Operation Manual

34 VQT2R28 VQT2R28 35
Foto’s nemen met automatische instellingen
Modus [INTELLIGENT AUTO]
Opnamemodus:
Schakel de camera in
Stel in op
Stel in op
Maak een foto
Druk half in
(druk licht in en stel
scherp)
Druk volledig in
(druk de knop helemaal
in om een foto te maken)
U hoeft alleen de camera op het onderwerp te richten en automatisch worden de beste
instellingen gebruikt op basis van informatie zoals ‘gezicht’, ‘beweging’, ‘helderheid’ en
‘afstand’. Zo maakt u scherpe foto’s zonder de camera handmatig in te stellen.
Voor filmen van bewegende beelden (72)
Automatisch scènes
Gericht op uw onderwerp, leest de camera de scène af en maakt dan automatisch de
optimale instellingen.
Mensen worden herkend [i PORTRET]
Baby’s worden herkend [i BABY] (Wanneer baby’s (kinderen onder de 3 jaar) die zijn
geregistreerd met de gezichtsherkenningsfunctie, worden herkend)
Landschappen worden herkend [i LANDSCHAP]
Nachtopnamen en mensen op deze opnamen worden herkend [i NACHTPORTRET]
(Alleen wanneer
wordt geselecteerd)
Nachtopnamen worden herkend [i NACHTL. SCHAP]
Close-ups worden herkend [i MACRO]
Zonsondergangen worden herkend [i ZONSONDERG.]
Beoordeelt de beweging van het onderwerp (om onscherpe foto’s te voorkomen) als de
scène niet met een van de bovenstaande overeenkomt.
Scherpstelweergave
(als scherpstelling is voltooid:
knippert verlicht)
U ziet gedurende 2 seconden het blauwe
pictogram van de herkende scène.
Ontspanknop
Flitser gebruiken
Selecteer (Auto) of (Flits gedwongen uit).
• Wanneer wordt gebruikt, worden , (Auto/
rode-og),
(Lngz. sy./rode-og) en (Langz. sync.)
automatisch geselecteerd, afhankelijk van het soort
onderwerp en de helderheid. Zie voor meer informatie
(47).
en geven aan dat de digitale rode-ogenreductie is
geactiveerd.
• Bij en is de sluitertijd langer.
Scherpstelgebied (51).
U kunt de volgende menuopties instellen in de modus [INTELLIGENT AUTO].
(Menu [OPNAME]):
[FOTO RES.]
1
, [BURSTFUNCTIE], [KLEUR EFFECT]
1
,
[GEZICHT HERK.]
([BEWEGEND BEELD] menu) : [OPNAMEFUNCTIE], [OPN. KWALITEIT]
1
(Menu [REISMODUS]): [GPS-INST.] ,[SELECT. GPS GEBIED] ,
[LOCATIE INST.] , [REISDATUM], [AUTO REIS INST.] , [WERELDTIJD]
(Menu [SET-UP]
2
): [KLOKINST.], [TOON]
1
, [TAAL], [O.I.S. DEMO]
1
De opties die u kunt instellen, variëren per opnamemodus.
2
Andere onderdelen in het menu [SET-UP] geven instellingen aan die in de modus
[PROGRAM AE] zijn gemaakt enzovoort.
Welk scènetype wordt vastgesteld voor een onderwerp, is afhankelijk van de volgende omstandigheden.
Contrast van het gezicht, omstandigheden van het onderwerp (grootte, afstand, kleuren,
contrast, beweging), zoomafstand, zonsondergang, zonsopgang, weinig licht, trillingen
Als het gewenste scènetype niet wordt geselecteerd, kunt u het beste handmatig de
bijbehorende opnamemodus selecteren. (SCÈNE MODE: 61)
Tegenlichtcompensatie
Tegenlicht is het licht dat van achter uw onderwerp in de camera schijnt. Bij tegenlicht
komt uw onderwerp naar verhouding veel donkerder over en de tegenlichtcompensatie
maakt daarom het gehele beeld helderder.
Bij [i NACHTL. SCHAP] en [i NACHTPORTRET] raden we u aan statief en zelfontspanner te gebruiken.
Bij weinig cameratrilling (bijvoorbeeld bij gebruik van statief) is de sluitertijd maximaal 8
seconden met [i NACHTL. SCHAP]. Beweeg de camera niet.
De instellingen voor de volgende functies staan vast.
• [AUTO REVIEW]: [2 SEC.] • [SLAAPSMODUS]: [5 MIN.] • [RICHTLIJNEN]:
• [WITBALANS]: [AWB] • [KWALITEIT]: (Fijn) • [SLIMME ISO]
• [STABILISATIE]: [AUTO] • [AF MODE]: (Gezichtsdetectie)
3
• [AF ASS. LAMP]: [ON] • [PRE AF]: [Q-AF] • [MEETFUNCTIE]: (Multiple)
• [I. EXPOSURE]: [STANDARD] • [I.RESOLUTIE]: [i.ZOOM]
• [RODE-OGEN CORR]: [ON] • [CONTINU AF]: [ON] • [WINDREDUCTIE]: [OFF]
3
(11-gebied-scherpstelling) als gezicht niet kan worden herkend
U kunt de volgende functies niet gebruiken.
[HISTOGRAM], [BELICHTING], [AUTO BRACKET], [MULTI-ASPECT],
[WB INSTELLEN], [DIG. ZOOM], [KORTE SLUITERT.], [AUDIO OPNAME]