gebruik 3/4 om de framestand te bepalen voor verticaal gedraaide opnamen.
Gevorderd (Afspelen) 3 Op 3 drukken om [JA] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken. (De illustratie toont het scherm wanneer opnamen gekopieerd worden van het ingebouwde geheugen naar een kaart.) KOPIE KOPIE VAN INTERN GEHEUGEN NAAR KAART? JA NEE SELEC INST. MENU MENU /SET • Het bericht [FOTO NAAR INTERN GEHEUGEN KOPIËREN?] verschijnt wanneer u opnamen kopieert van de kaart naar het ingebouwde geheugen.
Gevorderd (Afspelen) [FORMATEREN] Het ingebouwde geheugen of een kaart initialiseren of formatteren Op [ ] drukken om het [AFSPELEN] functiemenu af te beelden en het in te stellen onderdeel te kiezen. (P74) Normaal gesproken is het niet nodig het ingebouwde geheugen en de kaart te formatteren. Formatteer de kaart of het geheugen wanneer het bericht [FOUT INT. GEHEUGEN] of [STORING GEHEUGENKAART] verschijnt. MENU /SET Op 3 drukken om [JA] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
Aansluiten op andere apparatuur Aansluiten op andere apparatuur Aansluiten op de PC U kunt opnamen op een PC zetten door het toestel en de PC met elkaar te verbinden. Met het programma [LUMIX Simple Viewer] of [PHOTOfunSTUDIO-viewer-] (voor Windows®) op de CD-ROM (meegeleverd) kunt u gemakkelijk opnamen op een PC zetten, afdrukken en per e-mail verzenden. Als u “Windows 98/98SE”, gebruikt, het USB-stuurprogramma installeren en vervolgens op de computer aansluiten.
Aansluiten op andere apparatuur ∫ Over het terugspelen van bewegend beeld op een PC Gebruik de software “QuickTime” (voor Windows 2000/XP) in de CD-ROM (bijgeleverd) om bewegende beelden terug te spelen die op dit toestel opgenomen zijn op een PC. • Als u “Windows 98/98SE/Me”, gebruikt, “QuickTime 6.5.2 for PC” downloaden van de volgende site, en deze installeren. http://www.apple.com/support/quicktime/ • Deze software is geïnstalleerd als standaard op een “Macintosh OS”.
Aansluiten op andere apparatuur • Geen enkele andere USB-kabel gebruiken dan de meegeleverde kabel. • De USB-kabel niet losmaken terwijl [TOEGANG] afgebeeld wordt. • Wanneer er veel beelden op de kaart staan, kan het even duren om deze te verplaatsen. • U zou niet in staat kunnen zijn bewegende beelden correct terug te spelen op de kaart wanneer het toestel verbonden is aan een PC. Importeer de bewegende beeldenfiles naar de PC en speel ze dan terug.
Aansluiten op andere apparatuur Beelden afdrukken 1 Het toestel en de printer aanzetten. 2 Stel de functieknop in op [ Door het toestel direct op een printer aan te sluiten die PictBridge verwerkt via de USB-kabel (bijgeleverd), kunt u de af te drukken opnamen kiezen of starten met afdrukken op het scherm van het toestel. Afdrukinstellingen zoals de afdrukkwaliteit op de printer vooraf instellen. (De gebruiksaanwijzing van de printer lezen.
Aansluiten op andere apparatuur • Als u de leeftijd van [BABY1]/[BABY2] (P48) of [HUISDIER] (P48) in de scènefunctie wenst af te drukken of het aantal dagen dat is verstreken sinds de vertrekdatum van [REISDATUM] (P54) gebruikt u hiervoor het programma [LUMIX Simple Viewer] of [PHOTOfunSTUDIO-viewer-] op de CD-ROM (meegeleverd) en print u met de PC. Voor informatie hierover raadpleegt u de handleiding voor aansluiting op de PC.
