Operation Manual

57
POLAR STRIDE SENSOR BLUETOOTH® SMART
KOPPEL EEN STRIDE SENSOR AAN DE M400
Zorg dat de stride sensor correct op je schoen bevestigd is. Zie de gebruiksaanwijzing van de stride sensor
voor meer informatie over het installeren van de sensor.
Een stride sensor kan op twee manieren aan je M400 worden gekoppeld.
1. Druk in de tijdweergave op START om naar de pre-trainingsmodus te gaan.
2. Raak je stride sensor aan met de M400 en wacht totdat deze gevonden is.
3. De apparaat-ID Polar RUN xxxxxxxx koppelen verschijnt. Kies Ja.
4. Koppelen voltooid verschijnt als dit gelukt is.
of
1. Ga naar Algemene instellingen > Koppelen en synchr. > Nieuw apparaat koppelen en druk op
START.
2. De M400 start het zoeken naar je stride sensor.
3. Als de stride sensor gevonden is, verschijnt Polar RUN xxxxxxxx.
4. Druk op START, Bezig met koppelen verschijnt.
5. Koppelen voltooid verschijnt als dit gelukt is.
STRIDE SENSOR KALIBREREN
Het kalibreren van de stride sensor verbetert de nauwkeurigheid van snelheids-/tempo- en afstandsmetingen.
Het is raadzaam de sensor eerst te kalibreren voordat je hem in gebruik neemt, als je loopstijl significant is
gewijzigd, of als de positie van de sensor op de schoen drastisch is gewijzigd (bijvoorbeeld als je nieuwe loop-
schoenen hebt). De kalibratie moet bij je normale loopsnelheid worden uitgevoerd. Als je op verschillende snel-
heden loopt, dien je de kalibratie op de gemiddelde snelheid uit te voeren. Je kunt de stride sensor handmatig
en automatisch kalibreren.
Als je met een stride sensor traint, kun je kiezen of je de snelheidsgegevens van de GPS of die van de stride
sensor gebruikt. Ga naar Instellingen > Sportprofielen > Hardlopen > Stride sensor > Kies sensor voor
snelheid, en kies Stride sensor of GPS.
HANDMATIG KALIBREREN
Op twee manieren kun je handmatig kalibreren. Je kunt een bekende afstand lopen en de juiste afstand instel-
len in Snelmenu. Je kunt de kalibratiefactor ook handmatig instellen als de factor kent die je een nauwkeurige
afstand geeft.