Telephone User Manual

GEHEUGENS
De TX-230 heeft een telefoonboekgeheugen voor de opslag van
80 telefoonnummers met bijbehorende naam. Dit geheugen is
tevens gekoppeld aan de NummerMelder; komt een oproep binnen
van een abonnee wiens telefoonnummer in het telefoonboekge-
heugen staat geprogrammeerd, dan wordt de erbij geprogram-
meerde naam op het display getoond.
De namen mogen maximaal 16 karakters lang zijn, de telefoon-
nummers mogen 13 cijfers lang zijn.
PROGRAMMEREN:
1. laat de hoorn op het toestel liggen
2. druk toets en houd deze toets ingedrukt
3. druk toets ,het display geeft "TOEVOEGEN >>", laat nu de
toetsen los
4. druk toets in, de tekst "TOEVOEGEN >>" verdwijnt en
rechts knippert een streepje (de cursor)
5. voer nu het telefoonnummer in:
- gebruik de toetsen en om de weergave te verhogen of
te verlagen
- met de toets selecteert u het volgende cijfer
- met de toets gaat u terug naar het vorige cijfer
- bij het invoeren van de telefoonnummers kunt u ook kiezen
uit PAUZE, FLASH, en # omdat bij inkomene oproepen de
NummerMelder de ingekomen telefoonnummers vergelijkt
met de telefoonnummers die in het telefoonboek geheugen
staan, kunt u het beste deze karakters niet gebruiken
- een nummer mag maximaal 13 cijfers lang zijn, inclusief een
kiespauze
6. zodra het gehele nummer is ingevoerd, drukt u toets in en
houd deze ingedrukt totdat links onder de cursor gaat
knipperen
7. voer nu de naam in:
- gebruik de toetsen en om het juiste karakter in te
voeren
- met de toets selecteert u het volgende karakter
- met de toets gaat u terug naar het vorige karakter
- bij de invoer van de naam heeft u de keuze uit de letters van
het alfabet (alleen hoofdletters), de cijfers 0 t/m 9 en diverse
speciale karakters
- een naam mag maximaal 16 karakters lang zijn
8. zodra de gehele naam is ingevoerd, drukt u toets in en
houd deze ingedrukt totdat de naam + nummer verdwijnen en
de cursor weer rechts in het display knippert
9. ga naar stap 5 om een nieuwe invoer te beginnen of druk op
toets om de invoer te beƫindigen
8