Operation Manual

1.42
NLD_UD24917_5
Sécurité enfants : installation du siège enfant (X85 - B85 - C85 - S85 - K85 - Renault)NLD_NU_853-8_BCSK85_Renault_1
Jaune Noir Noir texte
³ Controleer de staat van de airbag
voordat u een passagier laat plaatsnemen of
een kinderzitje installeert.
KINDERVEILIGHEID: installatieoverzicht (3- en 5-deurs uitvoeringen)
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
ISOFIX bevestiging
ü Plaats waar een ISOFIX kinderzitje is
toegelaten.
N.B.: Alleen driedeurs modellen hebben
2-punts ISOFIX bevestigingen op de passa-
giersstoel voorin.
± De zitplaatsen achterin zijn voorzien
van een verankering voor de bevestiging
van een universeel ISOFIX kinderzitje voor-
uit. De verankeringspunten bevinden zich in
de bagageruimte.
De grootte van een ISOFIX kinderzitje wordt
aangegeven door een letter:
A, B en B1: voor zitjes vooruit van groep 1
(van 9 tot 18 kg);
C: zitjes achterstevoren van groep 1 (van
9 tot 18 kg);
D en E: kuipzitjes of zitjes achterstevoren
van groep 0 of 0 + (onder 13 kg);
F en G: reiswiegen van groep 0 (onder
10 kg).
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
gordel
¬ Plaats toegelaten voor de bevesti-
ging met de gordel van een als “Universeel”
goedgekeurd zitje;
Plaats toegelaten voor de beves-
tiging met de gordel van uitsluitend een
achterstevoren geplaatst kinderzitje dat
goedgekeurd is als “Universeel”.
Door het gebruik van een niet bij de auto passend kinderveiligheidssysteem wordt
de baby of het kind niet correct beschermd. Het kan ernstig of zelfs dodelijk letsel
oplopen.
L E V E N S G E VA A R O F
GEVAAR VAN ERNSTIG
LETSEL: controleer voordat
u een kinderzitje achterste-
voren op de plaats van de passagier
voorin installeert, of de airbag wel is
uitgeschakeld (raadpleeg de paragraaf
"Kinderveiligheid: uitschakelen, inscha-
kelen van de passagiersairbag voorin" in
hoofdstuk 1).