Operation Manual
Instellingen van het opnamemenu
68
VQT0R36
[REC] functiemenu (Raadpleeg P61 voor de instellingsmethode.)
• Controleer de volgende punten wanneer u
de AF-assistentielamp gebruikt.
– Niet van dichtbij in AF-assistentielamp
kijken.
– De AF-assistentielamp niet met uw
vingers of andere voorwerpen
bedekken.
• In de eenvoudige functie [ ], staat de
instelling op de [AF ASSIST LAMP] vast
op [ON].
• U kunt de AF-assistentielamp in
[SCENERY], [NIGHT SCENERY],
[FIREWORKS] en [SELF PORTRAIT] in
scènefunctie gebruiken. (P53)
• Wanneer u de AF-assistentielamp niet wilt
gebruiken (b.v. wanneer u een opname
maakt van een onderwerp in een donkere
omgeving), dan zet u [AF ASSIST LAMP]
op [OFF]. In dit geval is het moeilijk om
het onderwerp scherp te stellen.
• Wanneer de AF-assistentielamp aanstaat,
wordt er een AF-zone met een grootte die
breder is dan een normaal AF-zone
aangeduid en wordt de zone alleen
ingesteld op en punt op het centrum van
het scherm. (P67)
De sluitertijd kan automatisch afgesteld
worden. Als u echter helderdere opnames
wilt, kunt u handmatig een langzamere
sluitertijd selecteren. Dit is vooral effectief
als u opnames wilt maken waar zowel het
nachtlandschap als het onderwerp helder
zijn, met gebruik van [NIGHT PORTRAIT]
in scènefunctie (P53).
De langzame sluitertijdwaarden die u kunt
selecteren zijn: [1/8– ], [1/4 – ], [1/2 – ] en
[1–].
∫ Voorbeeld
• Normaal op [1/8 –] gezet om opnames te
maken.
(Wanneer u langzame sluitertijdwaarden
selecteert die anders zijn dan [1/8 – ],
verschijnt [ ] links onderaan van de
LCD-monitor.)
• Wanneer de sluitertijd langzamer
gemaakt is met gebruik van
[SLOW SHUTTER], zal zich waarschijnlijk
schudeffect voordoen. We raden aan een
statief en de zelfontspanner te gebruiken
(P39) voor het maken van opnames.
• U kunt de langzame sluitertijd niet in
[NIGHT SCENERY] en [FIREWORKS] in
scènefunctie instellen. (P53)
Langzame sluitersnelheid
[SLOW SHUTTER]
Langzame
instelling
sluitersnelheid
1/8– 1–
Helderheid Donkerder Helderder
Trilling Minder Meer
1/8– 1–