Operation Manual

- 136 -
Vast te leggen plaatsnaaminformatie wijzigen
DMC-TZ30 DMC-TZ31
Als er een alternatief is voor de locatie resulterend uit de plaatsbepaling, kunt u de locatie-
informatie wijzigen in een andere plaatsnaam of ander herkenningspunt in de buurt.
• Als er een alternatief is voor de plaatsnaaminformatie, verschijnt vóór de
plaatsnaaminformatie
.
• U kunt deze bewerking ook uitvoeren door eerst het pictogram GPS en vervolgens
[Select. GPS-gebied] aan te raken.
Druk op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets het menu [GPS] en druk op
[MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets [Select. GPS-gebied] en druk op
[MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets de optie die u wilt wijzen en druk
op [MENU/SET]
Selecteer met de cursortoets de plaatsnaam of het
herkenningspunt uit de weergegeven mogelijkheden en druk
op [MENU/SET]
Als u geen plaatsnaam of herkenningspunt wilt vastleggen
Als u [Alle plaatsn. verw.] in stap hierboven selecteert, worden de plaatsnamen en
herkenningspunten niet vastgelegd.
• Breedte- en lengtegraadgegevens worden echter wel vastgelegd. Als u de breedte-
en lengtegraadgegevens niet wilt vastleggen, zet u [GPS-inst.] op [OFF].
• Als u de plaatsnamen en herkenningspunten die u niet wilde vastleggen, toch wilt
terugzetten, voert u de procedure [Select. GPS-gebied] nogmaals uit.
Een herkenningspunt wordt mogelijk helemaal niet weergegeven of er wordt misschien
een ander herkenningspunt weergegeven in plaatsen zoals een groot park. Als u
het gewenste herkenningspunt niet kunt selecteren met [Select. GPS-gebied], voert
u de procedure [Mijn oriëntatiep.] (153) uit voordat u een beeld vastlegt of voert u de
procedure [Plaatsnaam bewerken] uit nadat u het beeld vastlegt. (139)