Operation Manual

21
Hoofdstuk 2: Uw eigen klanken (patches) creëren
Hoofdstuk
2
Patches een naam geven (Patch
Name)
U kunt elke patch een naam geven (Patch Name) van
maximaal zestien tekens. Het een goed idee om namen toe te
kennen die verwijzen naar de specifieke klank van de patch
of naar het nummer waarin u de patch wilt gebruiken.
fig.02-150
1. Druk op [NAME].
Het ‘Patch Name’-scherm verschijnt.
fig.02-160d
2. Druk op PARAMETER [ ] [ ] om de cursor naar
de gewenste positie te verplaatsen.
3. Draai aan de PATCH/VALUE-schijf om een teken te
selecteren.
Bij het wijzigen van de tekens kunt u de volgende
functies gebruiken:
4. Als u nog andere wijzigingen in de naam wilt
aanbrengen, herhaalt u stap 2 en 3.
5. Druk op [EXIT] om naar het Play-scherm terug te keren.
6. Als u een patchnaam wilt opslaan, voert u de procedure
uit die beschreven wordt in ‘Patches opslaan (Patch
Write)’ (p. 22).
Toets Functie
INS
Voegt een spatie toe.
DEL
Verwijdert het teken op de cursorpositie
en verplaatst de volgende tekens naar
links.
CAPS
Wijzigt het teken op de cursorpositie van
hoofdletter naar kleine letter of omge-
keerd.
51 3
32
Cursor