Operation Manual

Overige
104
VQT1B94
[PARAMETERFOUT GEHEUGENKAART]
Gebruik een kaart die geschikt is voor dit
toestel. (P4, 13)
U kunt alleen een SDHC-geheugenkaart
gebruiken als u kaarten gebruikt met
4 GB of meer vermogen.
[STORING GEHEUGENKAART
CONTROLEER DE GEHEUGENKAART]
Fout tijdens het openen van de kaart.
Steek de kaart opnieuw in het toestel.
[LEESFOUT
CONTROLEER DE GEHEUGENKAART]
Er heeft zich een fout voorgedaan bij het
aflezen van de gegevens.
Voer de kaart opnieuw in. Controleer of de
kaart goed in het toestel zit en speel
vervolgens opnieuw af.
[SCHRIJFFOUT
CONTROLEER DE GEHEUGENKAART]
Er heeft zich een fout voorgedaan tijdens
het schrijven van de gegevens.
Het toestel uitzetten en de kaart eruit
halen. De kaart er opnieuw indoen en het
toestel weer aanzetten. Het toestel moet uit
staan voordat u de kaart erin doet of eruit
haalt omdat u anders de kaart kunt
beschadigen.
[OPNAME BEW. BEELDEN GEANN.
SCHRIJFSNELHEID KAART TE
BEPERKT]
Wanneer u de beeldkwaliteit instelt op
[30fpsVGA] of [30fps16:9], raden we het
gebruik aan van een
high-speed-SD-geheugenkaart met
“10MB/s” of meer.
Afhankelijk van het type
SD-geheugenkaart of
SDHC-geheugenkaart kan het opnemen
halverwege stoppen.
[CREËREN VAN EEN MAP NIET
MOGELIJK ]
U kunt geen map aanmaken omdat er geen
mapnummers meer zijn. (P90)
De kaart formatteren nadat de nodige
gegevens op een PC enz. opgeslagen zijn.
(P88)
Als u [NR.RESET] in het [SET-UP] menu
kiest na het formatteren, wordt de
mapnummer weer op 100 gezet. (P19)
[BEELD WORDT WEERGEGEVEN VOOR
4:3 TV]/[BEELD WORDT
WEERGEGEVEN VOOR 16:9 TV]
De AV-kabel is aangesloten op de
camera. Druk op [MENU/SET] als u deze
melding wenst te annuleren.
Kies [TV-ASPECT] in het [SET-UP] menu
om het TV-aspect te wijzigen. (P20)
Deze melding verschijnt ook als de
USB-kabel alleen in de camera zit.
Sluit het andere eind van de USB-kabel in
dit geval aan op een PC of een printer.
(P89, 92)
[SLUIT DE PRINTER OPNIEUW AAN.]
Deze melding verschijnt als u de
keuzeknop op de printfunctie zet [ ]
terwijl het toestel is aangesloten op de PC.
Als u het toestel aansluit op een printer zet
u de functie op een andere dan [ ] en
controleert u daarna of er geen gegevens
worden uitgewisseld.
([TOEGANG] verschijnt op de
LCD-monitor van dit toestel als gegevens
worden verzonden).
[USB MODE GEWIJZIGD. VERWIJDER
DE USB-KABEL.]
Deze melding verschijnt als u de
keuzeknop op een andere dan de
printfunctie zet [ ] terwijl het toestel is
aangesloten op de printer.
Zet de keuzeknop weer op [ ] en maak
de USB-kabel los. Als u aan het printen
bent, stopt u met printen en maakt u dan de
USB-kabel los.