Aansluiten op andere apparatuur 3 Druk op 3 om [PRINT START] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET]. MULTI SELECTEREN PRINT START PRINT MET DAT. AANTAL PRINTS PAPIERAFMETING LAY-OUT PAGINA ANNUL SELEC 1秒 OFF 1 OFF INST. MENU MENU /SET • [PRINT MET DAT.] en [AANTAL PRINTS] verschijnen niet als [DPOF FOTO] ingesteld is. • De DPOF-instellingen verschijnen als u [DPOF FOTO] hebt gekozen. Als u DPOF-instellingen hebt gekozen, leest u P80 om deze aan te passen.
Aansluiten op andere apparatuur • [LAY-OUT PAGINA] (Paginaopmaken die ingesteld kunnen worden met dit toestel) Instellingen op de printer zijn voorzien van prioriteiten. 1 beeld zonder frame op 1 pagina 1 beeld met een frame op 1 pagina 2 beelden op 1 pagina 4 beelden op 1 pagina • U kunt geen enkel onderdeel kiezen als de paginaopmaak niet verwerkt kan worden door de printer.
Aansluiten op andere apparatuur Opnamen terugspelen op een TV-scherm ∫ Opnamen terugspelen met de AV-kabel (bijgeleverd) • De [TV-ASPECT] instellen (P20) • Zet het toestel en de televisie uit. • Afhankelijk van de aspectinstellingen kunnen zwarte stroken boven en onder of links en rechts van de beelden verschijnen. • Geen andere AV-kabels gebruiken dan de meegeleverde kabel. • Geluid terugspelen gebeurt in mono. • De gebruiksaanwijzing van de TV lezen.
Overige Overige Schermdisplay 1 2 3 4 5 6 Tijdens de opname (na de instellingen) 15 Burstfunctie (P65) : Geluidsopname (P52, 63) 7 14 16 Witbalans (P59) 7 F2.
Overige 1 2 3 4 3 5 16 6 15 14 7 8 9 13 11 Huidige datum en tijd • Dit wordt gedurende ongeveer 5 seconden afgebeeld wanneer het toestel aan wordt gezet, na het instellen van de klok en na het overschakelen van de terugspeelfunctie naar de eenvoudige functie.
Overige 1 2 20 19 18 17 16 15 14 3 4 5 6 1 AUDIO AFSPELEN 7 100 _ 0001 1/3 1E DAG F2.8 1/30 ISO100 10 Waarschuwingspictogram kabelaansluiting (P95) AWB 10:00 1.DEC.
Overige Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik ∫ Wat u wel en niet moet doen met dit toestel Laat het toestel niet vallen, klop er niet mee en oefen er geen zware kracht op uit. • Erop letten de tas/hoes waar het toestel inzit nergens tegen aan te stoten en niet te laten vallen aangezien dit schade zou kunnen opleveren aan het toestel, de lens of de LCD-monitor. • Geen andere spullen aan de polsband hangen die bij het toestel wordt geleverd.
Overige ∫ Over de LCD-monitor • Niet met grote kracht op de LCD-monitor drukken. Ongelijke kleuren kunnen op de LCD-monitor verschijnen en dit kan voor storing zorgen. • Als het toestel koud is wanneer u het aanzet, kan het beeld op de LCD-monitor aanvankelijk een beetje donkerder dan normaal zijn. Het beeld zal echter weer normaal helder worden zodra het toestel zelf opgewarmd is. De LCD-monitor wordt geproduceerd met hoge-precisietechnologie.
Overige ∫ Oplader • Als u de batterijoplader in de buurt van een radio gebruikt, kan de radio-ontvangst verstoord zijn. De oplader 1 m of meer van een radio weghouden. • De oplader kan ruis maken wanneer deze gebruikt wordt. Dit is geen storing. • Na het gebruik, haalt u de AC-kabel uit het stopcontact. (Er gaat nog steeds een heel klein beetje stroom door deze kabels als u ze aangesloten laat.) • De aansluitingen van de oplader en de batterij schoon houden.
