Operation Manual

4.11
NLD_UD27406_4
Pression de gonflage des pneumatiques (X85 - B85 - C85 - S85 - K85 - Renault)NLD_NU_853-8_BCSK85_Renault_4
Pressions de gonflage des pneumatiques
BANDENSPANNING
A
C
D
FE
G
A
B
C
E
E
F
F
Als de banden vervangen moeten worden, mag dit alleen gebeuren door even
grote banden van hetzelfde merk, met dezelfde eigenschappen en met hetzelfde
profiel.
Zij moeten: ofwel gelijk zijn aan de oorspronkelijk gemonteerde, ofwel vol-
doen aan de door de merkdealer gestelde eisen.
Sticker A
Open het bestuurdersportier om het te lezen.
De bandenspanning dient bij koude banden
te worden gecontroleerd.
Indien u de bandenspanning niet bij koude
banden kunt controleren, moet u de opge-
geven waarden met 0,2 tot 0,3 bar (3 PSI)
verhogen. Verlaag nooit de spanning van
een warme band.
B: bandenmaat van de auto.
C: voorziene rijsnelheid.
D : aanbevolen bandenspanning voor een
optimaal brandstofverbruik.
NB: het rijcomfort kan hierdoor minder
zijn.
E: bandenspanning voor.
F: bandenspanning achter.
G: bandenspanning van het reservewiel.
Bijzonderheid vol belaste auto (maximaal
toegelaten totale massa) en met een aan-
hangwagen: er geldt een maximale snel-
heid van 100 km/uur en de bandenspanning
moet worden verhoogd met 0,2 bar.
Raadpleeg de paragraaf “Massa’s” in hoofd-
stuk 6.
Veiligheid van de banden en monteren
van sneeuwkettingen: Raadpleeg de para-
graaf “Banden” in hoofdstuk 5 voor het on-
derhoud en de mogelijkheid voor het gebruik
van sneeuwkettingen (afhankelijk van de uit-
voering).