Installation Instructions

4.6SeaTalk
ng®
-verbindingen
DeMFDkanwordenaangeslotenopeenSeaTalk
ng®
-backbone.
SeaTalk
ng®
kanwordengebruiktomtecommunicerenmet:
SeaTalk
ng®
-instrumenten
SeaTalkSeaTalk
ng®
-stuurautomaten
SeaTalk-apparatuurviadeoptioneleSeaTalknaar
SeaTalk
ng®
-converter
NMEA2000-apparatenviaoptioneleDeviceNet-
adapterkabels
TypischSeaTalk
ng®
-systeem
00
D12176-5
12 V / 24 V dc
1
2
6
9
10
8
7
3
4
5
1.SeaTalk
ng®
-instrument
2.SeaTalk
ng®
-stuurautomaatbediening
3.iTC-5-converter
4.Windtransducer
5.MFD
6.Voeding
7.SeaTalk
ng®
-stuurautomaat
8.iTC-5-converter
9.Dieptetransducer
10.Snelheidstransducer
VoormeerinformatieoverSeaT alk
ng
-kabelsraadpleegtu
Hoofdstuk12Reserveonderdelenenaccessoires.
VoedingsvereistenSeaTalk
ng
VoordeSeaT alk
ng
-busiseen12VDC-voedingvereist.
Devoedingkanwordengeleverddoor:
Raymarine-apparatuurmeteengereguleerde12VDC-voeding
(bijvoorbeeldeenSmartPilotSPX-koerscomputer),of:
Eenanderegeschikte12VDC-voeding.
Opmerking:SeaT alk
ng
levertGEENvoedingaan
multifunctioneledisplaysenandereapparatuurmeteen
toepassingsgerichtevoedingsingang.
4.7NMEA2000-aansluiting
HetdisplaykangegevensontvangenvanNMEA
2000-apparaten(bijv.gegevensvancompatibelemotoren).
DeNMEA2000-aansluitingwordtverbondenmetbehulpvan
SeaTalk
ng®
endejuisteadapterkabels.
UkuntOF:
GebruikuwSeaTalk
ng®
-backboneensluitieder
NMEA2000-apparaataanopeenspur,OF
Sluithetdisplayviaeenspuraanopeenbestaande
NMEA2000-backbone.
Belangrijk:Ukuntniet2backbone-netwerkensamen
aansluiten.
NMEA2000-apparatuuraansluitenopdeSeaTalk
ng®
-
backbone
NMEA 2000
12 V dc
D12174-3
1 3
4
SeaTalk
ng
2
1.12V-voedingvoorbackbone
2.MFD
3.NMEA2000-apparaat
4.SeaTalk
ng®
naarDeviceNet-adapterkabel
HetdisplayaansluitenopeenbestaandeNMEA2000-
backbone(DeviceNet)
D12175-3
32
4
1
1.MFD
2.SeaTalk
ng®
naarDeviceNet-adapterkabel
3.DeviceNet-backbone
4.NMEA2000-apparatuur
Kabelsenaansluitingen
39