Operation Manual
een wil aanslaan,zet de contactschakelaar
dan in de “LOCK”-stand en wacht minstens 10
secondenvoordat uopnieuw probeerttestar-
ten.
12. Verwijder nadat de motor vanuwauto is aan-
geslagendestartkabels zorgvuldig in de omge-
keerde volgorde als in de afbeelding
(
➃
,
➂
,
➁
,
➀
).
13. Verwijder de doek waarmee de accu werdafge-
dekt, dezeismogelijk vervuild door giftig accu-
zuur.
14. Breng de eventueel losgehaalde ontluch-
tingsdoppen weer aan.
Probeer niet uw auto te starten door dezeaan te
duwen.
LETOP
•
Modellen met automatische versnellingsbak
kunt uniet starten door aanduwen. Als udat
wel probeert, kandemotor beschadigd raken.
•
Een model met driewegkatalysator mag niet
door aanduwen gestart worden. Als udat wel
probeert, kandedriewegkatalysator bescha-
digdraken.
•
Een model met diesel oxidatie-katalysator
mag niet door aanduwen gestartworden.Als
udat wel probeert,kandekatalysator bescha-
digdraken.
•
Probeer nooit de motor te starten doorde
auto te slep en. Als de motor aanslaat, kande
gesleepte auto het sleepvoertuig rammen.
WAARSCHUWING
•
Blijftnooit rijden als uw motor oververhit
raakt. Er kandan brand of schade aan de auto
ontstaan.
•
Opendemotorkap nooit als ustoom naarbui-
ten ziet komen.
•
Verwijder de dop vanderadiateur of vanhet
koelvloeistofreservoir nooit terwijl de motor
heet is. Wanneer udedop vanderadiateur of
vanhet motorkoelvloeistofreservoir verwij-
dertterwijl de motor heetis, kanerstoomuit-
spuiten waardoor ubrandwonden of ander
ernstig letse lkunt oplopen.
•
Als ustoom of koelvloeistof uit de motor ziet
komen, moetuopveilige afstandvan de auto
blijven om te voorkomen dat ubrandwonden
oploopt.
•
De koelventilator vandemotor kanelk mo-
ment aanslaan als de temperatuurvan de
koelvloeistof hoger is dan een vooraf inge-
steldetemperatuur.
•
Zorg dat uw handen,haar, sieraden of kleding
niet in aanraking kunnen komen met of ge-
grepenkunnen worden door de koelventilator
of de aandrijfriemen.
Als de motor oververhit raakt of als umerkt dat de
motor onvoldoende vermogen levert, als uvreemde
geluiden hoort,enz., handel dan als volgt:
1. Zethetvoertuig stil op een veilige plek, op afstand
vanhet verkeer.
2. Zetdewaarschuwingsknipperlichten aan.
3. Activeer de parkeerrem.
STARTEN DOORAANDUWEN ALS UW AUTO OVERVERHIT
RAAKT
6-14 In geval vannood