Operation Manual

Overige functies
50
1. Druk op de [MENU] knop.
2. Gebruik de cursor [ ] [ ] knoppen
om ‘REC SETUP te selecteren, en druk
op de [ENTER] knop.
3. Met de draaiknop speciceert u de
opname modus.
Opname modus
WAV-16bit
MP3-64kbps
MP3-128kbps
MP3-192kbps
MP3-320kbps
Met WAV-bestanden kan een opname
van hogere kwaliteit dan MP3 worden
verkregen.
Als u MP3 kiest, is de bestandsgrootte
kleiner dan WAV, zodat u langer kunt
opnemen.
Hogere bps waardes leveren een opname
van hogere kwaliteit. Dit produceert echter
een groter bestand, zodat de beschikbare
opnametijd korter zal zijn.
OPMERKING
De volgende frequentie staat vast op
44.1 kHz.
4. Druk een aantal malen op de [EXIT]
knop om naar het basisscherm terug
te keren.
Instellingen voor een
song maken (SONG INFO)
Hier ziet u hoe informatie over de song
bekeken of bewerkt kan worden.
1. Druk op de [MENU] knop.
2. Gebruik de cursor [ ] [ ] knoppen
om de cursor naar ‘SONG’ te
verplaatsen, en druk op de [ENTER]
knop.
3. Gebruik de cursor [ ] [ ]
knoppen om de cursor naar ‘INFO te
verplaatsen, en druk op de [ENTER]
knop.
Het SONG INFO scherm verschijnt.
4. Gebruik de cursor [ ] [ ] knoppen
om een parameter te selecteren,
en gebruik de draaiknop om de
instelling te bewerken.
Parameter Uitleg
NAME
Bewerkt de songnaam. Verplaats
de
cursor naar de songnaam en
druk op de [ENTER] knop. U gaat
naar het scherm waar de naam
van de song bewerkt kan worden
(p.51).
TYPE Geeft het bestandstype aan.
LENGTH
Geeft de lengte van de song (tijd)
aan.
SIZE
Geeft de grootte (bestands-
grootte) van de song aan.
LEVEL Bepaalt het volume van de song.
PROTECT
Zet de beveiliging van de song
aan/uit.