Overige Waarschuwingen op het scherm Soms verschijnen op het scherm bevestigingen of foutmeldingen. De belangrijkste meldingen worden hieronder beschreven. [GEHEUGENKAART VERGRENDELD] De Schrijfbeschermingschakelaar op de SD-geheugenkaart en de SDHC-geheugenkaart worden naar [LOCK] verplaatst. Verschuif de schakelaar terug om deze te ontgrendelen. (P13, 82, 88) [GEEN JUISTE FOTO OM WEER TE GEV EN] Een beeld opnemen of een kaart in het toestel doen met een opgenomen beeld en dit vervolgens afspelen.
Overige [PARAMETERFOUT GEHEUGENKAART] Gebruik een kaart die geschikt is voor dit toestel. (P4, 13) • U kunt alleen een SDHC-geheugenkaart gebruiken als u kaarten gebruikt met 4 GB of meer vermogen. [STORING GEHEUGENKAART CONTROLEER DE GEHEUGENKAART] • Fout tijdens het openen van de kaart. Steek de kaart opnieuw in het toestel. [LEESFOUT CONTROLEER DE GEHEUGENKAART] Er heeft zich een fout voorgedaan bij het aflezen van de gegevens. Voer de kaart opnieuw in.
Overige Problemen oplossen De menu-instellingen resetten, kan veel problemen oplossen. [RESETTEN] in het [SET-UP] menu kiezen. (P20) ∫ Batterijen en stroom 1: Het toestel kan niet bediend worden zelfs wanneer het aanstaat. • Zitten de batterijen goed in het toestel? – Controleer de richting van de batterij. (P12) • Is de batterij voldoende opgeladen? – Gebruik een batterij die voldoende opgeladen is. 2: De LCD-monitor gaat uit terwijl het toestel aanstaat.
Overige 7: Het opgenomen beeld ziet er ruw uit. Er verschijnt ruis op het beeld. • Is de ISO-gevoeligheid hoog of de sluitertijd langzaam? (De ISO-gevoeligheid is ingesteld op [AUTO] wanneer het toestel vervoerd wordt. Daarom neemt de ISO-gevoeligheid toe als u binnenshuis opnamen maakt enz.) – De ISO-gevoeligheid verminderen. (P61) – [KLEURFUNCTIE] op [NATURAL] instellen. (P67) – Beelden op heldere plekken maken. • In [H. GEVOELIGH.
Overige 6: Ruis op de LCD-monitor. • Op donkere plekken kan ruis optreden om de helderheid van de LCD-monitor te behouden. Dit heeft geen invloed op de opnamen die u aan het maken bent. ∫ Flits 1: De flits is niet geactiveerd. • De flitsinstelling is vast ingesteld op UIT [ ]? – De flitsinstelling wijzigen. (P35) • De flits is niet geactiveerd wanneer de bewegende-beeldenfunctie [ ] (P52), [LANDSCHAP] (P46), [NACHTL. SCHAP] (P46), [ZONSONDERG.] (P49), [H. GEVOELIGH.
Overige ∫ TV, PC en printer 1: Het beeld verschijnt niet op de televisie. • Is het toestel correct op de TV aangesloten? • De TV-input instellen op extern. 2: De displayzones op het TV scherm en de LCD-monitor van het toestel verschillen. Afhankelijk van het TV model, kan de displayzone kleiner zijn zodat het beeld horizontaal of verticaal uitgerekt wordt en kunnen de bovenkant en de onderkant of de linker- en de rechterkant eraf geknipt worden. Dit is een eigenschap van de TV en is geen storing.
Overige 4: De AF-lamp gaat niet aan. • Is [AF ASS. LAMP] in het [OPNAME] functiemenu ingesteld op [ON]? (P66) • Maakt u opnamen op een donkere plek? – De AF-lamp gaat niet aan op heldere plekken. • De AF-lamp gaat niet aan als u [ZELFPORTRET] (P45), [LANDSCHAP] (P46), [NACHTL. SCHAP] (P46), [ZONSONDERG.] (P49), [VUURWERK] (P50) of [LUCHTFOTO] (P50) hebt ingesteld in de scènefunctie. 5: Het toestel wordt warm. • Het oppervlak van het toestel kan warm worden tijdens het gebruik.
