Owner's Manual

Nl
8
Veranderen van de instellingen van dit toestel
Overschakelen naar de stand voor het veranderen van de instellingen van dit toestel
(hulpprogrammastand)
Houd de [BACK] toets tenminste 1 seconden ingedrukt.
Dit toestel schakelt over naar de hulpprogrammastand en de effectparametertoets 1 FX1 ([A] op de afbeelding) gaat knipperen.
Selecteren van het in te stellen item en veranderen van de parameter
1 Draai aan de draaiknop.
Wanneer de draaiknop wordt verdraaid, wordt er overgeschakeld naar een ander instelitem.
De toetsen op het effect-gedeelte knipperen om aan te geven welk instelitem op dit moment wordt geselecteerd.
1
3
4
2
34
2
1
PANEL SELECT
• BACK
— UTILITY
LOAD
PREPARE
VIEW
LOAD LOAD
AREA
SHIFT
SAMPLER VOL
DJ CONTROLLER
DDJ-SP1
ON
FX
SELECT
ON
FX
SELECT
ON
FX
SELECT
TAP
FX
MODE
REL.
INT.
PARAM.2
SLIP
CENSOR
PARAM.1
AUTO LOOP
HOT CUE
HOT LOOP
ROLL
AUTO LOOP
SLICER
MANUAL LOOP
SAMPLER
VELOCITY
IN OUT
LOOP ACTIVE
RELOOP / EXIT
SAVE
SLOT
SLOT
SYNC
OFF
REL.
INT.
PARAM.2
SLIP
CENSOR
PARAM.1
AUTO LOOP
HOT CUE
HOT LOOP
ROLL
AUTO LOOP
SLICER
MANUAL LOOP
SAMPLER
VELOCITY
IN OUT
LOOP ACTIVE
RELOOP / EXIT
SAVE
SLOT
SLOT
SYNC
OFF
ON
FX
SELECT
ON
FX
SELECT
ON
FX
SELECT
TAP
FX
MODE
[A]
[B] [C] [D] [E] [F] [G] [H]
Voorkeurinstellingen maken
Naam van het
geselecteerde item
Knipperende toets Parameter
Sampler-snelheidsstand
snelheidscurve-selectie
1
FX1-effectparametertoets 1 ([A]
op de afbeelding)
Pad 1: Curve 1*
Pad 2: Curve 2
Pad 3: Curve 3
Pad 4: Curve 4
Sampler-snelheidsstand na
aanraakinstelling
2
FX1-effectparametertoets 2 ([B]
op de afbeelding)
Pad 1: Na aanraking uitgeschakeld*
Pad 2: Na aanraking ingeschakeld
Instellen van de methode
voor het invoeren van de
sampler-snelheidsstand
FX1-effectparametertoets 3 ([C]
op de afbeelding)
Pad 1: Overschakelen naar de sampler-snelheidsstand wanneer de [SHIFT] + [SAMPLER]-toetsen
worden ingedrukt*
Pad 2: Overschakelen naar de sampler-snelheidsstand wanneer de [SAMPLER]-toets langer dan 1
seconde ingedrukt wordt gehouden
Instellen van de te gebruiken
DJ-software
FX1 [TAP]-toets ([D] op de
afbeelding)
Pad 1 licht op: Er wordt andere software dan Serato DJ gebruikt
Pad 1 uit: Serato DJ wordt gebruikt*
Instelling demonstratiestand
3
FX2-effectparametertoets 1 ([E]
op de afbeelding)
Pad 1 licht op: Schakelt de demonstratiestand in*
Pad 1 uit: Schakelt de demonstratiestand uit
Instellen van knipperen in de
slip-stand
4
FX2-effectparametertoets 2 ([F]
op de afbeelding)
Pad 1: Slip-stand knipperen ingeschakeld*
Pad 2: Slip-stand knipperen uitgeschakeld
Instellen van de verlichting
wanneer muziekstukken geladen
worden
FX2-effectparametertoets 3 ([G]
op de afbeelding)
Pad 1: Verlichtingstype 1*
Pad 2: Verlichtingstype 2
Geavanceerde
MIDI-instellingen
5
FX2 [TAP]-toets ([H] op de
afbeelding)
Pad 1: Geavanceerde MIDI-instellingen uitgeschakeld*
Pad 2: Geavanceerde MIDI-instellingen ingeschakeld
“*” geeft de standaardinstellingen aan.
1 Zie voor details van de karakteristieken van de snelheidscurves in kwestie de Handleiding (geavanceerde editie) van dit toestel.
2 Wanneer Na aanraking is ingeschakeld, verandert het samplervolume terwijl de performance-pad ingedrukt wordt gehouden aan de hand van de kracht waarmee er op de
pad wordt gedrukt.
3 De demonstratiestand is een functie waarmee een demonstratie van de verlichting van dit toestel wordt gegeven wanneer er onder normale gebruiksomstandigheden 10
minuten lang geen bediening wordt uitgevoerd.
4 Wanneer knipperen in de Slip-stand is ingeschakeld, zullen de toetsen en bedieningsorganen die kunnen worden gebruikt in de Slip-stand (de [AUTO LOOP]-instelling,
[HOT CUE]-standtoets enz.) gaan knipperen wanneer er op de [SLIP]-toets wordt gedrukt.
Zie voor de slip-functies die kunnen worden gebruikt met dit toestel de Handleiding (geavanceerde editie) van dit toestel.
5 Zie voor details over de geavanceerde MIDI-instellingen de Handleiding (geavanceerde editie) van dit toestel.
— Om Serato Video te kunnen bedienen, moet u de geavanceerde MIDI-instellingen uitschakelen.