Operation Manual

Waarschuwingslampje
parkeren automatische
versnellingsbak(model met
automatische versnellingsbak)
Dit lampje wijst erop dat de parkeerfunctie vande
automatischeversnellingsbak (AT) niet is ingescha-
keld.Wanneer deoverbrengingsregelingnietis vast-
gezet in een rijstand terwijl de schakelhendel van
de automatischeversnellingsbak in de P-stand
(parkeren) staat, zal de versnellingsbak loskoppelen
en worden de wielen niet vergrendeld.
Voor model metvierwielaandrijving: Als het ATP-
waarschuwingslampje gaat brandenterwijl de
schakelhendelindeP-stand(parkeren) staat,
moet udeaandrijving vanvierwielaandrijving
(4WD) weer naar2WD,4H, of 4LOschakelen met
de schakelhendelindeN-stand (vrij). (Zie “Bedie-
ning vande4WD-modusschakelaar” in hoofdstuk
“5.Starten en rijden”.)
WAARSCHUWING
Als het controlelampje4WD-modus (zie “Waar-
schuwingslampje vierwielaandrijving(4WD)
(4WD-modellen)” verderop in dit hoofdstuk) uit-
staat of het ATP-waarschuwingslampjeaanstaat,
geeftdit aan dat de P-stand (parkeren) vande
automatische versnellingsbak niet zal werken,
waardoor de auto onverwacht in beweging kan
komen, hetgeen tot ernstig letsel of schadeaan
bezittingen kanleiden. Zetdeauto altijd op de
parkeerrem.
Waarschuwingslampje
remsysteem
WAARSCHUWING
Als het remvloeistofniveau in het reservoir on-
der het minimum is gedaald, rijd dan niet ver-
der maar laat het remsysteem controleren
door een erkendedealer of gekwalificeerdga-
ragebedrijf.
Ook al acht uhet veilig om te rijden, laat uw
autotoch slepen omdat rijdengevaarlijkkan
zijn.
Als ubij afgezette motor en/of bij laag rem-
vloeistofniveau het rempedaal intrapt, is uw
remafstand misschien langerdan normaal,
bovendien is er meerkracht nodig om het
rempedaal in te trappen en is de pedaalslag
langer.
Het waarschuwingslampje voor het remsysteem
geefteen aanduiding voor activering vandepar-
keerrem, voor een laag vloeistofniveau in het rem-
systeem en voor storingen in het ABS-systeem.
Waarschuwingslampje parkeerrem:
Het waarschuwingslampje voor het remsysteem
gaat branden als de contactschakelaar in de stand
ON wordt gezet. Wanneer udemotor startende
parkeerrem vrijgeeft, gaat het waarschuwings-
lampje uit.
Indien de parkeerrem niet volledig is vrijgeven, blijft
het waarschuwingslampje voor het remsysteem
branden. Controleer voordat ugaatrijden of het
waarschuwingslampje voor het remsysteem uit is.
(Zie “Parkeerrem” in hoofdstuk “3. Alvorens te gaan
rijden”.)
Controlelampje laag remvloeistofniveau:
Alshetwaarschuwingslampje voor het remsysteem
gaat branden terwijl de motor draait of tijdens het
rijdenendeparkeerrem staat vrij, kandit beteke-
nen dat het remvloeistofniveau te laag is.
Wanneer het waarschuwingslampje voor het rem-
systeem tijdens het rijdengaat branden,zetdeauto
dan stil zodradat veilig kan. Zetdemotor af en con-
troleerhet remvloeistofniveau. Als het remvloeistof-
niveau rond het minimumstreepje ligt, vul dan de
nodige remvloeistof bij. (Zie “Remvloeistof” in hoofd-
stuk “8. Onderhoud en doe-het-zelf”.)
Als het remvloeistofniveau correct is, laat het rem-
systeem dan direct nakijken door een erkende
dealer of gekwalificeerdgaragebedrijf.
Waarschuwingslampjeantiblokkeerremsysteem
(ABS) (indien aanwezig):
Wanneer de parkeerrem is vrijgegeven, het rem-
vloeistofniveau voldoende is en zowel het waar-
schuwingslampje voor het remsysteem als het
waarschuwingslampje voor het ABS-systeembran-
den, kandit erop wijzen dat het ABS-systeem niet
goedfunctioneert. Laathet remsysteem meteen
nakijken en zo nodig repareren door een erkende
dealer of gekwalificeerdgaragebedrijf.(Zie
“Remsysteem”inhoofdstuk “5.Starten en rijden”.)
Instrumenten en bedieninge n 2-7