Operation Manual

BEDIENING
Nederlands - 17
1. Voordat u een steeksoort kiest, zet u de naald (6) en de persvoet (7) omhoog.
2. Kies de steeksoort met de steekregelknop
(22). De verschillende steeksoorten staan
weergegeven met cijfers op de voorkant
van de machine.
3. Wanneer de steeklengte op 1-4 staat, hebt
u de normale steeksoorten tot uw beschik-
king. Dit zijn 2 rechte steken en 8 zigzags-
teken.
4. Als u de steeklengte op „SS" zet, kunt u beschikken over stretchsteken zoals
zigzag-sierzoomsteken, kruissteken en elastieksteken.
5. 5.Voor het stikken van knoopsgaten kiest u A-C.
Beginnen met naaien
Nadat nu alle voorbereidingen zijn getroffen, kunt u beginnen met naaien.
1. Trek de boven- en onderdraad onder de
persvoet (7) naar achteren.
2. Leg de stof onder de persvoet (7).
3. Houd de draden met de linkerhand vast en
draai het handwiel (14) naar u toe, totdat de
naald op die plaats van de stof is waar u wilt
beginnen met naaien.
4. Breng de persvoet (7) met de persvoethef-
boom (21) naar beneden.
5. Trap nu licht op het voetpedaal en begin met naaien.
OPMERKING: steeksoort en steeklengte zijn niet naar believen te combine-
ren. In paragraaf Naaitechnieken, pagina 19, staan voor de steeksoorten de
in te zetten steeklengten en voor speciale naaitechnieken de in te zetten
steeksoorten aangegeven! Let er absoluut op dat voor sommige technieken
ook een speciale persvoet moet worden gebruikt!
Naehmasch.book Seite 17 Freitag, 25. April 2003 9:55 09