Overige Overige Aantal mogelijke opnamen en beschikbare opnametijd • Het aantal mogelijke opnamen en de opnametijd zijn correct bij benadering. (Ze wijzigen afhankelijk van de opnamecondities en het kaarttype.) • Het aantal resterende opnamen en de beschikbare opnametijd varieert naar gelang van de opgenomen objecten. • De nummers binnen de dikke zwarte lijn staan voor het aantal mogelijke opnamen inde eenvoudige functie [ ].
Overige Aspectratio (6M): (3072k2048 pixels) Beeldresolutie / (2,5M EZ): (2048k1360 pixels) / Kwaliteit Ingebouwd geheugen (Ongeveer 27 MB) Kaart 8 16 19 37 16 MB 3 8 9 18 32 MB 8 18 20 40 64 MB 19 38 43 83 128 MB 39 78 88 165 256 MB 77 150 170 330 512 MB 150 300 340 650 1 GB 300 600 680 1310 2 GB 620 1220 1360 2560 4 GB 1230 2410 2680 5020 Aspectratio (5,5M): (3072k1728 pixels) Beeldresolutie (2M EZ): (1920k1080 pixels) Kwaliteit Ingebouwd geheugen
Overige ∫ Beschikbare opnametijd (Als u bewegende beelden opneemt) Aspectratio Instelling beeldkwaliteit Ingebouwd geheugen) (Ongeveer 27 MB) Kaart 30fps VGA 10fps VGA j j 30fps QVGA 10fps QVGA 53 s 2 min 40 s 30fps 16:9 10fps 16:9 j j 16 MB 6s 26 s 26 s 1 min 23 s 5s 22 s 32 MB 17 s 59 s 59 s 2 min 55 s 14 s 50 s 2 min 64 MB 39 s 2 min 6 min 33 s 1 min 46 s 128 MB 1 min 23 s 4 min 10 s 4 min 10 s 12 min 20 s 1 min 11 s 3 min 35 s 256 MB¢ 2 min 45 s 8 min 10 s 8
Overige Specificaties Digitale Camera: Stroom: Stroomverbruik: Informatie voor uw veiligheid DC 5,1 V 1,6 W (Wanneer u opneemt) 0,8 W (Wanneer u terugspeelt) Toesteleffectieve pixels: 7.200.000 pixels Beeldsensor: 1/2,5q CCD, totaal pixelaantal 7.380.000 pixels, Primair kleurfilter Lens: Optisch 3,6k zoom, fl4,6 mm tot 16,4 mm (35 mm filmcamera equivalent: 28 mm tot 100 mm)/F2.8 tot F5.6 Digitale zoom: Max. 4k Extra optische zoom: Max.
Overige Sluitertijd: Witbalans: Belichting (AE): Meteringfunctie: LCD-monitor: Flits: Microfoon: Speaker: Opnamemedia: Beeldgrootte Stilstaand beeld: 8 seconden tot 1/2000ste van een seconde [STERRENHEMEL] functie: 15 seconden, 30 seconden, 60 seconden Bewegend beeldfunctie: 1/30ste van een seconde tot 1/6400ste van een seconde Automatische witbalans/Daglicht/Bewolkt/Schaduw/Halogeen/ Witinstelling Programma AE Belichtingscompensatie (1/3 EV-stap, j2 EV tot i2 EV) Veelvoudig 2,5q lage-temperatuur polyk
Overige Interface Digitaal: Analoog video/audio: Terminal [AV OUT/DIGITAL]: [DC IN]: Afmetingen: Massa: Werkingstemperatuur: Werkingsvochtigheid: Batterijoplader (Panasonic DE-A40A): Input: Output: “USB 2.
QuickTime en het QuickTime-logo zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Apple Computer, Inc., gebruikt onder licentie. Du VQT1B94 F0107Kh0 ( 23000 A) C Matsushita Electric Industrial Co., Ltd. Web Site: http://panasonic.