Operation Manual

12
02
Bedieningselementen en displays
Display
HDMI
DIGITAL
ANALOG
L C R
SL SR
XL XR
XC
LFE
AUTO
DIGITAL PLUS
AUTO SURROUND
STREAM DIRECT
PROLOGIC
x
Neo:6
ADV.SURROUND
STANDARD
SP
AB
SLEEP
DSD PCM
DTS HD ES 96/24
MSTR
S.RTRV SOUND UP MIX
OVER
MONO
dB
2
MULTI-ZONE
STEREO
TrueHD
PQLS
ALC
AT T
2
2
USB
VIDEO
TV
DVD
HDMI
DVR
BD
CD
TUNER
iPod
[ 2 ]
[ 3 ]
[ 4 ]
TUNED RDS
21 3 108654 119 12 13 14
19 2016 17 18
15
8
7
1 Signaalindicators
Deze lampjes gaan branden om het geselecteerde ingangssignaal aan te geven. AUTO brandt wanneer de recei-
ver is ingesteld voor automatische selectie van het ingangssignaal (bladzijde 47).
2 Indicators van de programma-indeling
Deze lampjes branden om de kanalen aan te geven waarop digitale signalen binnenkomen.
! L/R – Linker/rechter voorkanaal
! C – Middenkanaal
! SL/SR – Linker/rechter surroundkanaal
! LFE – Kanaal voor lage frequentie-effecten (de (( ))-indicators branden wanneer een LFE-signaal binnenkomt)
! XL/XR – Twee kanalen, met uitzondering van de bovenstaande kanalen
! XC – Een ander kanaal maar niet een van de bovenstaande kanalen, het mono-surroundkanaal of de
matrix-codeermarkering
3 Indicators van de digitale indeling
Deze lampjes branden wanneer een signaal dat is gecodeerd met de bijbehorende indeling wordt aangetroffen.
! 2 DIGITAL – Brandt bij Dolby Digital decodering.
! 2 DIGITAL PLUS – Brandt bij Dolby Digital Plus decodering.
! 2 TrueHD – Brandt bij Dolby TrueHD decodering.
! DTS – Brandt bij DTS decodering.
! DTS HD – Brandt bij DTS-HD decodering.
! 96/24 – Brandt bij DTS 96/24 decodering.
! DSD PCM – Dit lampje brandt tijdens DSD (directe stroom digitaal) naar PCM omzetting met SACD’s.
! PCM – Dit lampje brandt tijdens weergave van PCM-signalen.
! MSTR – Dit lampje brandt tijdens weergave van DTS-HD Master Audio-signalen.
4 MULTI-ZONE
Dit lampje brandt wanneer de MULTI-ZONE-functie in werking is (bladzijde 64).
5 SOUND
Dit lampje brandt wanneer DIALOG E (functie voor het verbeteren van de weergave van spraak) of TONE (toonre-
geling) is geselecteerd (bladzijde 59).
6 PQLS
Dit lampje brandt wanneer de PQLS-functie actief is (bladzijde 56).
7 S.RTRV
Dit lampje brandt wanneer de Auto Sound Retriever-functie geactiveerd is (bladzijde 59).
8 Luisterfunctie-indicators
! AUTO SURROUND – Dit lampje brandt wanneer de Automatische surroundfunctie is ingeschakeld (bladzijde
46).
! ALC – Dit lampje brandt wanneer de ALC (automatische niveauregeling) is geselecteerd (bladzijde 46).
! STREAM DIRECT – Dit lampje brandt wanneer Direct/Zuiver direct is geselecteerd (bladzijde 47).
! ADV.SURROUND – Dit lampje brandt wanneer een van de Geavanceerde surroundfuncties is geselecteerd
(bladzijde 46).
! STANDARD – Dit lampje brandt wanneer een van de Standaard surroundfuncties is ingeschakeld (bladzijde
46).
9 (PHASE CONTROL)
Dit lampje brandt wanneer fasecontrole is ingeschakeld (bladzijde 48).
10 Indicators voor analoge signalen
Deze lampjes branden om aan te geven dat het niveau van een analoog signaal moet worden verlaagd (bladzijde
59).
11 Tunerindicators
! TUNED – Brandt wanneer een uitzending wordt ontvangen.
! STEREO – Brandt tijdens de ontvangst van een stereo FM-uitzending in de automatische stereofunctie.
! MONO – Brandt wanneer de monofunctie wordt ingesteld met MPX.
! RDS – Brandt wanneer een RDS-uitzending wordt ontvangen.
12
Dit lampje brandt wanneer het geluid is gedempt.
13 Hoofdvolumeniveau
Geeft het algehele volumeniveau aan.
---” is het minimumniveau en “+12dB” is het maximumniveau.
14 Ingangsfunctie-indicators
Deze lampjes geven de geselecteerde ingangsfunctie aan.
15 Scroll-indicators
Deze lampjes branden wanneer er nog meer selecteerbare onderdelen zijn bij het maken van de diverse
instellingen.
16 Luidsprekerindicators
Deze lampjes branden om het momenteel gebruikte luidsprekersysteem met de SPEAKERS aan te geven (blad-
zijde 63).
17 SLEEP
Dit lampje brandt wanneer de receiver in de slaapstand staat (bladzijde 64).
18 Indicators van matrix-decoderingsindelingen
! 2PRO LOGIC IIx – Dit lampje brandt om aan te geven dat 2 Pro Logic II- / 2 Pro Logic IIx-decodering
wordt gebruikt (bladzijde 46).
! Neo:6 – Wanneer een van de Neo:6-functies van de receiver is ingeschakeld, brandt dit lampje om de Neo:6-
verwerking aan te geven (bladzijde 46).
19 Lettertekendisplay
Hierop worden diverse systeemgegevens weergegeven.
20 Indicator voor afstandsbedieningsmodus
Dit lampje brandt om de instelling van de afstandsbedieningsmodus van de receiver aan te geven. (Wordt niet
aangegeven indien ingesteld op 1.) (bladzijde 85)